Protest tegen verplaatsing bedoeïenendorpen
Al decennialang wonen tienduizenden Bedoeïenen in zogeheten niet-erkende dorpen in de Israëlische Negev-woestijn, dorpen veelal zonder elementaire voorzieningen als elektriciteit en riolering. De afgelopen jaren is door Israël actief gewerkt aan plannen voor het ‘hervestigen’ van deze Bedoeïenen en de sloop van zeker 25 niet-erkende dorpen. Begin dit jaar werd het zogenoemde Begin-plan, waarin de sloop van dorpen is uitgewerkt, goedgekeurd door de Israëlische regering. De Bedoeïenengemeenschap, Israëlische en internationale mensenrechtenorganisaties, alsook de VN en de EU, spreken zich tegen dit plan uit.
Begin mei 2013 accepteerde de nieuwe Israëlische regering het plan. Zo’n 20.000 tot 30.000 Bedoeïenen zullen verplaatst worden naar erkende steden en dorpen. Compensatie in geld, eventueel in land, worden aangeboden. In totaal is met het plan 1,4 miljard euro gemoeid, en zal het binnen drie jaar geïmplementeerd worden. Bedoeïenenleiders en mensenrechtenorganisaties reageerden echter afwijzend. Volgens de Association for Civil Rights in Israel (ACRI), de grootste burgerrechtenorganisatie in Israël, zal de implementatie van het Begin-plan leiden tot ‘het gedwongen verplaatsen van tienduizenden Bedoeïenen waarmee hun historische en eigendomsrechten teniet worden gedaan, de sociale structuur van de gemeenschappen uit elkaar wordt getrokken en verdere armoede en werkloosheid in de hand wordt gewerkt’.
In de komende maanden buigen de Israelische autoriteiten zich weer over het plan. Mocht het worden aangenomen, dan gaan mensen- en burgerrechtenorganisaties naar het Israelische Hoogergerechtshof om het te voorkomen. Ook Een Ander Joods Geluid schaart zich achter deze organisaties. De actiegroep roept de Nederlandse regering op om de Israëlische regering aan te spreken op dit beleid, ervoor te pleiten het te schrappen en de rechten van de Bedoeïenen – als Israëlische staatsburgers – niet minder ten volle te erkennen als die van de Joodse inwoners van Israël.
