Onrust in Groningen om ‘Israël-boycot’
In de provincie Groningen is gisteren commotie ontstaan om een mogelijke boycot van producten uit Israël door een lokale Albert Heijn.
Het zong rond op Twitter en Facebook dat Albert Heijn Israelische producten uit de schappen zou halen en daarom deed de Groninger Krant navraag bij het filiaal in Winsum. Dit gaf geen uitsluitsel. Vervolgens belden de lokale journalisten met het hoofdkantoor van Ahold in Zaandam. De reactie van de grootgrutter was als volgt: ‘Wij zijn een winkelbedrijf en doen niet aan politiek. Zo lang de Nederlandse Overheid geen ban uitspreekt over producten uit bepaalde landen, doen wij dat ook niet. Wat wij wel melden op onze productinformatie, is het land van herkomst van een bepaald artikel. Heeft onze klant om wat voor reden dan ook een probleem met het land van herkomst, dan kan hij of zij dus zelf kiezen om dat product niet te kopen’.
Al enige jaren wordt in Nederland en daarbuiten gesproken over de boycot van Israëlische producten. Dit vanwege het conflict met de Palestijnen. Met name producten uit de Israëlische nederzettingen op de West Bank en de Golan Hoogvlakte zouden geboycot moeten worden. In 2013 ontstond er internationale commotie na een mogelijke boycot door de Duitse supermarktgigant Aldi. Aldi leek geschrokken van de reacties. In Duitsland lag de boycot gevoelig, en in Israël klonk gisteren felle afkeuring. Op de website van de grootste Israëlische krant, Yediot Ahronot, noemde het Israëlische ministerie van buitenlandse zaken de boycot van Aldi ‘hypocriet en bevooroordeeld’. Het conflict tussen de Israëliërs en de Palestijnen zou er alleen maar door verergeren.
Aldi had weliswaar geen enkel product uit de nederzettingen in de schappen liggen, maar volgens de woordvoerster had dat niets te maken met politiek of religieus beleid. ‘Aldi koopt alleen in op basis van prijs, kwaliteit en beschikbaarheid’. Andere supermarkten zoals Jumbo en Hoogvliet zagen af van een boycot [bl].
