Een Ander Joods-religieus Geluid – column Awraham Meijers

Awraham Meijers
Facebook

‘Als ik het heb over pleidooien voor genocide, instructies voor omgang met seksslaven – gevangen tijdens de heilige strijd – en doodstraf voor homoseksuelen, waar denk je dan aan: ISIS? Boko Haram? Al-Shabaab? Of andere (Islamitische) ideologieën die moreel verwerpelijk zijn? Nou?

Sinds eeuwen komen Joden wekelijks bijeen om opeenvolgende delen van de Thora te lezen. Heilige teksten, waarin mijns inziens moreel verwerpelijke passages staan als; genocide (Deuteronomium 20: 16-17) seksuele slavernij (Deuteronomium 21: 10-13) en doodstraf voor homo’s (Leviticus 20:13). De voltooiing van deze jaarlijkse cyclus werd begin deze maand gevierd tijdens Simchat Torah (Vreugde der Wet).

Is er rechtvaardiging voor Joden om nog steeds dergelijke amorele passus te lezen? Teksten die suggereren dat God deze handleiding tot moord, slavernij en seksuele terreur hoogstpersoonlijk heeft geïnitieerd.

Advocaat Ayalon Eliach *) stelt in dagblad Haarez dat een antwoord op deze vraag afhankelijk is van hoe die tekst wordt benaderd. Eliach: ‘De Talmoed zegt dat de Thora zowel een ‘dodelijk gif’ kan zijn als een ‘levenselixer’. Dit is afhankelijk van de mentaliteit van degene die de Thora bestudeert. Voor hen die deze benaderen als dé pertinente handleiding waarvan niet mag worden afgeweken – en dus de genoemde passages letterlijk interpreteren – kunnen deze woord voor woord als ‘dodelijk gif’ worden beschouwd’.

Bij een afgrijselijk voorbeeld uit de dodelijke gifpraktijk denk ik aan een recent voorval: Op 30 juli j.l. stak een godsdienstgekkie in op deelnemers van de Gay Pride Parade in Jeruzalem, waarbij de zestienjarige Shira Banki dodelijk werd gewond. Of fundamentalistische Joden die onlangs een Palestijnse familie verbrandden. En wie herinnert zich niet Baruch Goldstein, die aan de hand van zijn gifinterpretatie van de Heilige Schrift op 24 februari 1994 bij de toegang van de Machpela – heilige plek voor Joden en moslims – het vuur opende op biddende Palestijnen, waardoor negenentwintig van hen stierven en 125 gewond raakten. Ook Yigal Amir, die op 4 november 1995 de Israëlische premier Yitzhak Rabin vermoordde, had ultra-orthodoxe motieven voor zijn misdaad.

Zo zijn er tot op de dag van vandaag huiveringwekkende voorbeelden van wat er gebeurt als mensen blindelings teksten naleven uit een boek dat homofobie, moord en genocide bepleit.

Gelukkig biedt Ayalon Eliach de godsdienstige medemens hoop: ‘Er is een andere manier om de Thora te lezen, een grondbeginsel dat deze verandert in pure levenselixer. Bezien dus vanuit de visie dat het geen handleiding is, maar een spiegel die religieuzen dwingt te worstelen met de mooie, ingewikkelde, maar ook onaangename aspecten van de mens. Want in tegenstelling tot een vrijbrief voor genocide, seksuele slavernij, homofobie, etc. staan in de Thora moreel hoogstaande voorbeelden als het nastreven van rechtvaardigheid en royaal zijn op het vlak van liefdadigheid (Deuteronomium 15: 7-8) en toewijding voor kwetsbaren in de samenleving – vreemdelingen, wezen en weduwen (Exodus 22: 20-22).

Door het herzien van deze contrasterende passages in dezelfde Thora zijn religieuze Joden genoodzaakt zichzelf voortdurend af te vragen wat hun standpunt is en waar ze staan met betrekking tot dergelijke ethische kwesties’.

Een prachtige opsteker van Eliach, maar ook hier kan gesteld worden dat de Thora geen universele handleiding is. Want karakter, tijdsgewricht (de huidige mens denkt anders dan iemand uit de middeleeuwen) culturele achtergrond (waar stond je wieg?) en intelligentieniveau, spelen een (doorslaggevende) rol.

Tot waar gaat trouwens de overtuiging? Wanneer, op welk moment, slaat twijfel toe? Mijn grootouders waren gelovige Joden. Wat gebeurde er met hun vertrouwen in de Schepper toen de deur van de gaskamer open ging?

Een “mooi” voorbeeld van wankelend vertrouwen zag ik tijdens een reportage bij het NOS-journaal naar aanleiding van de gewelddadigheden in Jeruzalem. Een religieuze man staat voor een winkel waar spullen worden verkocht om zich tegen desperate Palestijnen te verdedigen: “Ik geloof in de Schepper, die beschermt. Maar deze situatie….? Ik ben bang”.

Deze goudeerlijke ontboezeming doet mij denken aan het opschrift op de gevel van een apothekerei anno 1653 in Deventer: Deo Fidendum, Medis Utendum – Vertrouw op God, maar neem wel op tijd uw medicijnen in.

Tja, je weet maar nooit aan welke kant de Schepper staat.’

*) Advocaat Ayalon Eliach is ook rabbinaal student aan de Hebrew College. Hij ontving een Bachelor Degree (BA) Religieuze Studies aan de Yale Universiteit en een Doctoraat Rechten (JD) aan de Harvard Law School.

Categorie:

Home » Columns en opinie » Een Ander Joods-religieus Geluid – column Awraham Meijers