Fries echtpaar krijgt postuum Yad Vashem-prijs

IJsbrand Althuis en zijn echtgenote Saakje Althuis-Siderius ontvangen 3 december in Rotterdam postuum de Yad Vashem-onderscheiding. Het stel, dat van 1942 tot de bevrijding een Joodse onderduiker in huis had, krijgt de eretitel ‘Rechtvaardigen onder de Volkeren’. De onderscheiding is een eretitel die door Israël wordt gegeven aan niet-Joden, die in de Tweede Wereldoorlog Joden hebben helpen onderduiken, ontkomen en overleven.

Althuis en zijn vrouw woonden op een boerderij in het Friese Menaam (Menaldum). In 1942 vond de Joodse Simon Augura een onderduikadres voor zijn zoon José, die kon worden ondergebracht bij het gezin Althuis. Deze werd door de familie liefdevol opgenomen. Hij leerde koeien melken en hielp waar hij kon op de boerderij. Wel waren er invallen op de boerderij, waardoor José soms tijdelijk op andere adressen werd ondergebracht. Na de bevrijding emigreerde José naar Israël. Hij heeft altijd contact gehouden met zijn onderduikfamilie. In 1960 nam hij zijn beide zoontjes mee naar Nederland om in Menaam de familie Althuis te bezoeken. Toen zijn kleinzoon op 13-jarige leeftijd barmitswa (kerkelijk meerderjarig) werd, kwam hij opnieuw naar Dokkum om Antje te bedanken voor de heroïsche daad van haar ouders.

Saakje Althuis-Siderius overleed op 3 december 1950 op 51-jarige leeftijd. Exact vijfenzestig jaar later wordt zij dus samen met haar man onderscheiden. IJsbrand Althuis overleed in 1966. Hij werd 67 jaar.

De onderscheiding wordt in ontvangst genomen door hun kleinkinderen Saakje De Visser-De Jong en IJsbrand Jan Visser. De zoon van José Augura komt over uit Israël om de uitreiking bij te wonen. Ook de ambassadeur van Israël en burgemeester Aboutaleb van Rotterdam zullen bij de uitreiking aanwezig zijn.

Op de foto v.l.n.r.: Dochter Pietsje Althuis, vader IJsbrand Althuis, José Augura, moeder Saakje Althuis-Siderius en dochterDukke Althuis. Op de voorgrond dochter Antje Althuis en zoon Jan Althuis.