Joodse carrièreplanning – column Awraham Meijers

Awraham Meijers
Facebook

‘”Een ongezond aantal lieden van Joodse afkomst voert in de regering van de VS een agenda door die alleen de belangen van Israel dient: namelijk het verzwakken van de rivalen van dat land in het M.O. Voorbeelden hoef ik hopelijk niet te geven’.

Berlijn.
Eigenlijk was ik van plan om deze column aan Berlijn te wijden, waar ik onlangs voor het eerst was. Ik wilde stilstaan bij de alom aanwezige tastbare getuigenissen van zowel de Tweede Wereldoorlog als de tragische verdeling van de stad van augustus 1961 tot november 1989, toen de zogenoemde “Wende” begon. Ik wilde schrijven over deze tijdsgewichten die je niet kunt ontlopen vanwege voortdurende confrontatie met bijvoorbeeld (restanten van) “de muur”, Checkpoint Charlie, de Gedächtnis-kirche, gebouwen en straten waar Joden bijeen werden gedreven om gedeporteerd te worden. Over de pompeuze Pruisische architectuur van weleer (Brandenburger Tor) en transparante bouwstijl van nu. Over het Jüdisches Museum met het aangrijpendste Sjoa-monument dat ik ooit zag: “Fallen Leaves” van de Israëlische kunstenaar Menashe Kadishman. Over confronterende beeldhouwwerken en tekeningen van Käthe Kollwitz en dito schilderijen van Felix Nussbaum. Over het vermaarde Theater am Schiffbauerdamm, waar acteur, theater- en filmregisseur Max Reinhardt triomfen vierde. Hij moest uit dank voor zijn bijdrage aan de Duitse cultuur in 1933 vluchten. Zijn werk werd verboden. Entartete Kunst, weet je wel. “Kunst is een linkse hobby”, hoor je tegenwoordig in bepaalde kringen beweren. Komt inderdaad op hetzelfde neer.

Na de oorlog voerde Bertolt Brecht in dit theater zijn epische toneelstukken op.

Oud nieuws I.
Over dit alles wilde ik dus schrijven, tot ik in “de Volkskrant” het interview las dat Pieter van Os had met de Poolse journalist en schrijfster Anna Bikont naar aanleiding van haar boek “De Misdaad en het Zwijgen”. Een onthutsend relaas over onuitroeibaar antisemitisme in Polen tijdens en na de oorlog, tot en met vandaag. Zelfs de gezaghebbende Poolse paus Johannes Paulus II kreeg het niet voor elkaar om dit een halt toe te roepen. Veel rooms-katholieke geestelijken vinden nog steeds dat Joden niet zijn te vertrouwen. Dat ze dus eigenlijk niet in Polen thuishoren.
Iedereen weet het, toch slaat verbijstering opnieuw toe als Bikont het volgende vertelt: “Jood in Polen is een nationaliteit. Je bent Jood of Pool. Dat was zo en is nog steeds zo”. En over de Tweede Wereldoorlog: “Polen die Joden hadden gered, hielden dat geheim. Want sommigen van deze ‘rechtvaardigen’ werden zelfs vermoord, soms op gruwelijke wijze”. Tot zover oud nieuws uit EU-lidstaat Polen.

Oud nieuws II.
En hoe is de situatie in Nederland? Natuurlijk zijn kerk, overheid, lokale overheden en veruit de meeste burgers oké. Maar toch.
Ik ben gaan grasduinen op internet en ontdekte tientallen verhelderende antisemitische boodschappen op het internet. Ik citeer:
“Joden houden elkaar altijd de hand boven het hoofd”.
En: “De VS zijn in handen gevallen van Joden. Joden controleren de media, de filmindustrie, de financiële wereld en de politiek. In plaats van een kerstboom stond er met kerstmis een manora voor het Witte Huis. Dr. David Duke stelt daarom dat met het verschijnen van dit symbool van de overwinnaar de VS zich volledig gewonnen hebben gegeven. Met steeds meer wetgeving tegen christelijke symbolen in Europa lijkt het hier dezelfde kant op te gaan. Binnenkort mogen we er zelfs niets meer van zeggen”. (NB. David Duke is voormalig opperhoofd van de Ku Klux Klan)
Ook een opsteker: “Filmwereld, media & politiek zijn geen geheimzinnige entiteiten. Van alle organisaties (…) kun je checken wie er de baas is en wie de eigenaar. Als ik alleen op achternamen af ga klopt het wat Duke en heel veel anderen zeggen”.Nog een leukerd: “Al eens film uit Hollywood zien komen met gedegen kritiek op Israël? Al eens een grote krant of belangrijk TV-station in de VS of hier schande zien spreken van de behandeling van de Palestijnen? En over de politiek in de VS (of in GB, Frankrijk, Duitsland of hier) hoeven we het niet te hebben”.
Of deze: “Ik hoef toch geen opsomming te geven van alle joden op sleutelposities in de VS-regering? Of bij de banken? Het word tijd dat het aangekaart wordt. Voor mij is het overduidelijk dat heel veel van de ellende in de wereld makkelijk te verklaren is wanneer we bereid zouden zijn dit onder ogen te zien. Wat er ook aan ellende naar buiten komt: de pijlen wijzen altijd dezelfde kant op”.
En een geruststellertje: “Ik zal nooit een individuele Jood anders behandelen puur vanwege zijn onderlip of zijn geloofsovertuiging”.

De met stip drie meest “inspirerende” invalshoeken.

  1. “In het bankwezen en op Wall Street worden de grootste firma’s geleid door joden. Ze veroorzaken een economische crisis waar heel de wereld onder leidt, behalve hun firma’s en de economie van Israel. Daar gaat het economisch voor de wind”.
  2. “De grote productiefirma’s in Hollywood zijn in Joodse handen. In films en series wordt een pro-joodse moraal (mannen die niet besneden zijn worden door vrouwen niet gepruimd) en een pro-joodse geschiedvervalsing gebezigd. Al veertig jaar mogen Duitsers op beestachtige wijze worden afgeslacht in Hollywood-films. Joden zijn altijd goede, onschuldige, brave burgers die verschrikkelijk leed wordt aangedaan. Ik wil daarmee niets goedpraten. Ik duid alleen het eenzijdige beeld dat Hollywood van de periode 32-45 geeft”.
  3. “De grote nieuwsmedia zijn allemaal in Joodse handen en dientengevolge blijft de kritiek op de genocide op de Palestijnen beperkt tot zo nu en dan een armzalig alibi-artikel/reportage”.

Hoe Joden dus carrière maken.
Een niet al te aantrekkelijke meid klopt op de deur van Columbia Pictures in Culver City (Cal.) De deur wordt op een kier geopend en nadat de niet al te aantrekkelijke meid haar naam heeft gezegd wordt ze binnengelaten. De portier belt met de directie en even later zit ze op het kantoor van de directeuren Jack en Harry Cohn. De eerste neemt het woord en vraagt: “Wat was je naam alweer?” “Ik heet Sonja Rosenblum en wil graag beroemd worden, maar eerlijk gezegd kan ik niets. Maar ik ben wel Joods”.
Harry Cohn antwoordt: “Ja, Rosenblum is een Joodse naam. Jij bent toch niet toevallig de dochter van Emmanuel en Diana Rosenblum uit New York?”
De onaantrekkelijke, ongetalenteerde Sonja ondertekent vijf minuten later een doorlopend contract voor hoofdrollen in uiteenlopende speelfilms.
Een jongeman – type klojo – beweert op de redactie van een gerenommeerd dagblad: “Ik kan best wel schrijven en ik ben vetcool geïnteresseerd in mensen en zo. Daarom wil ik bij de krant werken”. Hoofdredacteur Sam Frankfurther vraagt terloops of hij weet hoe de huidige leider van Rusland heet. En wat de hoofdstad van IJsland is. Klojo legt uit dat ie dat niet op school heeft gehad. En dat ie het lezen van kranten best wel vetstom vindt; “Behalve cartoons, daar moet ik wel om lachen, ook al begrijp ik ze niet altijd”.
Vanzelfsprekend wordt klojo aangenomen en wel in de functie van adjunct-hoofdredacteur, aangezien zowel Frankfurther als de eigenaar van het krantenconcern als de president-directeur van hun huisbankier, evenals klojo, Joods zijn. (Die president-directeur is trouwens cijfer- en getaldyslectisch. Maar wel Joods. Dus…)

Zo zie je maar weer: De carrièregeile Jood wordt te allen tijde door zijn soortgenoten in het zadel geholpen. Geen enkele Jood kent carrièrenood.

(Nota bene: De door mij aangehaalde anti-Joodse citaten zijn integraal overgenomen, inclusief spel- en stijlfouten.

Categorie:

Home » Columns en opinie » Joodse carrièreplanning – column Awraham Meijers