Pistooltje – column Paul Damen

Columnist Paul Damen is niet blij met de situatie voor Joden in Amsterdam onder burgemeester Femke Halsema. Zij suste het een en ander na het echec van zondag achteraf. ‘Maar, mevrouw de criminologe, dit gáát allemaal allang niet meer om vrijheid van meningsuiting en democratische discussie, dit gaat om haatzaaien.’

Het Midden-Oosten is net als voetbal: iedereen heeft er verstand van. Maar sinds kort is het verschil tussen hooligans en Hamasfans vrijwel weg: ze bestormen het veld, vernielen het supportershonk van de thuisclub en komen er mee weg. Want even slap als de gemeente Amsterdam, waar Femke Halsema over de openbare orde gaat, weigert op te treden tegen spreekkoren die ‘Joden!’ scanderen vanuit het zwarte stadionvak, net zo lamlendig beschermt Amsterdam haar échte Joden.

Afgelopen zondag opende Z.M. De Koning het nieuwe Holocaustmuseum aan de Plantage Middenlaan. Dat werd wel eens tijd, driekwart eeuw na de massamoord. En hoe je ook eindeloos kan uitleggen dat de Joden hier niks te maken hebben met de politiek van Israël, sterker nog, ze hebben er niet eens stemrecht, het slaat niet aan. Net zo min als je Marokkanen hier op de dictatuur van Mohamed VI, of Turken op de fascistoïde staat van Erdogan kan afrekenen, zo kun je evenmin Joden op de fouten van Israël afrekenen.

Alleen, dat weerhoudt, laat ik zeggen, sommigen er niet van persóónlijk Joden aan te vallen wegens Gaza. Dat is toch verdomme totaal van de pot gerukt? Wonen wij soms in een stad waar de politie indertijd van harte meewerkte aan de moord op driekwart van haar Joden, zo’n 60.000, maar je tegenwoordig bij de opening van een daaraan gewijd museum ongestoord ‘Jij bent een jood! Een zionist! Moordenaar! Hamas is mijn broer!’ kan roepen tegen overlevende bejaarden en hun achterkleinkinderen?

En waar voor de tweede keer in hun leven hoogbejaarden zich een weg moeten banen door een haag van Jodenhaters, die zich ditmaal achter nota bene de terreurclub Hamas verschuilen? Nee. Nogmaals nee. Deze agressie gaat niet meer over oorlog, over landjepik, over politiek, over de hele Midden-Oosten-problematiek, dit gaat over Jodenhaat. In zijn meest essentiële vorm: een individuele jood hier, die immers volgens alle antisemitische complottheorieën deel uitmaakt van een groot wereldcomplot, aanvallen vanwege een land op vierduizend kilometer verderop. ‘Hamas is mijn broer’ – mayn toeches.

De Nederlandse slachtoffers van de Holocust hebben g-dzijdank nimmer geweten wat Hamas zou worden – toen zij vergast werden, bestónd Israël nog niet eens. Maar dat weerhoudt de demonstranten hier, met de historische diepgang van een doucheputje, er niet van achter een malloot met een megafoon aan te hobbelen en ‘wij zijn allemaal Palestijnen!’ te scanderen. In dat geval zou ik maar es beginnen met graven in uw achtertuin – zo’n tunnel is nog een hoop werk.

Geen enkele arrestatie, terwijl tientallen agenten er schaapachtig bij stonden. Demissionair justitieminister Dilan Yesilgöz, die erbij was, sprak achteraf van ‘een ware gotspe’. Waar, maar was het dan niet beter geweest, minister, om acuut bij het OM aan te dringen op vervolging van deze haatschreeuwers? Dat wordt nog wat, straks op 4 mei.

Burgemeester Halsema suste een en ander achteraf: “Het recht op demonstratie hoort bij een vrije en democratische samenleving.” Maar, mevrouw de criminologe, dit gáát allemaal allang niet meer om vrijheid van meningsuiting en democratische discussie, dit gaat om haatzaaien, verboden cf. art. 137c en d van het Wetboek van Strafrecht.

Maar ja, dit is wel de stad waar je geen universiteit of treinstation meer kan bezoeken zonder een meute pro-Palestina-types te moeten passeren, deels met een lap voor hun gezicht, terwijl gezichtsbedekkende kleding in dit soort gebouwen al verboden en strafbaar is sinds in 2019 de Wet Gedeeltelijk Verbod Gezichtsbedekkende Kleding werd aangenomen. De stad die zelfs een ex-wethouder als Rob Oudkerk wegcensureert als hij terecht stelt dat sinds kort het antisemitisme met achthonderd procent is toegenomen.

En de stad waar, nadat de cabaretier Hans Teeuwen een uiterst treffende imitatie gaf van het zalvende sussen van Femke Halsema, er godbetert zes, zegge: zés agenten zijn huis binnendrongen omdat er in dat filmpje een speelgoedpistooltje op tafel lag. Zes agenten. Maar ja, Teeuwen was wél goed bevriend met Theo. En weet u, burgemeester, toen Van Gogh voor lijk werd achtergelaten in de Linnaeusstraat was dat niet vanwege een luchtdrukpistooltje.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.