Grapperhaus in gesprek met Joodse organisaties over aangiftebereidheid
Minister Ferdinand Grapperhaus (CDA) van Justitie en Veiligheid wil in gesprek met belangrijke Joodse organisaties over hun bereidheid om aangifte te doen. Hij is geschrokken van het Europese antisemitisme-onderzoek dat maandag naar buiten kwam. Daaruit blijkt dat veel Europese Joden geen aangifte doen van Jodenhaat omdat ze er geen vertrouwen in hebben dat daar iets mee wordt gedaan. Ook blijkt uit het onderzoek dat Joden zich onveiliger voelen en dat ze vinden dat intolerantie en haat jegens hen is toegenomen.
Het gesprek met de belangrijkste Joodse organisaties staat gepland op 4 februari volgend jaar. De minister wil weten hoe Joodse burgers toch te bewegen zijn om aangifte te doen en wil daar samen met de Joodse instellingen over praten. “Het is vreselijk dat ze zich niet durven te uiten,” zei Grapperhaus dinsdag in de Tweede Kamer. “Ze moeten zich veilig voelen.” Ook vindt hij dat Europese politici zich meer moeten inzetten op het gebied van antisemitisme. Ze moeten meer van zich laten horen. “We moeten ons er ook voortdurend in het openbaar over uitspreken.” De CDA’er laat niet weten of hij plannen heeft voor het installeren van een nationale antisemitismecoördinator, zoals in Duitsland het geval is. Het CJO pleit hier inmiddels hardop voor.
Maandag riep het CJO de Nederlandse regering op om de EU-maatregelen tegen antisemitisme, die vorige week dor de Europese Raad genomen zijn, op te volgen. Uit een persbericht van het CJO: ‘De Europese lidstaten hebben de plicht discriminatie en racisme tegen ieder mens te bestrijden, maar ten aanzien van het Joodse volk bestaat, gezien de lange geschiedenis van Europees antisemitisme, een extra verantwoordelijkheid’. Meer dan 73 jaar na de Sjoa heeft Europa een keuze, aldus het CJO. ‘Door het implementeren van de strategie van de Europese Raad kunnen de lidstaten tonen dat ze in het nieuwe Europa het welzijn van hun Joodse inwoners serieus nemen en aanvallen tegen hen zien als een aanval op onze fundamentele waarden en mensenrechten.’ Als de EU-landen dit onvoldoende doen, verliezen ze niet alleen de strijd tegen het antisemitisme, maar sturen ze ook een boodschap de wereld in dat ze de gelijkwaardigheid van hun burgers niet kunnen garanderen.
