Drie jaar cel voor aanvaller Joodse student in Berlijn

De rechter in Berlijn heeft drie jaar celstraf gegeven aan Mustafa A., de 24-jarige man die vorig jaar de Joodse student Lahav Shapira frontaal aanviel. Vaststaat dat het om een antisemitische daad ging. “Als het geen antisemitisme was, wat was het dan wel?” vroeg de rechter. De aangevallen student maakt het inmiddels goed, maar gaat wel met bewaking over straat.

Mustafa A. ontmoette Shapira op 2 februari vorig jaar ‘s avonds in een de bar aan de Brunnenstrasse, in het Berlijnse stadsdeel Mitte. Hij kende hem van groepsapps voor docenten aan de Freie Universität (FU), waar Shapira een van de begeleiders was. De Joodse student verwijderde antisemitische, homofobe en racistische berichten en verwijderde de vervolgens daders ervan uit de app.

Niet leuk

Een van de daders was de inmiddels veroordeelde A., een student van Libanese komaf. Dat hij uit de groepsapp verwijderd werd, vond hij kennelijk niet leuk. Toen de toen 31-jarige Shapira omstreeks kwart voor twaalf met zijn metgezel de bar verliet, kwam er een naar vervolg. Bij de deur vroeg A. of hij Lahav was en waarom hij posters bij de universiteit kapotrukte, affiches waarop het bestaansrecht van Israël werd ontkend.

Aanval

Voordat Shapira kon antwooden, sloeg de ervaren vechtsporter en goed getrainde A. hem met zijn vuist in het gezicht. Het slachtoffer ging meteen neer en toen die op de grond lag, trapte zijn aanvaller hem hard in het gezicht. Shapira raakte ernstig gewond. Hij liep een complexe middengezichtsfractuur op, waarvoor meerdere operaties en platen nodig waren om zijn botten te stabiliseren.

Bewaker

Daarnaast vond er een hersenbloeding plaats. Wekenlang kon de Joodse student geen vast voedsel eten en moest hij door zijn moeder worden verzorgd. Tegenwoordig gaat hij met een bewaker naar de universiteit en mijdt hij de bar helemaal, zo meldt de Berliner Zeitung. Medisch gezien maakt hij het goed en is hij opgeknapt, maar veilig voelt hij zich allerminst. Er is mogelijk sprake van een trauma.

Verkoeverkamer

Op zitting werd een foto uit het ziekenhuis getoond, die getuigt van de wreedheid van de misdaad. Shapira ligt 
in een verkoeverkamer op bed. Zijn ogen zijn opgezwollen en zitten dicht. Het gebied rond de ogen is roodblauw en de verbrijzelde neus is bedekt met een verband. Ook werd er een video van de aanval getoond. ‘Moest die Joodse teven-zoon doodslaan’ staat eronder. Kennelijk is de opname gemaakt door A.

Hogere straf

De officier van Justitie Tim Kaufmann eiste twee jaar en vier maanden gevangenisstraf en de advocaat van A., Ehssan Khazaeli, kwam tot een een jaar en negen maanden cel, voorwaardelijk met een proeftijd. Van Jodenhaat was volgens hem geen sprake. Daar ging rechter Sahin Sezer niet in mee. Hij sprak juist een veel zwaardere straf uit: drie haar gevang en onvoorwaardelijk.

Rolmodel

Sezer richtte zich tot A. “Je hebt je eigen leven verpest. Je was op een heel goed pad. Je had leraar kunnen worden. Dat is een van de belangrijkste banen in onze samenleving.” Vervolgens vertelt hij over het rolmodel dat Mustafa A. op een school had kunnen zijn voor de jongetjes die in de betonnen silo’s in Neukölln [een Berlijnse wijk met veel sociale problemen, red.] wonen.

Aanval op de rechtstaat

“We moeten mensen ervan weerhouden dergelijke daden te plegen,” legde de rechter uit. Bescherm andere mensen tegen zulke daden, was zijn boodschap. Antisemitisme, racisme en seksisme ‘vernietigen de fundamenten van onze samenleving’, aldus Sezer. “Als iemand zulke ernstige verwondingen wordt toegebracht, enkel en alleen omdat hij het bestaansrecht van de staat Israël steunt, dan is dat ook een aanval op de rechtsstaat.”

Keppeltje

Sezer zei ook dat iedereen die het antisemitisme in de maatschappij ontkent, door Berlijn zou moeten lopen met een keppeltje op. Dat zal zeker een ‘bewogen wandeling’ worden. Hij ging ook in op het conflict in het Midden-Oosten: Mustafa A., wiens ouders uit Libanon komen , kon zich niet losmaken van de conflicten van zijn voorouders. De verdachte bood in de rechtszaal zijn spijt aan aan zijn slachtoffer.

Goed en eerlijk vonnis

Shapira zei achteraf dat hij ‘blij was dat het voorbij was en dat het antisemitische motief erkend was’. Felix Klein, de antisemitisme-commissaris van de Duitse overheid, die bij het proces aanwezig was, noemde het een ‘goed en eerlijk vonnis’. Antisemitisme blijft niet ongestraft, aldus Klein. Gezien de enorme toename van antisemitische misdrijven in Duitsland moeten mensen erop kunnen vertrouwen dat de rechtsstaat actie zal ondernemen.