‘Helaas kennen weinigen Modigliani’
Jonet-columnist Awraham Meijers woonde zondag de middag over de Italiaans-Joodse kunstenaar Amedeo Modigliani van het Joods Maatschappelijk Werk (JMW) en Jonet bij. Meijers: “Een korte rondvraag leert dat weinigen de naam Modigliani kennen. Een teleurstellend resultaat voor een van de grootste kunstenaars uit de twintigste eeuw”.
‘Een prima initiatief van Joods Maatschappelijk Werk (JMW) om uitgebreid stil te staan bij de Italiaanse kunstschilder en beeldhouwer Modigliani, in het Haagse Korzo Theater. Aan deze zowel grote als tragische kunstenaar is een middag gewijd met een interessante inleiding door Sandra Geller, daarna een verrassend muzikaal optreden van een trio met zang in het Frans, Jiddisch, Ladino en Nederlands, door Anouk Dorfmann. Ze reeg haar liedjes op cabareteske wijze aaneen met tragikomische teksten. Schitterend! Na de pauze de aangrijpende speelfilm Modigliani, geschreven en geregisseerd door Mick Davis, met in de hoofdrollen Andy Garcia en Elsa Zylberstein.
Een ziekelijke jeugd
Zoals gezegd een prima initiatief, want merkwaardigerwijze blijkt bij een korte rondvraag dat weinigen de naam Modigliani kennen, slechts vier van de zeven geïnterviewden wisten het juiste antwoord. Een teleurstellend resultaat, want deze telg uit een Sefardisch koopmansgeslacht is een van de grootste beeldende kunstenaars uit de twintigste eeuw, die een plaats inneemt op de lijst van andere groten, zoals onder anderen Pablo Picasso, Marc Chagall, en Auguste Renoir.
Modigliani (Livorno 1884 – Parijs 1920) groeide op in armoede wegens het faillissement van zijn vaders zaak. Op veertienjarige leeftijd kreeg hij tyfus, enkele jaren later tuberculose. Alsof dit niet genoeg was, leed hij al op jonge leeftijd aan depressies, wat overigens een familiekwaal was. Modigliani was telg uit een Sefardisch koopmansgeslacht, het vierde kind van Flaminio Modigliani en diens Franse vrouw, Eugenie Garsin. Aan haar dankte Modigliani zijn perfecte beheersing van de Franse taal, wat hem goed van pas kwam toen hij in 1906 naar Parijs verhuisde.
Daarvoor had hij 1902 een kunstopleiding gevolgd in Florence aan de Scuola Libera di Nudo. Een jaar later verhuisde de ongedurige student naar Venetië, waar hij zijn studie voortzette aan het Istituto per le Belle Arti di Venezia. In deze stad probeerde hij voor het eerst hasjiesj en bezocht in plaats van studeren de krochten van de stad.
Wild liefdesleven
Zijn definitieve woonplaats zou Parijs worden – brandpunt van avant-garde en Bohemiens. Vanaf zijn entree raakte hij verwikkeld in gecompliceerde liefdesaffaires; Modigliani was een opvallend knappe man, een prima danser en een begenadigd causeur – als hij tenminste niet onder invloed van drank of verdovende middelen was. De vrouwen vielen ‘bij bosjes’. In het Korzo Theater schetste Sandra Geller tijdens haar inleiding een typerend voorbeeld van zijn onweerstaanbare charme: Het Russisch dichtersechtpaar Anna Achmatova en Nikolaj Goemiljov was op huwelijksreis in Parijs, waar Anna Modigliani ontmoette. Zij viel als een blok voor hem. De gedesillusioneerde Nikolaj keerde zonder zijn bruid terug naar Rusland. Na een jaar had Modigliani genoeg van Anna en verliet haar.
Inmiddels was hij echt verliefd geworden op de uit een oerconservatief Rooms-Katholiek afkomstige kunststudente Jeanne Hebuterne. Ook deze hartstocht was onstuimig. Zelfs de geboorte van hun dochter Giovanna (later ook Jeanne genoemd) bracht geen verandering.
Unieke schilderstijl
Modigliani en Jeanne eerst woonden in Le Bateau-Lavoir, een onderkomen voor armoedige artiesten, waar hij begon met schilderen. Aanvankelijk beïnvloed door Henri de Toulouse-Lautrec, tot Paul Cézanne hem tot andere inzichten bracht. Toch ontwikkelde Modigliani gaandeweg zijn autonome stijl die enigszins verwant is aan het kubisme, maar zonder de typerend hoekige vormen. Zijn portretten en naakten vallen juist op door hun sensuele rondingen en veelkleurig palet. Modigliani was bekend om zijn snelle manier van werken, een portret schilderde hij in één of twee zittingen. Zowel mannen als vrouwen die voor hem poseerden vertelden dat het was alsof Modigliani je ziel blootlegde.
Schilder en Jood
Zijn Joodse achtergrond was belangrijk voor hem. Zo stuurde hij een schilderij naar een rabbijn in Turijn, een doek dat tot op heden spoorloos is. Vaak stelde hij zich voor als: ‘Modigliani, schilder en Jood’, wat een regelrechte provocatie was in Parijs, dat zinderende van het antisemitisme. In 1918 vertrokken hij en Jeanne naar Nice, waar hun dochtertje werd geboren. Hij verkocht hier enkele doeken voor een paar luttele francs, schilderijen die thans onbetaalbaar zijn!
Beroemd na de dood
Mei 1919 keerden zij terug naar Parijs, waar zijn gezondheid snel achteruit holde. Een jaar later, op 24 januari 1920, stierf hij, ziek en uitgeput. De zwangere Jeanne sprong enkele dagen later van de vijfde verdieping naar beneden. Nog een paar dagen later werd Modigliani ‘ontdekt’ en behoort hij tot de onsterfelijke kunstenaars
Amedeo Modigliani en Jeanne Hébuterne liggen op de begraafplaats Père-Lachaise.'[bl]
Waardeert u dit artikel?
Doneer hier dan een klein bedrag. Jonet.nl is een journalistiek platform dat zonder giften niet kan bestaan. Wij danken u bij voorbaat.
Wil je meer informatie of een hoger bedrag doneren? Ga naar jonet.nl/doneren