Nee, ik verraad geen Joden – column Awraham Meijers

Awraham Meijers
Facebook

Onverschrokkenheid is koningschap zonder kroon

(de Talmoed)

Eind juni 2016. De telefoon gaat en mijn vrouw neemt op. Ik hoor haar antwoorden geven als: “Ja, dat is mijn man”. En: “In Hengelo Overijssel. Ja, daar is hij inderdaad geboren”. “Klopt, zijn ouders waren Henri en Marianne Meijers. Ja, haar roepnaam was Nannie. Ondergedoken, klopt… Maar wacht, ik zal hem zelf even geven. Vragen over de Tweede Wereldoorlog kan hij zelf het beste beantwoorden.”

Ik krijg ene Gerrit Jan ten Voorde aan de lijn. Na inleidende woorden zoals dat hij in Middelharnis op Goeree Overflakkee woont, waar hij een tandartsenpraktijk heeft en via Facebook achter mijn telefoonnummer, dat wil zeggen het 06-nummer van mijn vrouw, is gekomen. Dan volgt de reden waarom hij contact met mij heeft opgenomen: aangrijpende gebeurtenissen waarover mijn ouders het nooit met mij hebben gehad en wat ik hen, ondanks mijn begrip dat ze door niet over die tijd te praten, toch wel heb verweten. Zij hadden die verdomde oorlog uit hun leven verbannen. Er werd niet over hun onderduik gesproken, niet over de dood van hun beider ouders en ruim zestig familieleden. Er niet over praten betekende voor hen vergeten, en vergeten betekende dat het niet heeft bestaan.

Gerrit Jan vertelt dat mijn ouders bij zijn grootouders Gerrit Jan sr. en Martha ten Voorde-Hietbrink, op de Landmansweg in Hengelo (Ov.) waren ondergedoken. Ik was inmiddels veilig ondergebracht bij het gezin van dominee Müller in Nijverdal. Mijn ouders  hadden hen verteld dat ze kinderloos waren, wat heel erg verstandig was, want dat zou hen en hun zoontje, ik dus, extra kwetsbaar maken. Gerrit Jan was er echter zeker van dat er wél een kind moest zijn en begon een zoektocht, die hem uiteindelijk naar mij bracht.

Hij vertelde het afschuwelijke verhaal van zijn opa Gerrit Jan, wiens leven eindigde in een concentratiekamp. Deze Gerrit Jan, die in 1898 is geboren, was beambte bij de Nederlandse Spoorwegen. Met hun beide kinderen Gerard Willem en Wilhelmina leefden zij het eenvoudige leven van die tijd. Er was geen vuiltje aan de lucht in dat mooie Twente. Tot hun relatief gezapige wereldje voor goed op z’n kop kwam te staan nadat de nazi’s ons land binnenvielen.

Gerrit Jan en Martha stelden tijdens de oorlog hun woning ter beschikking voor onderduik aan Joden, krijgsgevangenen, Duitse deserteurs en neergestorte geallieerde piloten. Ook mijn ouders vonden er sinds begin ’43 onderdak. Een jaar later zou hier een abrupt einde aan komen nadat er wegens verraad in mei ’44 een razzia was. Mijn ouders en andere onderduikers waren inmiddels volgens plan de omliggende velden ingevlucht. Ondanks het feit dat er dus geen onderduikers in het huis waren, is Gerrit Jan op 5 juni 1944 in opdracht van de Sicherheitsdienst gearresteerd door de beruchte Jodenjager, de Hengelose politieman Bronsema. Minder dan een jaar voor de bevrijding is hij eerst naar Den Haag afgevoerd en vervolgens naar de gevangenis in Scheveningen en via kamp Vught naar Sachsenhausen, Oranienburg en concentratiekamp Bergen-Belsen getransporteerd. Martha werd niet gearresteerd.

Toen haar man nog in Den Haag werd vastgehouden is zij naar smeerlap Bronsema gegaan en heeft hem gesmeekt of hij er voor kon zorgen dat haar man uit de gevangenis zou worden ontslagen, er waren immers op het moment van zijn arrestatie geen Joden of andere onderduikers in hun huis. Bronsema zei dat hij haar man vrij zou kunnen krijgen. “Maar,” stelde hij: “dan moet jij er voor zorgen dat ik de namen krijg van minsten drie ondergedoken Joden.” Martha’s antwoord was kort maar krachtig: “Nee, ik verraad geen Joden.”

Haar man Gerrit Jan is begin februari 1945 in Bergen-Belsen overleden. Hoe en onder welke omstandigheden en waar zijn stoffelijk overschot rust, is niet bekend.

Hun zoon Gerard Willem was veertien jaar toen zijn vader door Bronsema en diens trawanten uit zijn huis werd gesleept. De omstandigheid dat zijn vaders graf niet bekend is, had een dramatische impact op zijn verdere leven; tientallen keren heeft hij Bergen-Belsen, Sachsenhausen, Auschwitz en andere voormalige concentratiekampen bezocht. Zijn leven betekende een eindeloze zoektocht naar een graf dat onvindbaar is. Dat vertelde Gerrit Jan mij.

Wij hebben elkaar een paar weken na dit telefoongesprek ontmoet, een dag om nooit te vergeten. Wij maakten kennis en zijn sindsdien heel goede vrienden. Tijdens die ontmoeting is afgesproken dat de verzetshelden Gerrit Jan en Martha zullen worden voorgedragen voor de (postume) Yad Vashem Onderscheiding. Gerard Willem viel mij huilend in de armen en beloofde dat, als zijn ouders dat eerbewijs zouden krijgen, ‘de cirkel rond was’ en de zoektocht naar het graf van zijn vader teneinde was.

Donderdag 16 mei 2019, in het kerkje van Dirksland (Goeree Overflakkee) ontvingen Gerrit Jan en Martha (posthum) de Yad Vashem Onderscheiding. Na de indrukwekkende plechtigheid sloeg Gerard Willem zijn arm om mij heen, bedankte me, en zei dat zijn belofte vandaag was ingegaan: “En volgend voorjaar gaan we met z’n allen naar Jeruzalem, hè?” Helaas konden we het voorjaar van 2020 vanwege corona niet naar Jeruzalem om in de tuin van het Yad Vashem Museum de namen van zijn ouders – mijn grote helden – in steen vereeuwigd te zien en aan te raken. Het laatste halfjaar werd Gerard Willem steeds zwakker en kon de reis naar Israël sowieso niet doorgaan.

Zondag 5 juni 2022, gaat de telefoon. Een heel erg droevige mededeling van Gerrit Jan: Zijn vader is de dag daarvoor overleden op de gezegende leeftijd van bijna 93 jaar.

Lees ook:
Religieuzen die hun hagje redden – column Awraham Meijers

‘Mijn grote frustratie als ik in Israël ben is het dieptreurige verkeersgedrag van de Israëli’s. Gek word je daar als medeweggebruiker. Daar ga ik het nu niet over hebben. Maar wel over het feit dat ik mij in het Heilig Land groen en geel erger en verstoord raak als ik op straat word aangesproken door een ultra-orthodoxe man – herkenbaar aan zijn ‘aan God gewijde’ kledij – die mij vraagt of ik Joods ben. Of ik Joods ben! De gotspe…’

Logo Maror.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.

Categorie: |

Home » Nieuws » Nee, ik verraad geen Joden – column Awraham Meijers