Een ode aan onze rabbijn Vorst – gastcolumn Naomi Italiaander

Naomi Italiaander
A. Schippers

Eigenlijk heb ik mijn schrijverspen in de wilgen gehangen, maar het overlijden van rabbijn Ies Vorst ‘De rabbijn van ons allemaal’ zo vlak voor Rosj Hasjana (Joods Nieuwjaar), maakt dusdanig veel emotie bij mij los, dat ik toch nog eens in de pen kruip. 

Ondanks dat rabbijn Vorst een waardige leeftijd van vijfentachtig heeft bereikt, komt zijn overlijden hard aan. Het is meer dan twintig jaar geleden dat geloof een dagelijks onderdeel in mijn leven speelde. Mijn middelbare schooljaren heb ik op het Cheider (lees: orthodoxe Joodse school) doorgebracht samen met zijn dochters. 

Tijdens deze periode logeerde ik bijna wekelijks op Sjabbat bij de familie Vorst of zij bij ons, samen met andere klasgenootjes. Ik ging  journalistiek studeren in Utrecht en daarmee schoof religie langzaam naar de achtergrond. 
En dan sta je dan twintig jaar later op de lewaje (begrafenis) van iemand die er gewoon altijd was. Opeens besef je je hoe snel de tijd voorbij gaat en welke rol rabbijn Vorst en zijn familie al die jaren in mijn leven heeft gespeeld. 

Als product van mijn ouders was ik er überhaupt niet geweest zonder de familie Vorst. In 1968 (55 jaar geleden) ontmoette mijn vader rabbijn Vorst bij de Joodse jeugdvereniging Tikwatenoe, waar mijn vader begeleider was. Mijn moeder kwam in beeld bij de familie Vorst en mijn vader had duidelijk interesse. Om de belangstelling van mijn moeder te wekken, hebben de rabbijn en mijn vader onder andere foto’s gemaakt van mijn vader. Die hebben ze tussen de foto’s van de rabbijn en zijn familie gedaan. Opeens dook mijn vader dus overal op. Ze zagen elkaar en de rest is geschiedenis: rabbijn Vorst heeft mijn ouders uiteindelijk getrouwd.

Cheider-klasje

Mijn vader en moeder wilden samen het naoorlogse Jodendom in Nederland weer helpen opbouwen, en de aanwezigheid van rabbijn Vorst en zijn familie is evident in de loop van mijn familiegeschiedenis. Van de opsjernis (haren knippen op driejarige leeftijd) bij alle drie mijn broers tot alle Bar en Bat Mitswot van mijn broers, zus en ikzelf. En van het eerste Cheider-klasje – Joods orthodoxe lessen – dat bij mijn ouders thuis werd gehouden (met de kinderen Vorst erbij) tot de 32 jaar dat mijn moeder zij-aan-zij met rabbijn Vorst heeft samengewerkt bij de Joodse Gemeente Amsterdam; hij was er altijd.  

Mijn vader was na het overlijden van de rabbijn duidelijk aangedaan. Vanuit Israël – mijn ouders wonen tegenwoordig daar – zei hij: “Rabbijn Vorst was er gewoon altijd. De laatste keer dat wij elkaar zagen was zes maanden geleden op de bruiloft van een van zijn kleinkinderen in Israël.” Hij ging verder: “Ik heb foto’s uitgezocht en op alle belangrijke momenten in ons leven is hij aanwezig geweest.”   

Het unieke is dat niet alleen mijn familie het gevoel heeft dat rabbijn Vorst belangrijk was in hun levensloop, maar dat bijna iedereen dat heeft. Of ik nou een vriendin van vroeger spreek op de begrafenis die exact hetzelfde aangeeft: “Ik zat in de klas bij een van de zussen en logeerde daar altijd. Het was als een ‘tweede thuis”; of dat ik een vriend op de app heb: “Rabbijn Vorst heeft mij geholpen met mijn Bar Mitswa.” Iedereen heeft een stukje geschiedenis met de familie Vorst. Ik ken geen andere familie die het belang van een ander boven zichzelf stelt als deze. 

Lewaje

Omdat een Joodse begrafenis binnen vierentwintig uur na overlijden plaatsvindt, haast ik mij snel na een drukke werkdag naar de begrafenis en besef ik nog niet helemaal wat dit voor mij betekent. Het is het einde van een tijdperk, een era, een stuk leven wordt geschiedenis. 

Het is nu tijd tussen het Joodse nieuwjaar en Grote verzoendag (Jom Kippoer, de dag waarop het komende jaar bezegeld wordt). Iemand als ik die zich vaak in de waan van de dag begeeft en niet meer bezig is met het bredere spectrum van het bestaan, wordt nu enorm met zichzelf geconfronteerd. ‘Wat jaag ik na in dit leven? Wat is belangrijk?’ en: ‘Waarom lijkt het alsof de laatste twintig jaar zo snel voorbij zijn gevlogen? Wat betekent mijn eigen geschiedenis voor mij?’

Iemand die het leven heeft uitgedokterd zou een profeet zijn. Helaas ben ik dat niet, maar dat het intermenselijke contact, het behoren tot en het samenzijn, ver boven het vergaren van welvaart staat is duidelijk. Als ik zie hoeveel mensen in deze individualistische samenleving verloren zijn, zoekende naar zingeving en het niet kunnen vinden van invulling op Instagram, hoop ik dat rabbijn Vorst een inspiratie blijft: Kijk naar wat er naast je staat, omarm het en geef elkaar de warmte die men nodig heeft. 

Ik zal niet vergeten waar ik vandaan kom en niet vergeten waar ik heen ga. 

Naomi Italiaander is van huis uit journaliste en pr-vrouw, en werkt tegenwoordig in de wereld van cyber sercurity. Ze was columnist voor Jonet.nl van 2015 tot 2019.

Rabbijn Vorst bij de Italiaanders (Foto: N. Italiaander)
Rabbijn Vorst trouwde het echtpaar Italiaander in 1973 (beeld: N. Italiaander)
Rabbijn Vorst bij de Italiaanders (beeld: N. Italiaander)
Categorie: | |

Home » Columns en opinie » Gastcolumns en blogs » Een ode aan onze rabbijn Vorst – gastcolumn Naomi Italiaander