Geen Israëlische vlag op overheidsgebouwen met 7 oktober

Tijdens de Algemene Politieke Bschouwingen (APB) 2024 in de Tweede Kamer is gesproken over de verhouding van Nederland met Israël. De BBB wilde weten of premier Dick Schoof de Israëlische vlag op 7 oktober op overheidsgebouwen laat heisen. Hij gaf aan dat dat niet zal gebeuren. Tegelijk verweet DENK hem ‘het criminele Israëlische regime’ te verdedigen. Uiteindelijk heeft Israël het recht om zichzelf te verdedigen tegen wie dan ook, aldus Schoof.

De sfeer in de Kamer werd grimmig toen premier Schoof vragen van Van Baarle kreeg over Israël, die erop gericht waren hem kleur te laten bekennen over het land. “Blijft Nederland het criminele Israëlische regime steunen?’ vroeg Tweede Kamerlid Stefan van Baarle (DENK), die antwoord kreeg van Schoof. De regeringsleider las voor uit het regeerprogram:

“Nederland steunt het bestaansrecht en het recht op veiligheid van de staat Israël en verzet zich tegen de ontkenning en bedreiging hiervan, met name door Iran en zijn vazallen. Ten aanzien van het Israëlisch-Palestijns conflict blijft Nederland streven naar een duurzame oplossing die door beide partijen wordt gedragen, waarbij het uitgangspunt de tweestatenoplossing blijft.”

Zinnetje

Van Baarle antwoordde: “Dat is dus dat zinnetje dat zoveel mensen niet meer kunnen horen: Israël heeft recht op zelfverdediging.” Hij wees op ‘talloze rapporten waarin we zien dat Israël oorlogsmisdaden pleegt.” Volgens hem zijn er al 190.000 Palestijnen gedood en zijn er meer bommen op Gaza gegooid dan op Hamburg, Dresden en Londen gecombineerd in de Tweede Wereldoorlog.

Ongekend

Volgens Van Baarle is er geen sprake van zelfverdediging en bezondigt Israël zich aan oorlogsmisdaden en mensenrechtenschendingen. Schoof stelde daarop dat Nederland Israël consequent aanspreekt op het internationaal recht. “Wij vinden dat Israël het recht op zelfverdediging heeft en zien dat de aanslag van 7 oktober een ongekende terroristische aanval was, ook in de historie. We blijven in onze contacten met premier Netanyahu herhalen dat we dat belangrijk vinden.”

Druk zetten

Van Baarle sprak van een ‘slappe opstelling’ van de Nederlandse regering, die volgens hem niet verder komt dan praatbijeenkomsten en theekransjes. Schoof bleef bij wat hij heeft gezegd. DENK kreeg vervolgens bijval van de Partij voor de Dieren (PvdD). Voorvrouw Esther Ouwehand verweet hem een gebrek aan actie om druk te zetten op Israël. Wat komt er dan? vroeg de politica, die woensdag in het debat in het middelpunt stond door haar meloenentweet.

Staakt-het-vuren

Schoof stelde dat Nederland zich blijft inzetten voor een onmiddelijk staakt-het-vuren, mede in het belang van de vrijlating van de Israëlische gegijzelden. Het aanspreken op mensenrechten, oorlogsrecht en internationaal recht – ook het Israëlische nederzettingenbeleid – blijft Schoof doen. “Ik zal premier Netanyahu, die ik volgende week op de algemene vergadering van de VN spreek, daarop blijven aanspreken. Ook zal ik onze steun blijven uitspreken, want 7 oktober was een ongekende terreuraanval.”

VN-resoluties

De premier werd door Ouwehand verweten dat Nederland zich onthoud bij stemmingen over VN-resoluties inzake Israël. Hij bleef echter overeind. “We spreken Israël consequent aan, maar de motie was dusdanig opgeschreven dat we ons onthielden van stemming.” Schoof stelde dat Ouwehand er kararikaturen over maakt, waarna de PvdD-voorvrouw hard wegliep.

Israëlische vlag

Caroline van der Plas (BBB) prees premier Schoof voor de keuze van het kabinet om op 7 oktober aanwezig te zijn bij de officiële herdenking van de Israëlische ambassade en het Centraal Joods Overleg (CJO). Zij wilde weten of op die dag ook de Israëlische vlag zal worden uitgehangen uit solidariteit met Israël en de Joodse gemeenschap als geheel. “Komt er een vlag bij de Tweede Kamer of bij Algemene Zaken? Of kunnen we mensen en overheden oproepen de Israëlische vlag te heisen?”

Vlaginstructie

Schoof stelde vast dat de Israëlische vlag gehesen is daags na 7 oktober, op een aantal overheidsgebouwen. “Tegelijkertijd kennen wij geen vlaginstructie voor dit soort zaken en gaan wij niet over internationale vlaggen. We zullen dus geen oproep doen om de Israëlische vlag te heisen op overheidsgebouwen. Als we dat nu doen, dan kunnen we onszelf gaan afvragen: hoe doen we dat in volgende gevallen?” aldus Schoof, die zei een oproep voor het heisen van de vlag niet wenselijk te vinden.

Markeringsmoment

Van der Plas: “Tot in de lengte van dagen hoeft het ook weer niet, maar een jaar na dato, dat is toch een mooi markeringsmoment. Ik zou dat toch wel mooi vinden, als symbool als steun voor de Joodse gemeenschap in Nederland en daarbuiten.” Schoof: “Ik zeg u toe dat ik met heel veel collega’s in dat gebouw moet overleggen, maar eigenlijk vind ik dat we de oproep niet moeten doen. Eigenlijk vind ik dus ook dat we dat niet bij het gebouw van Algemene Zaken moeten doen.”