Israël boycot herdenking van terreuraanslag München ’72

Nabestaanden van de slachtoffers van de terreuraanslag in München 1972 en vertegenwoordigers van de Israëlische overheid zijn afwezig op de herdenkingsceremonie, volgende maand. Dat heeft Ankie Spitzer, weduwe van de destijds vermoorde atleet André Spitzer, ook bekend als Ankie Rechess, bekendgemaakt. De nabestaanden en de Duitse overheid zijn het oneens over de financiële compensatie van Duitsland. Op 5 september is het precies vijftig jaar geleden dat Palestijnse terroristen van Zwarte September elf Israëlische sporters gijzelden en vermoordden tijdens de Olympische Spelen van München. Ook een Duitse agent kwam om het leven.

Rechess, die namens de nabestaanden spreekt, noemt de door Berlijn geboden financiële genoegdoening ‘een belediging’. Volgens een memo van de Duitse regering die in handen is van de New York Times, hebben verschillende instanties tot nu toe 4,6 miljoen euro aan de families betaald. Duitsland zal naar verwachting nog eens 5,4 miljoen euro aanbieden. Naar verluid willen de nabestaanden een bedrag ontvangen dat twintig keer hoger ligt. Er zouden onderhandelingen lopen tussen beide partijen, maar Rechess laat aan nieuwszender i24 weten dat ‘er nooit onderhandelingen zijn geweest’. Omdat ze er niet uit komen, hebben de nabestaanden besloten op 5 september niet aanwezig te zijn tijdens de herdenking.

Ook sprak Rechess met de Israëlische president Itzhak Herzog over de zaak. Hij is uitgenodigd om namens Israël op 5 september in München aanwezig te zijn. De politicus zou tegen haar hebben gezegd dat het aangeboden bedrag van Duitsland ‘een grap’ is, waarop Rechess het geboden bedrag ‘een belediging’ noemde. Herzog heeft besloten niet naar Beieren te gaan, evenals vertegenwoordigers van het Israëlische nationaal Olympisch Comité. Rechess zegt het spijtig te vinden voor de Duitsers die ter plekke zoveel tijd en moeite hebben gestoken in de organisatie van de herdenkingsdag, maar zegt niet anders te kunnen doen dan deze te boycotten.

Het is onduidelijk hoe het nu verder moet. Eind vorig jaar werd bekend dat de nabestaandengroep van de vermoorde Israëlische atleten proberen om via andere wegen compensatie te krijgen. Ze willen 110 miljoen euro aan smartengeld voor het leed dat ze bijna vijftig jaar hebben moeten doorstaan, zo maakte hun advocaat Geert-Jan Knoops toen duidelijk. Het is de bedoeling dat Libië via de Verenigde Naties de geldsom gaat betalen, omdat onomstotelijk vast staat dat de toenmalige dictator Muamar Ghadaffi geld stak in de operatie van de Palestijnse terreurgroep Zwarte September. Eerder spanden de families al een rechtszaak aan tegen de Duitse staat, maar na acht jaar procederen oordeelde de Duitse rechter dat hun zaak verjaard was.

Over het bloedbad van München
Tijdens de Olympische Spelen van 1972 in München gijzelden terroristen van Zwarte September de Israëlische Olympische equipe. Twee atleten werden in hun verblijf in het Olympisch dorp doodgeschoten en negen anderen werden gegijzeld. Uiteindelijk vonden alle elf Israëliërs en een Duitse politieman de dood. Tijdens de pogingen de atleten te redden vonden vijf van de acht gijzelnemers eveneens de dood. De drie gijzelnemers die het bloedbad overleefden werden later door Duitsland vrijgelaten, na de kaping van een vliegtuig van Lufthansa. Op het bloedbad volgde een reeks van Israëlische wraakacties, waarbij twee van de drie ontsnapte gijzelnemers gedood werden.

Lees meer:
Nabestaanden aanslag München 1972 willen 110 miljoen euro van Libië
De nabestaanden van de slachtoffers van de terreuraanslag op het Israëlische team tijdens de Olympische Spelen van 1972 in München eisen een schadevergoeding. Dat heeft hun advocaat bekendgemaakt. Ze willen 110 miljoen euro aan smartengeld voor het leed dat ze bijna vijftig jaar hebben moeten doorstaan. Het is de bedoeling dat Libië via de Verenigde Naties de geldsom gaat betalen. Ankie Rechess: “Ik geloof dat het ons toekomt.”