Esther Voet heeft ‘vrouwenproblemen’

Beeld: Esther Voet
Beeld: Esther Voet

Bekentenis: ja, het is zondag een uur of tien en ja, ik lig nog steeds op bed. Lang leve de iPad, waar ik mijn hersenspinsels op kwijt kan bij wijze van verwerking van de week. Het zal je niet ontgaan zijn: de Israëlische president en mijn grote held Shimon Peres was in Nederland. Een bezoek waarmee wij pas twee weken voordat hij zou landen aan de slag konden, want toen pas groen licht. Dat betekende op het CIDI-kantoor alle hens aan dek. Uitnodigingen de deur uit, overleg over het programma, kortsluiten met de ambassade en honderdduizend kleinere en grotere organisatorische uitdagingen waar ik je niet verder mee zal vermoeien.

Wel wil ik hierover een ding kwijt: CIDI-team, in het bijzonder Naomi Mestrum: hulde. Want dit ‘tussendoortje’ kwam bovenop het organiseren van het 40-jarig jubileum van CIDI op 11 november, wanneer we ook afscheid nemen van Ronny Naftaniel, en dat komt weer bovenop de dagelijkse beslommeringen zoals het registreren van antisemitische incidenten, overleg met kamerleden, financiële perikelen en het inspelen op Israëlnieuws.

Intussen was het een grote eer om Peres te mogen interviewen in de Esnoga. Wel was het hectisch: waar moet de camera voor de livestream staan? Welke vragen te stellen? En dan het geluid, headsets met betere geluidskwaliteit of handmicrofoons? Peres gaat voor het laatste. Oh, is dit het programma voor vanmiddag? Dan improviseren we toch?

Bij vrouwen komen daar dan nog wat stressfactoren bij. Want wat te dragen tijdens de bijeenkomst met Peres in de Esnoga? En dan is er ook het diner op paleis Noordeinde, bij de koning en koningin. De dames moeten in het lang. Lang? Al heel lang geen lang meer gedragen.  Waar haal ik binnen een paar dagen lang vandaan? Vooral lang dat me niet mijn halve maandsalaris kost? Mannen hebben het gemakkelijk; die kopen eens in hun leven een smoking, strikje erbij. Klaar. Desnoods huren ze zo’n pakje. Bij vrouwen ligt dat anders…

Lang leve mijn heldere momenten om een uur of 4 ‘s nachts. Had ik niet nog ergens een zwarte kanten avondjurk? Waar is dat ding gebleven?

Van slaap komt niets meer. Kledingkast uitgekamd. Zonder resultaat. De berging in (inmiddels een uur of vijf). Daar liggen zo’n twintig zakken oude kleding – ik ben een moeilijke weggooier – die ik nog altijd eens naar mevrouw Deborah Maarssen zou brengen maar waar het tot op heden niet van kwam. En ja hoor, in zak nummer 17: de zwartkanten avondjurk. Die gelukkig nog paste ook. Maar zwart is wel heel zwart he? Stolaatje eromheen? In een contrasterende kleur? Met goedkeuring van moeder, bekend om haar beschaafde, goede smaak, wordt het goudkleurige zijde. Twee meter, vrijdag op een hibbel en een dribbel ingekocht bij een winkel in De Negen Straatjes. Moet wel nog even worden genaaid.

Zondag: bijeenkomst in de Esnoga. Maandag: opnamen van tv-programma College Tour in de Ridderzaal. Proeven van de geschiedenis. Dinsdagochtend: om zes uur uit de veren. Stola naaien. En daar horen dan ook goudkleurige pumps bij. Die heb ik niet. Dinsdag lunchtijd. Snel even Den Haag in. Geen goudkleurige pump te vinden. Dat lieg ik: een paar, 400 euri. Da’s een ‘nee’. Uiteindelijk vind ik een paar zwarte, met een goudkleurig bandje om de hiel. Dat moet het dan maar worden.

Rennen richting Senaat waar Peres spreekt voor de Eerste en Tweede Kamer. Nog even opnamen voor tv-programma Blauw Bloed voor de ingang van de Eerste Kamer. Door naar binnen. ‘Niet vergeten te genieten van de schoonheid van de zaal’. De bijeenkomst begint te laat. Zou om zes uur moeten eindigen. En we worden om zeven uur verwacht op het paleis. Zodra het enigszins kan, terug hollen naar kantoor. Ik heb twintig minuten. Koffertje uitpakken. Zwartkanten jurk aan. Zijden stola enigszins gekreukt. Tijd voor een strijkboutje is er niet. Jammer dan. Kousen aan, haar op zolder, make up check. En dan op mijn gloednieuwe pumps lopen naar Noordeinde. Ja. Ik weet het. Koop nooit twee uur van tevoren nieuwe schoenen. Al onderweg naar het paleis voel ik me de Kleine Zeemeermin: iedere stap die ik zet gaat me door merg en been. In het paleis afleiding genoeg: handjes schudden, de warme speech van de koning, de wijze speech van de president met uitnodiging aan het koninklijk paar.

Om elf uur lopen we naar buiten. Zodra ik door de koninklijke poort ben, gaan de pumps toch echt uit. Op mijn kousen loop ik terug naar kantoor. Nog even omkleden, terug in dagelijkse kloffie. Ronny Naftaniel zet me af op de Amstelveenseweg. Een uur na het verlaten van het Paleis zit ik gewoon weer in bus 170. Ik denk aan de woorden van Peres: ‘The smallest thing in the world is your ego,’ en grijns. Nog leuker? Die kousen van mij he? Die hebben die wandeling van het paleis naar kantoor overleefd. Even wassen, en nu in de kast, klaar voor dienst een volgende keer…

Esther Voet

Categorie:

Home » Columns en opinie » Archief Oud-columnisten » Esther Voet heeft ‘vrouwenproblemen’