Bestuurders vieren Chanoeka in Rivierenbuurt
In de Amsterdamse Rivierenbuurt hebben de ministers Ferdinand Grapperhaus (CDA) van Justitie en Carola Schouten (Christenunie) van Landbouw, tevens vicepremier, de zesde dag van Chanoeka gevierd met de Joodse gemeenschap. Ook waarnemend burgemeester Jozias van Aartsen (VVD) van Amsterdam was aanwezig. Verder waren hoofdcommissaris Pieter-Jaap Aalbersberg en commandant Harry van den Brink van de Koninklijke Marechaussee onder de genodigden. Ze woonden de viering bij uit solidariteit met de gemeenschap, die zich steeds onveiliger voelt na de aanval van donderdag 7 december op het kosjere restaurant HaCarmel. De dader is een Syriër van Palestijnse komaf. Hij kwam na twee dagen vrij, omdat hij niet langer kon worden vastgehouden voor deze vorm van vandalisme. Sindsdien zit de schrik er bij veel Joodse Nederlanders goed in.
Volgens minister Grapperhaus is de daad van de man ‘verschrikkelijk’. “Ik zag de beelden en vond het een onvoorstelbare pijnlijke ervaring, anno 2017. Het is aan de rechter, maar het is onaanvaardbaar als er antisemitisme voorkomt in onze samenleving,” aldus de bewindsman, die bijval kreeg van Van Aartsen. Voor hem is veiligheid essentieel. “U kunt op ons rekenen. Ook op mij en de ministers die hier zijn,” aldus de VVD’er. “De onrust die er altijd al is, er is niet voor niets altijd bewaking en beveiliging.” Ook vicepremier Schouten zei dat ‘we er ons nooit bij neer moeten leggen’ dat kinderen naar bewaakte scholen moeten en dat er ruiten worden ingegooid. “Laten we het nooit normaal gaan vinden dat dit gebeurt. We moeten opstaan tegen het onrecht die de Joodse gemeenschap wordt aangedaan. Dat zij willekeurig en zonder aanleiding wordt aangevallen. We moeten het kwaad blijven benoemen en het geweld nooit vergoelijken.”
De Chanoeka-viering was mede georganiseerd door rabbijn Yanki Jacobs – alias de rabbijn van de Zuidas – van Chabad on Campus. Voorafgaand was er een Chanoeka-bowlingtoernooi in het nabijgelegen bowlingcentrum Knijn waaraan veel Joodse jongeren deelnamen. Jacobs is tevreden met de komst van zoveel bestuurders en gezagsdragers. “Dit was de grootse regeringsafvaardiging bij een Chanoeka-viering ooit,” aldus de Zuidas-rabbijn. “We wilden iets terug doen voor de politie en Koninklijke Marechaussee. Manschappen van de beide organisaties zorgen ervoor dat wij ons veilig voelen bij bijeenkomsten als deze, in onze gebouwen en zoals zondagavond in de openbare ruimte aan het Scheldeplein.” Aan het einde van de ceremonie van het aansteken van de lichten werden traditionele melodieën gezongen onder begeleiding van het trompetterkorps van de Koninklijke Marechaussee.
Naast Yanki Jacobs was ook zijn vader en opperrabbijn Binyomin Jacobs aanwezig. Hij moest de viering combineren met die van Utrecht, waar hij ook aanwezig was om het lichtje van de zesde dag van Chanoeka aan te steken. Verder was rabbijn Ies Vorst van de partij. Hij vertelde over zijn jeugdervaringen in de Tweede Wereldoorlog. Als kind belandde hij in doorvoerkamp Westerbork. “We hoopten dat we na de oorlog veilig over straat zouden kunnen lopen, om naar de synagoge, de Joodse school of een kosjer restaurant te gaan. Maar helaas: antisemitisme is niet verdwenen, er is nog steeds angst.”
De directe aanleiding voor het bezoek vormde de angst die onder Joodse Nederlanders is ontstaan na de aanval van een Syrische asielzoeker van Palestijnse komaf op kosjer restaurant HaCarmel. De ruiten van de zaak werden met een honkbalknuppel aan diggelen geslagen en een Israëlische vlag werd naar buiten meegenomen. Pas na dit alles te hebben aangezien grepen de twee omstaande politiemannen in en werd de dader in hechtenis genomen. Velen leverden kritiek op deze gang van zaken. Volgens de critici hadden de agenten meteen moeten ingrijpen. Twee dagen later werd de man vrijgelaten en sindsdien loopt hij los rond. De advocaat van de restauranthouder, Herman Loonstein, spreekt schande van de gang van zaken en maakte delen uit het geheime politieverhoor met de man bekend. Aan de hand daarvan besloot Justitie om een klacht tegen Loonstein in te dienen bij de Deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten. Deze week moet de dader voorkomen bij de rechter.
