Joods bestuurder Uri Coronel (69) gestorven

Uri Coronel (69), één van de meest vooraanstaande bestuurders van Joodse komaf, is niet meer. Op maandag werd hij onwel in zijn vertrouwde sportschool. Ter plekke overleed hij mogelijk aan een hartinfarct. Zijn familie heeft zijn dood inmiddels aan Het Parool bevestigd. Met de dood van Coronel heeft Joods Nederland één van zijn markantste en prominentste bestuurders verloren. Niet alleen omdat hij bekend was als bestuurder voor Joodse organisaties, maar ook omdat het grote publiek hem vooral kende als voorzitter van AFC Ajax.

In 2008 volgde hij de geplaagde Ajax-voorzitter John Jaake op. Dat gebeurde na het uitkomen van een onderzoeksrapport over de handel en wandel van de topclub, waarvan Coronel de commissievoorzitter was en waarbij hij het advies gaf. Na het vertrek van Jaake kwam Coronel dus op diens voorzittersstoel te zitten. Hij bekleedde het voorzitterschap van de Amsterdamse topclub van april 2008 tot in de zomer van 2011. Hij was toen geen onbekende van Ajax, want tussen 1989 en 1997 was hij bestuurslid commerciële zaken. Hij maakte de winst van de Champions League-winst mee (1995) en was een stuwende kracht achter de verhuizing van stadion De Meer naar de Amsterdam Arena, in 1996.

Naast zijn bestuursinzet voor de voetbalclub, was Coronel ook actief op het Joodse bestuurlijke vlak. Zo was hij sinds een paar jaar voorzitter van de Portugees-Israëlitische Gemeente (PIG). Als voorzitter hield hij zich actief bezig met het reilen en zijlen van de Portugees-Israëlitische synagoge aan het Jonas Daniel Meijerplein in Amsterdam. Tot op heden was hij nog voorzitter van de PIG en zijn broer Jacques Coronel was ook al eens voorzitter. Een andere Joodse bestuurspost van Uri Coronel was die van het Joods Bijzonder Onderwijs, waar hij eveneens het voorzitterschap bekleedde.

Anti-Wilders
Naast zijn inzet voor de Joodse gemeenschap en Ajax had Coronel een succesvolle loopbaan in de verzekeringsbranche. Hij was voorzitter van de raad van toezicht van dierentuin Artis en was bestuurlijk actief voor werkgeversorganisatie VNO-NCW. Net als vele Joodse Nederlanders was Coronel belast met het trauma van de Sjoa. Mede omdat hij door de Sjoa een groot deel van zijn familie nooit gekend heeft, maakte hij zich zijn hele leven sterk tegen het antisemitisme. Ook stelde hij in weekblad Elsevier in Geert Wilders ‘een groot gevaar’ te zien. “Ik ben erg anti-Wilders. Hij is een veel groter gevaar dan menigeen zich realiseert. Je kunt niet zeggen dat hij misdaden pleegt, maar hij is absoluut een racist. Zijn flirten met de Joodse gemeenschap irriteert mij gewoon.”

Coronel begreep ook niets van Joden die op Wilders stemmen. “Wilders heeft het over hoofddoekjes. Ga eens naar Antwerpen naar de Joodse buurt, hoe lopen ze er daar bij? Een echte vrome rabbijn geeft een vrouw ook geen hand hoor. Ze zou ongesteld kunnen zijn, dat is onrein. En dan gaan wij als Joodse gemeenschap achter Wilders staan? Die dan op de meest agressieve wijze reageert met woorden als ‘kopvoddentaks’? Nee daar word ik echt heel pissig over.”

Via deze weg wil de redactie van Jonet de familie Coronel en zijn andere nabestaanden veel sterkte toewensen met dit enorme verlies.