Journalist Igor Cornelissen sterft op 85-jarige leeftijd

Twitter

Journalis Igor Cornelissen is zaterdag aan een hartaanval overleden. Hij werd 85 jaar oud. Jarenlang was hij werkzaam bij het Vrije Volk en Vrij Nederland. Ook werkte hij voor Het Parool en zette hij verschillende boeken op zijn naam. Cornelissen heette een progressieve journalist van Joodse komaf te zijn. Hij was een typische veelschrijver met een soepele pen, aldus de NOS. Tot op zijn laatste dag bleef hij schrijven en publiceren. Cornelissen overleed in zijn geboorteplaats Zwolle, waar hij sinds halverwege jaren zeventig leefde en vaak op café ging.

Igor Cornelissen werd op 3 mei 1935 geboren in de Overijsselse hoofdstad. Hij groeide daar op als kind van een Joodse moeder en niet-Joodse vader. Zijn Joodse grootvader Izak Os inspireerde hem voor de Joodse traditie, maar ook voor het socialisme. “Dat oude mannetje vertelde mij dat hij anarchist was geweest. En ook dat hij met een revolver had geoefend hier net buiten Zwolle voor de komende revolutie. Dat moet omstreeks 1888 zijn geweest. Wat drijft een koopman om geheel tegen de wil van zijn familie met een revolver te gaan oefenen?” aldus Cornelissen.

In de Sjoa werd zijn grootvader opgepakt. Dat was in 1943. Cornelissen: “Op weg naar Westerbork en vandaar naar Sobibor. Vrijheid!, riep hij met gebalde vuist naar de omstanders toen hij werd afgevoerd.” Daarna zag hij zijn opa nooit meer terug. De moeder van de jonge Igor overleefde de oorlog omdat zij met een niet-Joodse man getrouwd was. Na de bevrijding, in 1956, werd Cornelissen regiocorrespondent in Deventer voor het PvdA-blad Het Vrije Volk. Twee jaar later ging hij naar Amsterdam om politicologie en sociologie te studeren.

In de hoofdstad raakte Cornelissen verzeild in het linkse studentenleven. Hij werd actief bij de studentenvereniging Politeia en was openlijk lid van de Nederlandse tak van de Vierde Internationale. Dit is de tak binnen het communisme die de leer van de door Stalin vermoorde prominent Leon Trotski aanhangt. Cornelissen stopte met studeren en keerde terug naar de journalistiek. Hij ging werken voor Vrij Nederland, waar veel andere links-georiënteerde journalisten werkten, waaronder wijlen Max van Weezel.

Cornelissen maakte veel reizen naar de landen achter het IJzeren Gordijn en ondervond daar tot welke monsterlijkheden het communisme kan leiden. Na de Praagse Lente – de opstand van 1968 in Tsjecho-Slowakije die door het Sovjet-leger werd neergeslagen – verloor hij zijn geloof in het socialisme. In 1971 brak de journalist met het troskisme en achteraf zei hij dat hij eigenlijk nooit echt tot de beweging had gehoord. Zijn vrienden in de beweging zouden hem hebben gewantrouwd omdat hij trompet speelde en van jazz hield, een van zijn grootste hobby’s.

Na zijn breuk met het trotskisme bleef hij interesse houden in ‘linkse en Joodse randfiguren’. Hij schreef zeker twintig boeken, waaronder biografieën over CPN-voorman Paul de Groot, de Joodse geschiedkundige Jaap Meijer en de socialistische verzetsstrijder Joop Zwart. Halverwege de jaren zeventig vertrok hij bij Vrij Nederland keerde hij van Amsterdam terug naar zijn geboorteplaats Zwolle, waar hij in het huis van zijn moeder hing wonen en vrijwel dagelijks naar de kroeg ging voor pijp en jenever. In 1983 publiceerde hij het eerste deel van zijn memoires waarin hij zijn leven tot 1962 beschreef.

In 1998 kwam het tweede deel van Cornelissens memoires uit, waarin hij over zijn beginjaren bij Vrij Nederland schreef. Niet alleen jolige anekdotes over vrouwen en alcohol, maar ook minder leuke verhalen stonden in dit boek. Uit het werk werd duidelijk wat voor een slangenkuil de redactie van Vrij Nederland was geweest. Cornelissen keerde zich met name tegen toenmalig hoofdredacteur Rinus Ferdinandusse en diens opvolger Joop van Tijn. Die laatste had eveneens een Joodse achtergrond en was jaren beschouwd als de beste journalist van het land. Van Tijn was een jaar voor Cornelissens publicatie overleden.

Journalist Cornelissen schreef tot in 2000 nog een rubriek voor Het Parool met de titel Voetnoot. In Zwolle leed hij nadien een vrij teruggetrokken bestaan. Als hij zelfbenoemde ‘ongelovige Jood” ging hij soms naar de synagoge. Dat deed hij dan als om minjan te halen, zodat de gebedsdienst kon doorgaan. Een paar jaar geleden viel hij van zijn fiets na een cafébezoek, waarna hij niet meer iedere dag ging en het bij drie bezoeken per week liet. In de coronatijd was hij aan huis geboden, maar de jenever smaakte ook daar goed, zo liet hij weten. Vorig jaar kwam het vijfde deel van zijn memoires uit. Tot op vrijdag is Cornelissen blijven schrijven. Zijn laatste verhaal ging over Provo.

Categorie:

Home » Nieuws » Journalist Igor Cornelissen sterft op 85-jarige leeftijd