Britse tegenstanders Joodse slacht raken Charles kwijt
De Britse kroonprins Charles (67) wil geen beschermheer zijn van de Britse dierenbeschermingsorganisatie RSPCA. Dit omdat hij niet achter de uitgangspunten staat van de organisatie op het gebied van de jacht. Hij vindt de jacht op wild noodzakelijk om de wildpopulatie in stand te houden, iets wat haaks staat op wat de RSPCA wil. Momenteel is zijn moeder koningin Elizabeth II de beschermvrouwe van deze club. Charles heeft aan ingewijden laten doorschemeren dat hij geen beschermheer wil zijn vanaf het moment dat zijn moeder overlijdt of aftreedt.
Het voornemen van prins Charles is een tegenvaller voor de RSPCA, die zich als dierenrechtenorganisatie ook boos maakt om de Joodse rituele slacht – sjechieta. De activisten richten zich al jaren tegen het onbedwelmd ritueel slachten van dieren in het kader van het Jodendom en de islam. In Groot-Brittannië is dit niet verboden. Jaarlijks worden er in het land zo’n 15 miljoen dieren geslacht. Zeker twee procent van de runderen wordt ritueel geslacht, evenals 15 procent van de lammeren en geiten, en drie procent van het gevogelte.
Als het aan de RSPCA ligt, komt er een verbod in Groot-Brittannië. Een dergelijk verbod is er al in Polen, waar de regering in 2013 toe overging. In Nederland en België woedden in het verleden discussies over het mogelijk verbieden van ritueel slachten. De Nederlandse Partij voor de Dieren (PvdD) diende in 2011 zelfs een initiatiefwet voor een verbod in, dat het niet haalde in de Eerste Kamer. Sindsdien zinspeelt de partij op nieuwe stappen. Vooralsnog is slachten voor kosjer en halal vlees in Nederland toegestaan.
