Onderdeel UvA wil niet meer met Israël samenwerken

De onderzoeksschool van de Universiteit van Amsterdam (UvA) doet samenwerking met Israël in de ban. De sectie heeft besloten geen relaties aan te gaan met Israëlische instellingen ‘die betrokken zijn bij misdaden tegen de menselijkheid in de bezette Palestijnse gebieden’, aldus Het Parool. Verder zal de school niet meer samenwerken met bedrijven ‘die structureel meewerken aan deze misdaden’.

Het gaat om de Amsterdam School for Cultural Analysis (Asca). Per heden wordt de institutionele samenwerking met Israël vanuit de Asca stopgezet. Het besluit gaat niet over individuen en individuele vormen van samenwerking. Ook worden voor Asca-activiteiten geen officiële Israëlische vertegenwoordigers uitgenodigd. Hetzelfde geldt voor vertegenwoordigers van ‘pro-Israëlische lobbygroepen’.

De beslissing is de uitkomst van overleg tussen leden van de onderzoeksschool en de directie, aldus directeur Jaap Kooijman tegen de krant. In 2023 organiseerde zijn organisatie circa honderd evenementen met een totaalbudget van 42.000 euro. Nergens waren Israëlische instituties of officiële vertegenwoordigers bij betrokken, aldus Kooijman. Volgens critici is het besluit die zin louter symbolisch. 

Acsa wil zich ook opwerken als facilitator van publiekskennis over Israël en de Palestijnen, zegt de organisatie. Vanaf oktober vorig jaar organiseerde de school reeds ongeveer twintig publiekelijk toegankelijke teach-ins over de oorlog in Gaza tegen Hamas. Het besluit van Acsa is gegrond in een VN-rapport. Daarmee wil Kooijman een signaal afgeven aan de rest van de UvA.