Mijn Jom Ha’atsmaoet – Alexander Hammelburg

Hammelburg
D66

Als kind groeide ik op met mooie verhalen over Israël. Mijn grootmoeder had er een zuster en vloog trouw ieder jaar met ElAl naar Lod. Boven in de boekenkast prijkte het blikje van het JNF (Joods Nationaal Fonds). Dat blikje was vaak aanleiding voor een verhaal hoe woestijn werd omgezet in landbouwgrond, en rotsachtige bergen werden beplant met mooie bossen. En zo ontwikkelde ik een fascinatie voor het land in de hoop er zelf ooit naartoe te kunnen.

Met het uitbreken van de Golfoorlog was ik misschien nog te jong om te begrijpen wat er daadwerkelijk aan de hand was. Maar een ding was duidelijk. De twijfel sloeg toe over dat mooie land uit mijn fantasieën. Oorlog in het paradijs? Dat kon niet waar zijn.

Om de Israëlische bevolking een hart onder de riem te steken, produceerde mijn vader samen met cineast Floris Sijbesma, tv-maker Ralph Inbar en muzikant Ron Klipstein de videoclip Shalom from Holland (zie de hele clip beneden). En zo zong ik als jochie in een kinderkoor met een groep bekende Nederlandse artiesten. De videoclip verscheen nog geen dag later op Nederlandse, Israëlische en Amerikaanse televisie. Drie weken later kwam het dankwoord van Israëlische artiesten in een eigen productie It’s Good to Know. Ondanks de beelden van de SCUD-raketten en de opnames van de videoclip, was ik nog te jong om te bevatten dat deze oorlog iets met dat land uit mijn fantasieën van doen had.

Pas in de zomer van 1994 kreeg ik een beter idee van wat er daar, in het vakantieland van mijn grootmoeder, aan de hand was. Ik zag op televisie hoe premier Rabin en Koning Hoessein van Jordanië elkaar in Washington de hand schudden onder toeziend oog van Bill Clinton. Het ongemak, maar ook de opluchting waren in deze scene duidelijk zichtbaar. Ik was net twaalf jaar oud en vroeg wat daar gebeurde. Het antwoord was “vrede, hier wordt geschiedenis geschreven.” Het was een boodschap van hoop en optimisme.

Een jaar later bracht ik zelf mijn eerste bezoek aan Israël. Mijn vader was net naar Jeruzalem verhuisd, en liet mij het hele land zien. Van Kiryat Shmona tot aan Eilat. Het was liefde op het eerste gezicht. Hij nam me ook mee naar Jordanië. Dat kon vanaf toen, er was immers vrede.

Een week later vond er een aanslag plaats op een bus om de hoek. Mijn eerste confrontatie met het geweld en leed van dichtbij. Ik kan mij het zwartgeblakerde karkas van lijn 26 nog goed herinneren. Een vreemde gewaarwording, omdat ik een jaar daarvoor nog de boodschap van hoop en optimisme had meegekregen en mijn vader me een lesje had gegeven over de vrede die misschien op handen was met het ondertekenen van de Oslo akkoorden. En zo kwamen hoop en optimisme en de wrange realiteit van geweld en uitzichtloosheid voor het eerst bij elkaar. De jaren daarna bezocht ik mijn vader ieder jaar en vierden we mijn eerste onafhankelijkheidsdag, Jom Ha’atsmaoet. Israël bestond inmiddels vijftig jaar.

Met Jom Hazikaron (de dag van herinnering) en Jom Ha’atsma’oet staan de vreemde tegenstellingen jaarlijks in mijn agenda gemarkeerd en komen de gelaagde gevoelens ook nog samen met de oorlogstrauma’s waar thuis nooit over werd gesproken, maar waarvan de spanning altijd in de lucht hing. Die oorverdovende en gespannen stilte. We rouwen, vieren feest, en wachten ondertussen nog steeds op vrede en veiligheid. Misschien lijkt het wel een beetje op de gevoelens die wij Nederlanders ervaren tijdens de 4-5 mei-viering. Maar hier kunnen we na het jaarlijks terugkerende verdriet en dat gezellige feestje weer rustig slapen. Althans, de meesten van ons.

In Israël is dat anders. Het is niet alleen dat verhaal van de geschiedenis. Het zijn ook niet alleen de immer onbesproken maar in romans vaak opgetekende emoties waar vele Nederlandse Joden en Nederlanders met een oorlogstrauma mee worden geconfronteerd. Het is meer dan dat.

Terwijl ook in Israël dat feestje van nationale zelfbeschikking wordt gevierd met hippe feesten in Tel Aviv, en de rook van mangal (barbecue) de lucht vult, van die bossen in het noorden tot aan die landbouwgronden in de Negev, komt er in Israël nog een derde laag bij. De grote onzekerheid over wat de toekomst zal brengen. En dat is wat de viering van de Israëlische onafhankelijkheidsdag zo belangrijk voor mij maakt. Met oog voor het trauma van anderen en een brok in de keel, vieren dat het tweede thuisland er is, vol hoop en optimisme over de vrede die hopelijk niet lang meer op zich zal laten wachten. Israël bestaat nu zeventig jaar.

In het kader van de Israëlische onafhankelijkheidsdag (Jom Ha’atsmaoet) en het zeventig jarig bestaan van de staat Israël brengt Jonet deze week de serie ‘Mijn Jom Ha’atsmaoet’. Alexander Hammelburg is politicoloog en Midden-Oosten deskundige. Hij is gemeenteraadslid voor D66 in Amsterdam en internationaal beleidsmedewerker voor COC Nederland.

Categorie:

Home » Columns en opinie » Gastcolumns en blogs » Mijn Jom Ha’atsmaoet – Alexander Hammelburg