New York Times trekt cartoon terug door kritiek uit Joodse wereld

De Amerikaanse krant New York Times (NYT) heeft een cartoon teruggetrokken na kritiek van onder meer de Joodse organisatie American Jewish Committee (AJC). In de spotprent was de Israëlische premier Netanyahu te zien met een hondenlichaam en een halsband met een Davidster. De blindengeleidehond is aangelijnd en de ‘blinde’ Amerikaanse president Trump, met een zonnebril op, houdt de lijn vast. Ongepast en antisemitisch, aldus de AJC en anderen. De hoofdredactie van de NYT spreekt van een ‘verkeerde beoordeling’.

Volgens de hoofdredactie is er een ‘error of judgement’ gemaakt tijdens het plaatsen van de tekening in de internationale editie van de krant. Deze fout had nooit gemaakt mogen worden, zo luidt het. Niet alleen de AJC had kritiek op de cartoon, maar ook David Shapiro, oud-ambassadeur van Amerika in Israël, uitte zijn ongenoegen over de spotprent. ‘Er is geen excuus voor deze zet van de New York Times voor het publiceren van zo’n directe antisemitische cartoon. Niet acceptabel, hoe dan ook’, aldus Shapiro op Twitter. De AJC vraagt zich af of de krant ook zo’n tekening zou plaatsen als het om een ander land dan Israël zou zijn gegaan.

Ik haar statement stelde de hoofdredactie van de NYT dat het beeld antisemitische clichés bevat en dat het ‘beledigend’ was. Toch is de verontwaardiging in de Joodse wereld nog groot. De cartoon werd toevallig gepubliceerd op de dag waarop een antisemiet een aanslag pleegde in een synagoge nabij San Diego.

Het terugtrekken van een spotprent is in de journalistiek zeer ongewoon. De vrijheid van meningsuiting is groot en daarbij hoort ook de vrijheid om te kunnen shockeren. De commotie rond de verwijderde Netanyahu-cartoon in de NYT doet denken aan de Mohammedcartoons uit 2005 in het Deense dagblad Jyllands-Posten. Indertijd weigerde de krant ze terug te trekken of excuses te maken, waarna de Deense Cartooncrisis ontstond.