Bob Dylan wint Nobelprijs voor literatuur

De Nobelprijs voor de Literatuur 2016 gaat naar Bob Dylan. De Amerikaanse zanger en songwriter werd al jaren als kanshebber beschouwd, maar leek dit jaar niet in aanmerking te worden genomen.

Volgens de jury heeft Dylan nieuwe poëtische uitingen gecreëerd in de al zo rijke Amerikaanse muziekgeschiedenis. Ook zijn invloed op de hedendaagse muziek wordt geroemd. Zijn veelzijdige werk wordt beschouwd als een monument voor de menselijke moed en het menselijke lijden.

Bob Dylan werd als Robert Allen Zimmermann  in 1941 geboren in de staat Minnesota. Hij heeft een zeer omvangrijk oeuvre opgebouwd, waarmee hij al op de middelbare school begon. Hij schreef ook voor veel andere artiesten en zijn nummers zijn door velen vertolkt.

Dylan’s doorbraak kwam in de jaren 60 met nummers als The Times They Are A-Changing, die goed aansloten bij de romantisch-revolutionaire sfeer van die tijd. Met nummers als Like a Rolling Stone, Blowin’ in the Wind en A Hard Rain’s A-Gonna Fall werd de bard in zijn jonge jaren de stem van de protestgeneratie.

Het is de eerste keer dat het Nobel-comité in Stockholm een singer-songwriter met de Literatuurprijs eert. Voor zijn vele bewonderaars is het toekennen van de Nobelprijs aan hun idool de vervulling van een  lang gekoesterde droom. Opmerkelijk is dat Dylan dit jaar geheel ontbrak bij de favorieten.

Wie wel als kanshebbers werden genoemd waren de Japanse auteur Haruki Murakami, de Amerikaan Philip Roth, de Syrische dichter Adonis en de Keniaan Ngugi Wa Thiong’o.

De Volkskrant meldde vandaag dat de in 2010 overleden schrijver Harry Mulisch zeker niet blij zou zijn geweest met de toekenning van de begeerde literaire prijs aan Bob Dylan. In een interview met De Volkskrant zei Mulisch ooit: “Als je de Nobelprijs wilt devalueren moet je ‘m aan Dylan geven. Dan is het gebeurd met die prijs. Zo is het toch? Hij maakt aardige liedjes, maar het is de inhoud die telt en Dylan is wat dat betreft niet goed genoeg. Dan kun je die onderscheiding beter aan Leonard Cohen geven, of aan iemand als Ivo de Wijs.”