Verduidelijking na schriftelijke vragen Israël-Hamas

Het demissionaire kabinet Schoof wil Israël en Hamas vooral op hun merites beoordelen en gelijkwaardig behandelen. Dat blijkt uit de antwoorden van demissionair minister Caspar Veldkamp (NSC) van Buitenlandse Zaken op schriftelijke vragen van de D66-Eerste Kamerfractie. Verder zijn de antwoorden vooral een herhaling of verduidelijking van wat al bekend was.

Veldkamp kreeg de schriftelijke vragen voor het zomerreces en beantwoordde ze vrij snel: binnen een week lagen de antwoorden er. De fractie wilde onder meer weten of de minister invloed wil uitoefenen in zijn internationale contacten om er voor te zorgen dat gegijzelde Israëli’s door Hamas worden vrijgelaten. Het kabinet vind dat Hamas de gegijzelden ‘nu eindelijk vrij moet laten en de lichamen van de gegijzelden vrij moet geven’, zo blijkt.

Gegijzelden

‘Ook in EU en VN-verband heeft Nederland in de afgelopen anderhalf jaar voortdurend aandacht besteed aan dit thema, door middel van verklaringen en bijdrages. Dit blijft integraal onderdeel van de Nederlandse inzet. Het kabinet benadrukt, ook in contacten met Israël, dat overeenstemming over een staakt-het-vuren de meest effectieve manier is om de gegijzelden vrij te krijgen’, schrijft Veldkamp.

Druk op Israël

Veldkamp herhaalde in zijn antwoorden dat hij namens Nederland via de EU druk op Israël uitoefent inzake de humanitaire crisis in Gaza. Als Israël niets of te weinig doet, overweegt Den Haag zelf maatregelen te nemen. ‘Daarnaast is van belang dat stappen die een tweestatenoplossing verder bemoeilijken worden vermeden, ook gezien de buitengewoon zorgelijke situatie op de Westelijke Jordaanoever’, aldus de demissionair minister.

Gesprek

Veldkamp schrijft: ‘Nederland is gezamenlijk met het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Frankrijk het gesprek met de Israëlische autoriteiten aangegaan over de humanitaire situatie in de Gazastrook. Nederland heeft bovendien op 12 juni voor de resolutie over de humanitaire situatie in de Gazastrook gestemd in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties’.

Verduidelijking

Van de senaatsfractie kwamen ook vragen over mogelijke gedwongen verhuizing van de Gazaanse bevolking. Hoe kijkt Veldkamp daar tegenaan? ‘Nu de Gazastrook vrijwel onbewoonbaar is geworden door de oorlog in Gaza en de uitspraken van enkele Israëlische ministers aansturen op de noodzaak van vertrek van Palestijnen uit de Gazastrook, wat dit kabinet veroordeelt, is het zeer de vraag of een eventueel vertrek van Palestijnen uit de Gazastrook daadwerkelijk vrijwillig zou zijn. Uitvoering van deze plannen zou indruisen tegen het internationaal recht’, verduidelijkt hij.

Trots

De demissionair minister is trots op de rol van Den Haag. ‘In dit licht onderstreept het kabinet de voortrekkersrol van Nederland op gebied van sancties tegen zowel Hamas/PIJ als gewelddadige kolonisten en kolonisten-organisaties’, schrijft hij. In de EU is er nog geen volledige overeenstemming over sancties, zowel tegen Israël als Hamas. ‘Daarnaast heeft Nederland het Zweedse initiatief gesteund met betrekking tot het sanctioneren van extremistische Israëlische ministers, in lijn met de gewijzigde motie Klaver’.

Herhaling

In artikel 90 van de Nederlandse grondwet staat dat Den Haag het internationaal recht moet bevorderen. Dat doet Nederland, aldus Veldkamp, door ‘alle partijen op te roepen om het internationaal humanitair recht na te leven’. Is Veldkamp bereid om sancties op te leggen tegen Israëlische ministers? vroeg de D66-senaatsfractie. Het antwoord was een verkapte herhaling van het hierboven reeds genoemde antwoord.