Kleinzoon krijgt verzekeringspolis ter waarde van 60.000 euro van vermoorde opa uitbetaald

De Monitor

Joël Komkommer (66), de kleinzoon van de in Sobibor vermoorde Joodse Nederlander en Joël Komkommer sr., krijgt na 75 jaar de levensverzekering van zijn opa uitgekeerd. Komkommer sr. sloot middenin de Tweede Wereldoorlog een levensverzekering af, zodat zijn zoon Isaac het later goed zou hebben. Nadat hij was vermoord in vernietigingskamp Sobibor werd de verzekering niet uitbetaald. Dit wordt nu rechtgezet. Het gaat om een bedrag van 60.000 euro.

De Monitor
Kleinzoon Komkommer trad op in het tv-programma De Monitor, dat sinds enige tijd onderzoek doet naar geroofd Joods vastgoed. Tot in de bezettingsjaren hadden zijn grootouders Joël en Rachel Komkommer een kruidenierszaak op Rapenburg, in Amsterdam. Het paar was onderdeel van de gegoede middenstand. “De aanloop in de winkel moet goed zijn geweest. Hij had wat vermogen opgebouwd. Mijn grootvader was een lieve man, die goed voor zijn familie zorgde. Midden in de oorlog, in 1942, sloot hij een levensverzekering af, zodat zijn zoon het later goed zou hebben,” aldus Joël Komkommer jr. in Het Parool.

Taboe
Zijn moeder, die Auschwitz had overleefd, sprak na terugkeer nooit over de oorlog en de Sjoa. Dat onderwerp was thuis taboe. Zijn vader werd acteur en speelde rollen onder de artiestennaam Dick Scheffer. Hij was onder meer te zien in films als Turks Fruit, Soldaat van Oranje en Flodder. In die laatste film speelde hij de rol van SRV-wagenmedewerker Van Putten. Zoon Joël heeft nooit veel over de oorlog geweten totdat hij na de dood van zijn ouders oude fotoalbums in een kast ontdekte en zelf op onderzoek uitging.

Scene in Flodder (1986) met Deck Scheffer, alias Isaac Komkommer, als SRV-bediende Van Putten.

Ontdekkingen
Komkommer ontdekte dat zijn grootouders waren opgepakt tijdens een razzia in 1943. Een maand later werden ze in Sobibor vermoord, evenals vele andere Joodse Nederlanders. “Mijn vader, die toen veertien was, kwam net uit school. Tante Wil hield hem tegen. Mijn vader zag nog om de hoek hoe zijn ouders werden weggevoerd,” zegt Komkommer. Nadat eerder dit jaar duidelijk was dat onderzoeksjournalisten van De Monitor werkten aan onderzoek naar geroofd Joods vastgoed, vroeg hij hen om hulp. “Ik wilde weten wat er met het winkelpand van mijn grootvader was gebeurd.”

Royement
Na enig speurwerk werd correspondentie gevonden in het dossier van de familie Komkommer uit het Nederlandse Beheersinstituut. Deze instantie hield zich na de bevrijding bezig met het opsporen van onder andere vermogens van afgevoerde of ondergedoken Joodse burgers. Daaruit bleek dat opa Komkommer een levensverzekering had afgesloten bij de Algemene Friesche, een verzekeringsmaatschappij van destijds. De verzekerde som van de polis bleek nooit te zijn uitbetaald. De maatschappij had Komkommer wegens het niet betalen van de verzekering (hij was immers afgevoerd naar het Oosten) geroyeerd.

‘Komkommer kwam pas op 9 mei 1943 in Westerbork. Er kan dus niet gesproken worden van overmacht, omdat hij in maart 1943 nog in de gelegenheid was zijn premie te voldoen’, stelde de verzekeraar indertijd. Hij had zijn geld en bezittingen moeten inleveren bij roofbank Lippmann, Rosenthal & Co. Uit de stukken blijkt ook dat hij zijn rekeningen aan leveranciers niet meer kon betalen. “De correspondentie met de verzekeraar weerspiegelt de kille en zakelijke houding ten aanzien van de kwetsbare Joodse bevolking,” vertelt data-journaliste Miranda Grit van De Monitor. 

Alsnog uitbetaling
Onlangs besloot de onafhankelijke Stichting Individuele Verzekeringsaanspraken Sjoa, die namens de verzekeraars onderzoek doet naar dit soort polissen en levensverzekeringen, dat het geld van de polis alsnog moet worden uitbetaald aan de nabestaanden van Komkommer. Het gaat om een geldsom van een kleine 60.000 euro. “Het is heel bijzonder dat zo’n groot bedrag, bijna 75 jaar na de oorlog, nog wordt uitgekeerd,” aldus Grit. De stichting Sjoa heeft de laatste twintig jaar meer dan 2.200 polissen uitbetaald. Samen gaat het om 8,5 miljoen euro. De gemiddelde waarde per polis was 2.500 euro, aldus de krant.

Komkommer jr. is blij met de genoegdoening. “Het gaat me niet om het geld of om rechtvaardigheid. Ik ben meer te weten gekomen over mijn familie. Ik wist niets van mijn grootouders af. Het ontroert me dat mijn opa midden in de oorlog nog een levensverzekering afsloot voor zijn zoon. Zo krijgen we een beeld van hem. Hij komt tot leven.”

Categorie:

Home » Nieuws » Kleinzoon krijgt verzekeringspolis ter waarde van 60.000 euro van vermoorde opa uitbetaald