Uitspraak zaak Wilders ‘goed voor de Joden’

De rechtbank in Amsterdam heeft afgelopen vrijdag Geert Wilders schuldig bevonden aan groepsbelediging en aanzetten tot discriminatie op grond van zijn ‘minder, minder’ over Marokkanen. Er is geen straf opgelegd.

Het Openbaar Ministerie had 5.000 euro boete geëist. Officier van justitie Wouter Bos stelde dat de verdachte tijdens twee bijeenkomsten in 2014 in Den Haag “bewust mensen op basis van hun afkomst in de hoek heeft gezet en discriminatie van die groep heeft aangewakkerd”. De rechtbank oordeelde dat een boete niet nodig was, omdat het vaststellen van de norm over wat wel en niet kan het belangrijkste is.

NRC berichtte dat voorzitter van de rechtbank Hendrik Steenhuis Wilders ook corrigeerde wat betreft zijn uitspraak dat het een ‘politiek proces’ betrof. “Ook Wilders staat niet boven de wet,” aldus de rechters. De rechtbank was ook niet te spreken over Wilders’ uitlatingen via Twitter, onder andere dat het een ‘neprechtbank’ betrof: “De rechtbank acht deze reacties van een gekozen volksvertegenwoordiger en medewetgever die een te respecteren plaats in de Nederlandse democratische rechtsstaat inneemt, onwaardig,” zei Steenhuis.

Ook voor de Joodse gemeenschap is dit een belangrijke uitspraak volgens Hanneke Gelderblom-Lankhorst, actief in het Overleg Joden, Christenen en Moslims: “De uitspraak stelt duidelijk een grens. Dat is belangrijk, want als je alles maar mag roepen, mag je ook ‘minder Joden’ roepen. Democratie betekent dat je gezamenlijk gestelde grenzen accepteert. En daarbij staat niemand boven de wet.”

Ron van der Wieken, voorzitter van het Centraal Joods Overleg, geeft op persoonlijke titel commentaar op het vonnis: “Ik ben wat ambivalent over de uitspraak. Iemand schuldig verklaren zonder strafoplegging is een dubbelzinnige uitspraak. Welke boodschap gaat daarvan uit?” Van der Wieken vindt de uitspraak toch positief voor de Joodse gemeenschap: “Er is een vorm van discriminatie bestraft en dat is goed. Ik had overigens ook kunnen leven met vrijspraak. Ik zie de ‘minder, minder’ kwestie toch vooral als slechte smaak en die zie je op het moment overal.”

Gelderblom had zich in plaats van het geheel afzien van strafoplegging een symbolische boete van één euro kunnen voorstellen: “Dat was duidelijker geweest. Maar ik ben geen rechter.”