PvdA-congres doet IHRA-definitie in de ban

YouTube

Een meerderheid van de leden van de Partij van de Arbeid (PvdA) heeft zaterdag de internationale antisemitisme-definitie verworpen. De partijtop moet nu afstand nemen van de zogenoemde IHRA-definitie, die ook bepaalde kritiek op de staat Israël ook omvat als antisemitisme. Het besluit levert een dilemma op voor partijleider Lodewijk Asscher, omdat veel andere partijen de IHRA-definitie al wel onderschrijven en een aantal daarvan mogelijk niet zou willen samenwerken als de PvdA hierop niet toegeeft.

Het PvdA-congres stemde met grote meerderheid (94 procent) tegen de IHRA-definitie. Middels een motie werd de Tweede Kamerfractie opgedragen om afstand te nemen van de internationale antisemitisme-definitie, die onder andere door het Europarlement wordt onderschreven. In 2018 stemde de PvdA-fractie in de Kamer al twee keer tegen een motie van de SGP om de IHRA-definitie aan te nemen. Na veel debat ging de fractie van Asscher in 2019 alsnog overstag.

Nu is Tweede Kamerfractie dus teruggefloten door de partijleden. Volgens de indieners van het voorstel wordt ‘de IHRA-definitie steeds vaker misbruikt om personen en organisaties, die de politiek van de staat Israël bekritiseren en solidariteit met de Palestijnen betuigen, van antisemitisme te beschuldigen en zodoende een vrije meningsuiting ten aanzien van Israël te ondermijnen’. Zodoende moet de PvdA-fractie er dus weer afstand van nemen.

In november 2018 stemden de rechts-georiënteerde partijen om aangeven van de SGP voor de definitie. PvdA-leider Asscher maakte vorige week linkse samenwerking met GroenLinks en de SP bekend, beiden partijen die de IHRA-definitie niet onderschrijven. Ook wil hij de Tweede Kamerverkiezingen van volgend jaar winnen en de grootste worden. Lukt dat niet, dan heeft de PvdA nog steeds regeringsambities. Het niet onderschrijven van de IHRA-definitie kan voor partijen als de ChristenUnie of SGP echter een breekpunt voor samenwerking zijn.

Om de internationale antisemitisme-definitie is veel te doen vanwege het Israël-onderdeel erin. ‘Kritiek op Israël is niet antisemitisch,’ schrijft het CIDI als reactie hierop. ‘De IHRA-definitie helpt bij het onderscheid maken tussen kritiek op Israël enerzijds, en het reproduceren van klassieke complottheorieën en vooroordelen over Joden anderzijds – wat wél antisemitisch is. Dat kritiek op Israel niet antisemitisch is, staat nota bene in de definitie vermeld: ‘kritiek op Israel die vergelijkbaar is met kritiek tegen een ander land kan niet worden beschouwd als antisemitisch.’ 

Het Europarlement nam de definitie in 2017 aan, waarna ook de meeste EU-lidstaten volgden. Nederland is daarin tot nu toe achtergebleven. De vrijheid van meningsuiting wordt door de regering in Den Haag aangehaald om de IHRA-definitie niet te onderschrijven.

Categorie:

Home » Nieuws » PvdA-congres doet IHRA-definitie in de ban