Verdachte van aanslag Joods Museum ontkent en geeft Mossad de schuld
Mehdi Nemmouche, de hoofdverdachte van de aanslag op het Joods Museum van Brussel in 2014, ontkent dat hij deze daad gepleegd heeft. De 33-jarige Fransman beweert dat de Mossad, de Israëlische buitenlandse inlichtendienst, achter de aanslag zat. Terreurbeweging Islamitische Staat (IS) heeft er volgens hem niets mee te maken. Wel geeft Nemmouche toe dat hij de wapens voor de aanslag heeft geleverd. Momenteel staat hij terecht in het Brusselse Hof van Assisen, waar een burgerjury hem moet veroordelen. Zijn medeverdachte is wapenleverancier Nacer Brender (30). Lees hier een uitgebreid artikel over de hoofd verdachte en de zaak.
In 2014 werden in het Joods Museum twee medewerkers en twee Israëlische toeristen doodgeschoten door de schutter die volgens de Belgische Justitie Nemmouche moet zijn. De terreuraanslag werd vastgelegd met bewakingscamera’s. In 82 seconden schoot de verdachte dertien keer, waarna hij wegholde en wist te ontkomen. Nemmouche werd een week later opgepakt in de Franse stad Marseille. Daar werden ook de de gebruikte kalasjnikov, een revolver, munitie en een IS-vlag gevonden. In het Brusselse Justitiegebouw verklaarde de Fransman niet veel. Wel liet weten dat hij ‘blij was dat er vier Joden minder op aarde waren’. Hij wilde geen vragen beantwoorden, omdat de rechters zijn getuigen hadden afgewezen.
De advocaten van Nemmouche stelden dat niet terreurbeweging IS, maar de Israëlische geheime dienst Mossad achter de aanslag zou zitten. Het doodgeschoten Israëlische koppel, Emanuel (54) en Miriam (53) Riva zou, volgens hen professionele banden met de Mossad hebben gehad. Volgens de advocaten heeft Nemmouche niet geschoten, omdat er geen vingerafdrukken of DNA van hem op de deur van het museum gevonden zijn. “De dader van de schietpartij heeft de ingangsdeur en de klink tot drie keer toe aangeraakt, zonder handschoenen te dragen. Dat bewijst dat Nemmouche niet de dader is. De verkeerde persoon zit in de beklaagdenbank,” aldus advocaat Henri Laquay.
Dat er wel vingerafdrukken werden gevonden op de kalasjnikov die bij de aanslag werd gebruikt, zou komen omdat Nemmouche in de val werd gelokt toen hij een zak met wapens kreeg van de echte dader, aldus de raadsman. Zijn cliënt heeft die zak geopend en de inhoud ervan onderzocht. Laquay: “Hij heeft gekeken of de kalasjnikov geladen was. Daarom zijn zijn vingerafdrukken aangetroffen op de trekker en de loop.”
Medeverdachte en wapenleverancier Nacer Brender ontkent dat hij de gebruikte wapens, een revolver en een kalasjnikov, zou hebben geleverd. Bendrer werd in december 2014 aangehouden in de buurt van Marseille. Net als Nemmouche had hij wapens in zijn bezit. Voor de rechtszaak in het zwaarbeveiligde paleis van Justitie in Brussel zijn vijf weken gepland. De laatste getuigenverhoren zijn op 12 februari, waarna de pleidooien beginnen. Voorlopig lijkt een uitspraak nog ver weg.
