‘Eindelijk duidelijkheid over de insteek van dodenherdenking’

Afbeelding met tekst: Om dubieuze claims te voorkomen is deze afbeelding verwijderd.

“We zijn vanavond uitgenodigd om plaats te nemen in de Nieuwe Kerk met een delegatie van Joden, christenen en moslims”, aldus Hanneke Gelderblom-Lankhout van het Cairo-overleg van Joden, christenen en moslims. “We lopen na afloop met zijn drieën naar het monument op de Dam. Daar leggen we dan achttien witte rozen neer; drie maal zes rozen als symbool voor de zes miljoen vermoorde Joden. Het getal achttien staat symbool voor leven, want onze samenwerking staat ook voor een nieuw leven. Elke zes paar rozen heeft een lint. Een blauw lint voor de Joden, een wit lint voor de christenen en een groen lint voor de moslims”.

Het is ook voor het eerst dat de moslims bloemen neerleggen tijdens de nationale dodenherdenking.”In eerste instantie werd er slechts één plek in de kerk aangeboden aan een vertegenwoordiger van het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO). Maar de moslims hebben toen gezegd: nee, wij willen er met de Joden en christenen zitten. Vervolgens is dat ook toegestaan.” 

Met het bijwonen van de dodenherdenking op de Dam eindigt voor Gelderblom-Lankhout een intens emotionele week. “Het was de week van de doorbraken. Gisteren maakte het CMO bekend dat alle imams van CMO-moskeeën de moskeegangers zouden oproepen tot het meedoen aan de nationale dodenherdenking. Bij het lezen van hun tekstvoorstel kreeg ik tranen in mijn ogen.” Daarnaast kwam er deze week een andere omwenteling: het Nationaal Comité 4 en 5 mei maakte donderdag in dagblad Trouw bekend dat er op 4 mei voortaan alleen nog wordt stilgestaan bij de slachtoffers van de oorlog, en niet meer bij de daders. 

“Eigenlijk vond de eerste doorbraak al op dinsdag 23 april plaats. Dat gebeurde tijdens een radio-interview bij de EO, waarbij Comité-directeur Nine Nooter voor het eerst openlijk stelde dat bij de nationale herdenking op 4 mei het accent duidelijker moet liggen bij  de Nederlandse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Wij dachten: gelukkig, eindelijk duidelijkheid.” Het duurde ruim een jaar voordat die duidelijkheid er kwam. “Een groot schip zoals het Comité kan  nou eenmaal slechts een langzame bocht maken”.

Het verhaal van die ‘langzame bocht’ begon vorig jaar april. Het Comité maakte bekend dat een scholier tijdens de dodenherdenking op de Dam een gedicht zou voorlezen over zijn oudoom, die in de oorlog bij de SS had gediend. Het gedicht veroorzaakte veel commotie, waardoor het nog voor 4 mei werd teruggetrokken. “Na intensief intern overleg stuurde wij van het Caïro-overleg een brief naar het Comité. We vonden en vinden het belangrijk dat duidelijker aan de huidige en toekomstige jonge generaties verteld wordt wie de werkelijke slachtoffers van de oorlog zijn en dat er geen verhullende woorden zijn zoals zij die omkwamen of zij die vielen. Dit is vooral van belang bij moslimjongeren. Voor hen is het verband tussen Joden en de Sjoa meestal niet duidelijk. Ze verwarren het met de problemen tussen Israël en de Palestijnen en kunnen de Tweede Wereldoorlog daardoor niet in een goed kader plaatsen. Onze boodschap is: als wij ouderen geen kristalheldere boodschap aan de jongeren afgeven, dan vinden er in die hoofden kortsluitingen plaats.”

Gelderblom-Lankhout ging met de andere leden, waaronder orthodoxe Joden, van het Caïro-overleg in gesprek met het Nationaal Comité. “We hebben duidelijk gesteld dat de dodenherdenking op 4 mei beslist geen Jodenherdenking mag zijn. Het gaat bijvoorbeeld ook over de omgekomen Sinti en Roma, de Nederlandse doden van bombardementen en de verhongerde Indische Nederlanders in Japanse kampen. Maar het moet niet gaan over de daders en ook niet over omgekomen Nederlandse blauwhelmen of militairen van de oorlogen na 1945.”

Het Caïro-overleg kreeg de toezegging betrokken te zullen worden bij de plannen van het 4 en 5 mei comité. Met de uitspraak van Noter in dagblad Trouw is de missie voorlopig geslaagd. “Ik ben iemand die er niet van houdt om successe te claimen, maar ben wel gelukkig dat het Nationale Comité die ommezwaai gemaakt heeft. Vanaf nu is het dus duidelijk dat we op 4 mei vooral de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog herdenken. Immers, het antwoord op de vraag waarom herdenken belangrijk blijft ligt in de noodzaak duidelijkheid te brengen aan de generatie die de oorlog niet heeft meegemaakt” [KR].

Categorie:

Home » Nieuws » ‘Eindelijk duidelijkheid over de insteek van dodenherdenking’