‘Lopen hebben we moeten’, een indringende roman – recensie

Lopen hebben we moeten, rechts: Arjeh Kalmann (beeld: uitgeverij TIC, courtesy)

Een indringende, ontroerende, en vaak humoristische roman over afscheid nemen en (weer) ontmoeten, dat is het boek ‘Lopen we hebben moeten’ van auteur en journalist Arjeh Kalmann. ‘Het is knap van de schrijver dat hij binnen een consequente verhaallijn de spanning en betrokkenheid van de lezer weet vast te houden; de uitlopende karakters en hun specifieke eigenheden zijn waarachtig’.

Ilse en Lev woonden in een niet nader genoemd Limburgs stadje waar zij deel uitmaakten van de Joodse gemeenschap. Een verschil tussen beide karakters is dat Ilse voor de oorlog is geboren en Lev na de bevrijding. Maar echte vrede kent hij niet, want hij groeit op in een gezin waar de ouders elkaar de oorlog hebben verklaard en bonje (dus) het credo is.

Autobahn

De roman begint in 1968 en eindigt in oktober 2023. In de zomer van ’68 zijn de achttienjarige Lev en zijn vader via de Duitse Autobahn op weg naar een Zwitsers dorpje om Uri op te halen en terug naar Nederland te brengen. Deze oudere broer van Lev is de brekebeen van het gezin. Tijdens de rit zijn er tussen vader en zoon openhartige gesprekken over de familie van vader en de Tweede Wereldoorlog.

En er is een interessant woordspelletje. Lev: “Ik zeg Roergebied. Vader kijkt me vragend aan. Roer, gebied! Onze achternaam Schweigmann zal wel de oorsprong van het spelletje zijn geweest. Schweig, Mann.” Na een heftige ruzie tussen beide echtelieden, pakt vader zijn koffers en verlaat zijn gezin voorgoed.

Oorlogstrauma

Lev is duidelijk het kind van Holocaustoverlevenden. Op zijn Joodse stadsgenote Ilse drukt dat verleden een nog zwaardere stempel. Als kleuter ontsnapte ze aan deportatie. Haar ouders overleefden het vernietigingskamp niet. Hij is naar Jeruzalem verhuisd, alwaar hij filosofie studeert. Toevallig ontmoet hij Ilse: ‘Hij ziet haar staan bij het vak met oneindig veel soorten yoghurts en bakjes crème fraîche bij de Supersol’. De laatste keer dat hij haar zag was zo’n tien jaar daarvoor in de synagoge van hun stadje tijdens haar trouwdag met David.

Israël

Er volgt een geanimeerd gesprek. Korte tijd daarna ligt in het café waar hij als bijverdienste werkt een briefje van Ilse die schrijft dat ze voor een wetenschappelijk experiment naar Eilat moet en iemand zoekt om haar te assisteren. Lev neemt vrij van zijn werk en rijdt richting Eilat. Een half jaar later verhuist hij naar een flatje aan de rand van Jeruzalem. Enkele dagen daarna komt er een telegram waarin hem dringend wordt gevraagd naar Nederland te komen, want zijn vader is ernstig ziek. Lev zal niet terugkeren naar Israël.

Ilse en Lev

Winter 2000. Ilse komt naar Nederland; Lev had na dertig jaar weer contact met haar gezocht. Na al die jaren sinds hij die adembenemende vrouw voor het laatst zag, ziet hij nu een dame van middelbare leeftijd met grijs haar en een rond gezicht. Hijzelf is er uiteraard ook niet jonger op geworden, hij is dikker en kaler. De sfeer is al snel net zo vertrouwd als destijds. Begin oktober 2023 brengt Lev zijn kleinzoon Simon naar Schiphol. Hij vliegt naar Israël om in Tel Aviv stage te lopen bij een kunstgalerie. Lev is niet blij met Simons’ vertrek.

Knappe balans

Laten we beginnen met te stellen dat de deels autobiografische roman van Arjeh Kalmann zonder meer magnifiek is. Neem bijvoorbeeld de gesprekken tussen Lev en zijn vader tijdens hun autorit naar Zwitserland. Je hebt als lezer het gevoel dat je met ze meerijdt, op de achterbak zit. Je bent betrokken bij hun zowel grappige spelletjes als serieuze dialogen en wilt geen woord missen! De dialogen tussen de karakters zijn sowieso levensecht, ongekunsteld. Het is knap van de schrijver dat hij binnen een consequente verhaallijn de spanning en betrokkenheid van de lezer weet vast te houden; de uitlopende karakters en hun specifieke eigenheden zijn waarachtig.

Aan het einde van het verhaal is een meesterlijke plot, die je adem eventjes afsnijdt.

Je neemt als lezer met tegenzin afscheid van personages die je via 216 pagina’s – daarna volgen enkele gedichten – tot op het bot hebt leren kennen. Waarachtige mannen en vrouwen die je in een volgende roman graag weer wilt ontmoeten.  

Humor en zelfspot

De titel ‘Lopen hebben we moeten’ is gebaseerd op een uitspraak van de van oorsprong Duitse vader van Lev die graag averechtse germanismen – Wir mussten laufen – gebruikt als woordgrapjes. Kalmann heeft naast een spannende verhaallijn een knap evenwicht gevonden tussen drama en humor. Dat laatste is binnen de Joodse traditie vaak een manier om via humor te proberen het verdriet (even) achter je te laten.

Dat ‘Lopen hebben we moeten’ autobiografische elementen bevat blijkt uit een interview met Kalmann waarin hij zegt niks met fanatieke religieuze Joden in Israël te hebben. In het boek is Lev daar ook heel duidelijk over. “Op die momenten is Lev volstrekt mijn alter ego.”

Arieh Kalmann (Amsterdam 1950) was onder meer hoofdredacteur van het Utrechts Nieuwsblad en de Amersfoortse Courant. In 1962 verscheen van zijn hand het egodocument ‘Leef gelukkig’, een Joods familieportret.

Titel: Lopen hebben we moeten
Auteur: Arjeh Kalmann
Uitgeverij: Text & Image Communicatie
ISBN: 9789493048539
Prijs: 24,90 euro

Beeldmerk Jonet.nl.Waardeert u dit artikel?

Donatie
Betaalmethode
American Express
Discover
MasterCard
Visa
Maestro
Ondersteunde creditcards: American Express, Discover, MasterCard, Visa, Maestro
 
Kies uw betaalmethode
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wil je meer informatie of een hoger bedrag doneren? Ga naar jonet.nl/doneren

Categorie: | |

Home » Cultuur » Boeken » ‘Lopen hebben we moeten’, een indringende roman – recensie