Het dilemma van de Joodse kiezer – column David Serphos

C. Kamerodski

Met de Amerikaanse presidentsverkiezingen voor de deur, zou ik niet graag in de schoenen staan van de Amerikaanse kiezer. De keuze voor de ene oude man of de andere nog oudere man, in een zorgelijk tijdsgewricht en onder een gesternte dat beheerst wordt door polarisatie, soundbites en angstbeelden, biedt weinig perspectief en hoop.

Vroeger waren er bepaalde wetmatigheden. Arbeiders, minderheden zoals Afro-Amerikanen, Latino’s en mensen die aan de onderkant van de sociale ladder stonden, stemden voor de Democratische presidentskandidaat. Ook Joden stemden in het algemeen voor de partij van F.D. Roosevelt, John F. Kennedy en Bill Clinton. De Democratische Partij stond voor burgerrechten, gelijke kansen en een Verenigde Staten dat eensgezind was in het geloof in ‘motherhood and apple pie’.

Mensen de het al helemaal gemaakt hadden, huizen bezaten en een eigen vermogen hadden opgebouwd, stemden vroeger voor de Republikeinse Partij van Dwight Eisenhower, Richard Nixon en Ronald Reagan. Zo simpel was het. In de jaren tachtig ging bovendien gelden dat als je kerkelijk gezind was, je ook voor de ‘GOP’ ging stemmen, want die sprak zich duidelijk uit tegen abortus en andere ‘gruwelen’ van de moderne samenleving.

Ik kan me wel herinneren dat onder Amerikaanse Joden het onderwerp van Israël ook kon meewegen bij de keuze naar wie hun stem ging. Was een bepaalde partij duidelijk vóór Israël, dan kon die op de sympathie van de Joodse kiezer rekenen. Daar zorgde de grote pro-Israël lobby – AIPAC – wel voor.

Hollandse scheidslijn
In Nederland bestond er decennialang ook een duidelijke scheidslijn. Arbeiders, studenten, minderheden, shagrokers en mensen die met de fiets naar hun werk gingen stemden PvdA terwijl huiseigenaren, ondernemers en mensen met een eigen auto VVD stemden. Kerkelijke christenen stemden uiteraard op de confessionele partijen zoals CDA en SGP en later de ChristenUnie.

Joden zweefden in het algemeen tussen de PvdA en de VVD. Ook in Nederland was het onder overlevenden van de Sjoa en babyboomers binnen de Joodse gemeenschap lange tijd relevant hoe een partij tegenover Israël stond, want per slot van rekening lag de Tweede Wereldoorlog niet in een heel ver verleden. Het nog jonge land werd beschouwd als een veilige plek, mocht het in Nederland ooit weer te benauwd worden. Zelf heb ik aan het begin van deze eeuw een keertje een uitstapje gemaakt naar de ChristenUnie omdat ik onder de indruk was van de Israël-paragraaf in het partijprogramma.

Opkomen voor Joden
Zowel voor wat betreft de VS als in Nederland is het Israëlstandpunt minder relevant geworden. Want het gekke is dat de partijleiders die nu het hardst Israël steunen, opvallend genoeg weinig doen voor de Joodse gemeenschap in eigen land. Het gros van de Joden dat als overtuigd zionist of anderszins serieus overwoog aliya te maken, is zo langzamerhand wel naar Israël geëmigreerd. Daarnaast is het aantal mensen dat die stap nog zal gaan maken loopt eerder in de tientallen dan in de honderdtallen.

En dus is het voor bewust Joods levende Nederlanders – althans voor deze Nederlandse Jood – relevanter geworden wat partijen dóen om Joods leven in dit land mogelijk te houden. Als je dan kijkt naar PvdA, VVD, D66 en de PVV (deze laatste een partij met een duidelijk pro-Israël profiel), dan valt op hoe weinig zij doen aan het veilig stellen van de grondwettelijke vrijheden die wij Joden genieten. Neem bijvoorbeeld de sjechieta (kosjere slacht), de b’riet mila (jongensbesnijdenis op deachtste dag) en het (Joods) bijzonder onderwijs. De PVV was tien jaar geleden mordicus tegen het behoud van de kosjere slacht, dat bij de andere niet-confessionele partijen evenmin weerklank vond. En het zal geen twintig jaar meer duren voordat er een einde zal komen aan de b’riet mila en scholen als het Cheider, Maimonides en Rosj Pina.

Groeiend antisemitisme
In de VS kan je anno 2020 dezelfde vraag stellen. Het is evident dat Israël geen grotere vriend in de wereld heeft dan het Amerika van Trump. De gesloten vrede met de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein en Soedan, en mogelijk op termijn ook met Saudi Arabië, was zonder The Donald nog lange tijd bij een fantasie gebleven. In die zin zou iedere Amerikaanse Jood die een lotsverbondenheid voelt met Israël volgende week republikeins moeten stemmen. Maar wat heeft deze zelfde Trump gedaan voor de Joodse gemeenschap in zijn eigen land? Wat heeft hij eraan gedaan dat Joden zich in zijn Amerika zich beschermd kunnen voelen in hun vrijheden?

Nog op 15 oktober legitimeerde Trump de enge beweging als QAnon (want ze zijn tegen pedofilie), waarmee hij ruimte geeft aan valse antisemitische mythes over Joodse werelddominantie en de rituele moord op christelijke kindertjes. Dat hij vorig jaar verklaarde dat Joodse kiezers die op een Democraat stemmen een gebrek aan kennis hebben en niet loyaal zijn, is hem ook niet bepaald in dank afgenomen onder grote groepen Joden.

Als klap op de vuurpijl volgde op 26 oktober 2020 de publicatie van het rapport State of Antisemitism in America 2020. Uit dit onderzoek door de AJC (American Jewish Committee) valt op te maken dat van de geïnterviewde Amerikaanse Joden 82% zegt dat het antisemitisme de afgelopen vijf jaar is toegenomen terwijl niet minder dan 37% zegt in diezelfde periode slachtoffer van antisemitisme te zijn geweest.

Waar op te stemmen?
Nee, de Joods-Amerikaanse kiezer staat voor een moeilijk dilemma.
Maar net zo lastig vind ik het om te bepalen waar je als Nederlandse Jood in maart 2021 op moet stemmen. Bij ons zullen de verkiezingen vooral over corona gaan, zoveel is wel duidelijk. Deze pandemie heeft aangetoond dat de politiek in dit land zich al decennialang nauwelijks druk heeft gemaakt om de échte gezondheid van de mensen en het voorbereid zijn op een medische crisis zoals deze. En vrijwel alle bestaande politieke partijen hebben wat dat betreft boter op hun hoofd.

En ziedaar een thema waar we als Joden over kunnen nadenken als we Israël, de sjechieta, de b’riet mila en het Joodse onderwijs komend voorjaar niet willen laten meewegen bij het geven van onze stem: gezondheid. Een Joodser thema bestaat niet.

Gelukkig hebben we nog een kleine vijf maanden om daarover onze gedachten te laten gaan. In de tussentijd wens ik mijn Joodse vrienden in de Verenigde Staten wijsheid. Aan hen en u alle mensen van goede wil: blijf gezond!

Lees ook:
Onderbroken vasten – column David Serphos

Van nature heb ik een onrustige aard. Daarnaast ben ik snel afgeleid en kan ik me moeilijk ontspannen. Als je dergelijk gedrag vandaag medisch zou moeten kwalificeren, dan kom je waarschijnlijk al snel tot de diagnose ADHD, of in elk geval ADD. Ik heb het 56 jaar zonder pilletjes aardig kunnen maskeren door veel bezig te zijn en die constante onrust om te buigen tot een deugd. Dat altijd maar bezig zijn houdt me jong, denk ik dan maar.

Logo Maror.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.

Categorie: | |

Home » Nieuws » Het dilemma van de Joodse kiezer – column David Serphos