Uruguay moet reusachtige nazi-adelaar van de hand doen
De Uruguayaanse overheid moet een nazi-adelaar, die enige jaren terug voor de kust werd opgevist, verkopen. Dat heeft de rechter beslist. De uitspraak is een overwinning voor de Joodse gemeenschap van het land, die de adelaar liever zien vertrekken dan blijven. Eerder hadden Joodse organisaties al bedongen dat de swastika werd bedekt. Het bronzen beeld van bijna drie meter breed en 350 kilo zwaar stond ooit op de boeg van het Duitse nazi-oorlogsschip Admiral Graf Spee, dat in 1939 naar de bodem zonk.
Indertijd joeg nazi-Duitsland in de Atlantische Oceaan op Britse koopvaardijschepen. De Britse marine kwam in actie en bracht de Admiral Graf Spee tot zinken. Terwijl het schip naar de haaien ging, ging ook het boegbeeld mee naar de boden. Decennialang lag het wrak op de zeebodem totdat de commerciële scheepvaart er last van kreeg en het geborgen moest worden – anders zou de doorvaart in gevaar komen. Uruguay viste de nazi-adelaar in 2010 op en bracht hem aan land, waarna hij onderdeel werd van een jarenlang dispuut.
Het beeld werd enige tijd tentoongesteld, maar verdeelde de Uruguayanen. De zakenman die het project had gefinancierd wees op de historische waarde ervan, maar de voorzitter van een erfgoedcommissie wilde het beeld het liefst laten omsmelten. Hierop werd het hakenkruis afgedekt, iets wat niet voldoende bleek. Uiteindelijk verdween de adelaar onder druk van Joodse organisaties en de Duitse regering in de opslag.
De rechter heeft nu bepaald dat het beeld, waarvan de Uruguayaanse overheid voor de helft eigenaar is, verkocht moet worden. Volgens lokale media zijn er in het verleden biedingen geweest van negen tot 59 miljoen euro.
