Kamervragen over hatelijke Palestijnse schoolboeken
In de Tweede Kamer zijn deze week kritische vragen gesteld over haat jegens Israël in Palestijnse schoolboeken. De aanleiding daartoe vormde een rapport van het Institute for Monitoring Peace and Cultural Tolerance in School Education (IMPACT-SE). Dit is een organisatie in Jeruzalem die let op de wijze waarop Israël in schoolboeken in het Midden-Oosten wordt gepresenteerd. De organisatie wil het feit dat er haat wordt gekweekt in de hoofden van Arabische kinderen aan de kaak stellen. Daarover hebben de rechtse en kleine christelijke partijen Kamervragen gesteld.
Het gaat om vragen van de Kamerleden Han ten Broeke (VVD), Raymond Knops (CDA), Raymond de Roon (PVV), Joël Voordewind (ChristenUnie), Kees van der Staaij (SGP) en Thierry Baudet (FvD). Ze willen van demissionair minister Bert Koenders (PvdA) weten of de Nederlandse regering financieel of anders bijdraagt aan deze schoolboeken. Mocht Nederland inderdaad bijdragen, dan moet dit volgens deze partijen meteen gestopt worden. Ook kan de financiering gebruikt worden als drukmiddel om de schoolboeken te veranderen, zo redeneren de rechtse Kamerleden. Het gaat om lesmateriaal dat wordt uitgegeven door de Palestijnse Autoriteit (PA) van president Mahmoed Abbas.
Van de progressief georiënteerde partijen kwam geen steun voor de positie van hun rechtse collega’s. Het is niet duidelijk waarom dit zo is. Echter, samen hebben de rechtse en klein-christelijke partijen een ruime meerderheid in de Tweede Kamer van 82 zetels. Net als in het verleden zijn deze partijen over het algemeen pro-Israël en net als in de laatste periode hebben ze een meerderheid in de Kamer. Mogelijk zullen ze vaker samen optrekken in het dossier ‘Israël en de Palestijnen’. Eerder al stelde de ChristenUnie vragen over de ideologische koers van de PA en de uitwerking daarvan op de Palestijnse bevolking.
In de lesboeken wordt het bestaan van de Staat Israël ontkend en worden steden als Haifa, Tel Aviv en Jeruzalem als Palestijns weergegeven. Tevens wordt het martelaarschap van strijders tegen Israël goedgekeurd en verheerlijkt. Er zou sprake zijn van ‘wraak die als een vulkaan zal uitbarsten’, en ‘bloed dat verlangt het land te doordrenken’. Daarnaast zouden de boeken niet voldoen aan de eisen van de UNESCO, de cultuurorganisatie van de Verenigde Naties. Israël en de UNESCO liggen sinds vorig jaar in de clinch over de status van de Tempelberg. Ook besloot het land onlangs dat het zijn financiële bijdrage aan de VN drastisch vermindert.
