Meisje (8) vindt zeldzame antieke halve sjekel
Een spectaculaire vondst: een ongeveer tweeduizend jaar oude zilveren munt die werd geslagen tijdens de Joodse Opstand tegen de Romeinen (66-70) net voor de vernietiging van de Tweede Tempel. Dit bericht de Times of Israel.
Hallel Halevy, een meisje van acht jaar, zag de munt op de grond liggen in haar woonplaats, de nederzetting Halamish op de Westelijke Jordaanoever, en nam hem mee naar huis. Daar zocht zij via Google naar ‘antieke munten’ en vond een afbeelding die leek op de munt die zij had gevonden. Zij stopte de munt in haar kleine schatkist waarin zij ook een spiegeltje en haar favoriete ketting bewaarde.
De munt bleef daar een week, tot haar elf jaar oude zusje hem zag en haar aanraadde hem aan hun vader te laten zien. De vader, een advocaat, zag meteen dat het mogelijk een echte munt uit de Oudheid was. Maar omdat hij niet geschoold is op dit gebied, maakte hij een foto die hij naar Zohar Amar, hoogleraar aan de Bar-Ilan Universiteit stuurde. Amar is historicus en gespecialiseerd in de flora en fauna van het oude Israël.
Nadat de hoogleraar en zijn echtgenote de munt hadden bestudeerd, dachten zij aanvankelijk dat het een hele sjekel was. Maar toen zij de munt wogen, bleek deze slechts de helft te wegen van een hele sjekel. Zij waren teleurgesteld, tot zij bedachten dat het een munt van een halve sjekel was, die gebruikt werden voor de Tempel.
Op de onbeschadigde kant van de munt is een granaatappel te zien, waar omheen ‘Heilig Jeruzalem’ is geschreven in letters uit de Eerste Tempelperiode. Volgens archeoloog Zachi Dvira, die zich bezig houdt met vondsten op en rond de Tempelberg, werden munten van een halve sjekel gebruikt om belasting te betalen aan de Tempel tijdens de Joodse Opstand tegen de Romeinen. Het lijkt erop dat de munten geslagen werden door de autoriteiten van de Tempel op de Tempelberg zelf.
“Deze halve sjekel als belasting voor het heiligdom, genoemd in het boek Exodus (30:13-15) moest elke man één keer per jaar betalen,” aldus Dvira.
Afgelopen woensdag werd de munt overhandigd aan de archeologische afdeling van de Civiele Overheid (COGAT), die leiding geeft aan Israëlische regeringsactiviteiten op de Westelijke Jordaanoever. Volgens de Israëlische wet moeten alle archeologische vondsten worden overgedragen aan de overheid. Hallel kreeg wel een certificaat van waardering voor haar vondst. Het meisje zei eerst wel verdrietig te zijn geweest dat zij de munt moest afstaan, maar dat zij daar nu overheen was.
