Nemmouche schuldig bevonden aan terreuraanslag in Joods Museum Brussel

De jury van het Brusselse Hof van Assisen heeft Mehdi Nemmouche (33) en Nacer Bendrer schuldig bevonden aan een viervoudige moord met terroristisch karakter. Twaalf juryleden hebben besloten dat Nemmouche de man is die op 24 mei 2014 in het Joods Museum van Brussel een Israëlisch echtpaar en twee museum-medewerkers doodschoot. Bendrer leverde hem daarvoor de wapens. Beide mannen zijn ook schuldig bevonden aan ‘verboden wapenbezit met een terroristisch karakter’. Dit alles maakte de jury donderdagavond bekend. Maandag horen beiden hoe hoog hun straf zal zijn. Ze kunnen levenslang krijgen. Nemmouche is een oud-Syrië-ganger.

Bewijzen
Uit het dossier en de zittingen van het Hof bleek volgens de jury duidelijk dat Nemmouche opgepakt was met een kalasjnikov. Dat wapen was gewikkeld in een laken met leuzen van terreurorganisatie Islamitische Staat erop. De dader droeg een Nike-pet. Dit is precies dezelfde pet die hij op had tijdens zijn arrestatie. Ook werd DNA van hem in de cap gevonden. De zonnebril die Nemmouche bij zich had, lijkt op de zonnebril die de dader in het Joods Museum droeg. De politie onderzocht ook zijn laptop, waarin een aantal video’s werden gevonden waarin zijn stem te horen was. In de video’s eiste hij de aanslag in het Joods Museum op. Verder kwamen zijn Asics-sportschoenen overeen met de sporen die later aangetroffen werden op de vuilniszakken in de video’s. Lees meer over Nemmouche in dit achtergrondartikel.

‘Complot van de Mossad’
Het verhaal van de verdediging, dat Nemmouche slachtoffer was van een complot en een valstrik van de Israëlische Mossad, is door de jury compleet van tafel geveegd. Volgens de jury gaf de verdediging geen enkele uitleg over wie een belang zou hebben bij een dergelijke samenzwering. Ook werd niet duidelijk wie het complot zou hebben uitgevoerd en hoe deze mensen ervoor zouden hebben gezorgd dat ze niet ontdekt werden. De jury vond vooral de bronnen waarop Nemmouche’s advocaten hun betoog baseerden flinterdun. Bedenkelijk is het woord dat gebruikt werd. De verdediging heeft volgens de juryleden ook een paar ongefundeerde uitspraken gedaan over de slachtoffers en gebruikte slechts een paar losse hypotheses, zonder daar erg diep op in te gaan.

Wapens en sim-kaarten
Van tevoren werd niet echt getwijfeld of het tot een veroordeling van dader Nemmouche zou komen. Over de veroordeling van medeplichtige Bendrer was echter minder zekerheid. Deze Fransman stond terecht omdat hij de wapens voor de aanslag geleverd zou hebben. Het ging om een kalasjnikov en een revolver. De jury vond de geleverde bewijzen echter voldoende. “Zonder de hulp van Bendrer, namelijk het verschaffen van de wapens en de munitie, zou de aanslag niet plaatsgevonden kunnen hebben op de manier waarop die uiteindelijk plaatsvond,” aldus de jury. Daarnaast was is er de zogenoemde ‘oorlogstelefonie’ tussen de daders. Die vond plaats in de lente van 2014, voorafgaand aan hun aanslag. De jury verwees tevens naar verdacht gebruik van diverse sim-kaarten.

Treinreis
Voor de jury was de treinreis die Bendrer naar Brussel maakte eveneens een belangrijk onderdeel voor haar oordeel. Eerst vertelde hij dat hij naar de Belgische hoofdstad was gereisd voor een automonteur, maar later bleek hier niets van te kloppen. In plaats daarvan reisde Bendrer naar Nemmouche, iemand die hij al vier jaar niet meer had gezien. “Dit toont voldoende aan dat hij een zekere kennis had van de plannen van Mehdi Nemmouche.” Op deze grond veroordeelde de jury Bendrer als medeplichtige van de aanslag, waarvoor hij volgens de jury levenslang kan krijgen. Het openbaar ministerie had een minder zware straf op het oog. De wapenleverancier was duidelijk aangeslagen door het juryoordeel. Zijn hoofd zakte voor de rest van het voorlezen van het arrest tussen zijn schouders. Hij kon alleen nog naar de grond turen.

Reactie nabestaanden
De advocaten van de nabestaanden zijn tevreden over het arrest. “Het werk is voltooid”, aldus advocaat Marc Libert van de nabestaanden van Emanuel en Miriam Riva, het Israëlische koppel dat werd vermoord. De nabestaanden waren niet in de rechtszaal aanwezig, maar werden door Libert middels berichtjes op de hoogte gehouden. “De rouw van de familie Riva kan eindelijk starten,” zegt Libert. De advocaat van het Joods Museum, Adrien Masset, is eveneens opgelucht. “De ongeloofwaardige complottheorie van de verdediging is getackeld door de strenge motivering van de jury,” zei de raadsman, die lovende woorden heeft voor het onderzoek.

Reactie Joods Museum
Voorzitter Philippe Blondin van het Joods Museum vindt dat de rechtelijke macht van België goed gewerkt heeft. “Ik heb een grote bewondering voor ons gerechtelijk systeem,” aldus de voorzitter. “Ik ben heel tevreden over de kwaliteit van de onderzoeksrechters, die het onderzoek à charge en à décharge hebben gevoerd. Ik vind ook dat de experts opmerkelijk professioneel werk hebben geleverd. En de getuigen waren zo moedig om meneer Nemmouche wel degelijk als de moordenaar aan te wijzen.”

Eerlijke juryleden
De advocaat van de verdediging, Sébastien Courtoy, legt zich neer bij het oordeel van de jury. “Ik heb steeds gezegd dat de jury bestond uit eerlijke mensen en daar blijf ik ook nu bij.” Courtoy had voor vrijspraak gepleit. Op de vraag of hij vreesde dat zijn cliënt veroordeeld zou worden tot een levenslange gevangenisstraf, antwoordde de raadsman niet. “Die beslissing ligt in handen van de jury,” klonk het. De juryleden zijn momenteel afgemat. Ze hebben een lang en zwaar proces achter de rug. Daarom is er een rustdag ingelast. Het finale oordeel van de rechter volgt zodoende op maandag pas. De rechter zal de strafmaat bepalen. Het Belgische OM heeft geen levenslang geeist, maar de juryleden geven aan dat dit wel zou moeten.