Vis, liefde, vasten en ramadan – column Tomer Pawlicki

Tomer Pawlicki
FB

‘Ik ben gek op vis. Je zou kunnen zeggen dat ik van vis hou. Vis is gezond voor de mens. Veel gezonder dan rund of kip. Vis vet zet minder uit zodra het verteerd wordt door je lichaam. Je aderen slibben er minder snel van dicht. En voor de darmen is het niet zo slecht als rood vlees. Vandaar dat heel erg veel mensen van vis houden. Ze zweren bij vis. Ze verklaren de liefde aan vis. Vis kunnen ze eten zonder schuldgevoel naar hun lichaam. Geen wonder dat gefilte Fisch zo een populair gerecht is.

Wij mensen zijn goed in onze onvoorwaardelijke liefde verklaren aan anderen. Zoals aan die vis. Terwijl wij niet werkelijk van dat beest houden. Als wij van de vis hielden zoals we van onszelf houden dan lieten we de vis in het water. Dan namen we niet de moeite hem uit zijn comfortzone te trekken. Dan stopten wij de vis niet in onze ovens op of boven onze houtskool.
Die liefde voor die vis is eigenlijk liefde voor onszelf. Het is onvoorwaardelijke liefde aan onszelf. Niet aan de ander. Dat is een misverstand waar wij allemaal aan lijden.

Over liefde voor eten gesproken. Zojuist is de ramadan afgelopen. Een maand waarin de moslims overdag niet eten. Ik mocht twee keer aanschuiven bij de iftar, het aanbijten.
Zelf ben ik niet iemand die vast. Jom Kipoer sla ik altijd over. Negen van de tien keer omdat ik het vergeet. Ik ben het ook niet van plan ooit wel mee te doen. Niet voor de hemelpunten in ieder geval. Toch zette de ramadan me aan het denken.

Als eigenliefde bestaat uit nemen, iets deel maken van jezelf, dan bestaat naastenliefde uit geven en onthouding. Jezelf onthouden van iets dat goed is voor jou. En het onthouden deel vervolgens gunnen aan een ander.
Investeren in iemand anders zou je het zelf kunnen noemen. Dat stukje dat je hebt gegeven verzorg je dan samen. Een deel van jezelf of dat van jou had kunnen zijn zit dan nu in iemand anders. Dat gun je dezelfde vrijheid als dat je jezelf zou gunnen. Zo werkt liefde. Als het goed functioneert tenminste.
Zo stel ik me dat voor. Het is puur een subjectieve observatie.

Dit is overigens geen poging iets te zeggen over geloof, volk of ras. Dit is geen poging iets of iemand te kraken. Het is ook geen poging iets op een voetstuk te plaatsen of iemand.
Het is geen fictief telefoon gesprek met een premier/president van een land. Het is zelfs geen poging mensen anders te laten kijken dan dat ze doen.
Het zijn mijn gedachten die ik met behulp van woorden probeer uit te pluizen.
Want ja, deze columnist gelooft niet in geloof. Maar probeert op zijn eigen manier de oorsprong van tradities te begrijpen.

Het is bizar waar het uitpluizen van gedachten toe kan leiden.
Boze mensen die verwijten naar je hoofd gooien. Het mooiste verwijt vond ik ooit “Het provocerend uitdragen van mijn anti-Joodsheid”. Door mijn gedachte te delen over hoe ik mijn leven invul liet ik de Joodse gemeenschap niet in zijn waarde. Terwijl het enige wat ik deed, was mijn levensstijl blootstellen.
Boosheid komt tegenwoordig net zo vaak voor als kanker. Net zo vaak als gedachteloos een vis opeten in de naam van liefde. Misschien zelfs wel meer. Ik kan hier makkelijk 100 boze eters noemen.
Wie zich eens daar van zou onthouden, zou het misschien in zich vinden om zich er van te ontdoen.’

Categorie:

Home » Columns en opinie » Archief Oud-columnisten » Vis, liefde, vasten en ramadan – column Tomer Pawlicki