Umdenken is een proces in ‘Dankzij de oorlog’

Afbeelding met tekst: Om dubieuze claims te voorkomen is deze afbeelding verwijderd.

Acteur en columnist Tomer Pawlicki presenteerde maandag zijn eerste roman met de titel ‘Dankzij de oorlog‘. In het boek gaat de schrijver in op de vraag: ‘Is de Tweede Wereldoorlog ergens goed voor geweest?’ Hijzelf bestaat dankzij de oorlog, zo is zijn redenering. Het boek is een spin off van zijn eerdere theatervoorstelling met de gelijknamige titel. Deze monoloog kreeg in 2014 en 2015 lovende kritieken. Jonet sprak hem over het boek en zijn gedachten anno nu.

Naast het toneelstuk bent u begonnen met het schrijven van een boek over hetzelfde thema. Maar waar begon uw gedachtespinsel nou eigenijk echt? 

“Het is ontstaan als een grapje dat ik heb gemaakt. Dat gebeurde toen ik terug begon te denken aan mijn familiegeschiedenis. Mijn opa en oma van mijn vaderskant zouden elkaar niet hebben ontmoet als de Tweede Wereldoorlog nooit was uitgebroken. Ik dacht namelijk altijd dat mijn Joods-Poolse opa bij mijn oma was ondergedoken, dat ze daar verliefd waren geworden op elkaar en dat vervolgens mijn vader geboren kon worden. Hij ontmoette mijn moeder en daarna kwam ik. Ergo: ik besta dankzij de oorlog. Van daaruit begint ook het verhaal.”

Welk verhaal?

“In het boek vindt er een fictieve briefwisseling plaats tussen mij en mijn oma; overigens zijn dat niet precies dezelfde brieven als die ik in de monoloog heb gebruikt. In het boek stel ik haar per brief de vraag: vindt jij ook dat de oorlog ergens goed voor is geweest? Ik weet dan het antwoord al en zeg: ja, jij houdt van me, dus jij moet vinden dat het ook zo is. Zij zegt dat de oorlog nergens goed voor is geweest. Ik had volgens haar niet mogen bestaan. Ik dwing ik mijn grootmoeder om haar mening over de oorlog te herzien en zij slaat terug met het gelijk van de geschiedenis aan haar zijde. Die frictie is spannend.”

U wilt dus dat de lezers gaan ‘Umdenken’, om maar eens een Duits woord te gebruiken.

“Nou, dat Umdenken is het proces in het verhaal. In het boek probeer ik een vrij naïeve en desalniettemin vrij ware veronderstelling, dat je bestaat dankzij de oorlog, verder door te voeren. Tegelijkertijd probeert mijn oma me ervan te overtuigen waarom die oorlog nergens goed voor is geweest. Als je er feitelijk naar kijkt, dan is de Tweede Wereldoorlog behoorlijk desastreus geweest: er kwamen circa 72 miljoen mensen om, waarvan zes miljoen Joden en ongeveer een half miljoen Sinti en Roma. En ja, als je het zo bekijkt, dan is de oorlog nergens goed voor geweest. Maar dan nog vind ik het geestig om het zo te bekijken dat ik besta dankzij de oorlog. Overigens besta ik natuurlijk ook omdat mijn vader, op de dag dat hij mijn moeder ontmoette, een groen shirt met gele poesjes had aangetrokken. Als hij dat niet aan had gehad, dan had zij hem niet aangesproken. Toch hangen wij in onze familie niet ons hele goed-kwaaddenken op aan de de Tweede Wereldoorlog. Nee, die is niet leidend.”

Gechargeerd gezegd loopt u in het boek met uw oma te bomen over waarvoor de oorlog goed zou zijn geweest. Maar zitten andere Joodse lezers daar wel op te wachten? 

“Ik kan het me voorstellen dat Joden zich boos maken over het fictieve gesprek dat ik met mijn oma in het boek heb, maar goed, er zijn genoeg dingen waar mensen zich druk over kunnen maken.”

U kunt dat zo wel zeggen, maar bepaalde Joodse Nederlanders zullen boos en verontwaardigd zijn over uw boek. Beseft u dat u hen mogelijk pijn zal doen?

“Laat ze het boek eerst lezen. Daarna wil ik wel van hen horen wat ze er echt van vinden. En ja, als je aan elk weldenkend mens vraagt waar de Tweede Wereldoorlog goed voor zou zijn geweest, dan krijg je bij bijna iedereen hetzelfde antwoord: dat het nergens goed voor is geweest. Zo ook bij Joden die de oorlog hebben overleefd, en hun nazaten. Dat besef ik terdege. Toch is het voor mijzelf anders. Ik ben in 1986 geboren, heb een ander lichaam en leef in een andere tijd. Veel andere Joden denken erg veel terug aan hoe het zou zijn geweest als de Tweede Wereldoorlog niet had plaatsgevonden. Voor 1940 leefden er veel meer Joden in Nederland en als die oorlog niet had plaatsgevonden, dan was er nu een grote Joodse gemeenschap geweest. Zonder de verborgen gaten die je nu ziet. Ikzelf zie die gaten niet.”

Hoezo? 

“Stel je eens voor dat ik zou zijn geboren en opgegroeid in een ver eiland in Oceanië. Dan had ik een kind kunnen zijn van iemand die daar is geboren, maar wat had ik dan meegekregen van die oorlog? Weinig. In mijn boek wil ik laten zien dat het voor veel mensen een kwestie van perceptie is. Slachtofferschap en daderschap worden door ouders doorgegeven aan hun kinderen die het weer doorgeven aan hun eigen kinderen. Terwijl die kinderen allemaal ongeschonden zijn geboren. In tegenstelling tot anderen heb ik er persoonlijk geen last van dat de sjoa is geweest.”

Echt niet? Er zijn genoeg derde-generatie-Joden die het gevoel hebben iets te missen of vinden dat ze hun koffers moeten pakken naar Israël omdat het in Europa ‘twee voor twaalf’ zou zijn. U niet?

“Ik kijk er misschien net iets anders naar omdat ik een seculiere en Israëlische achtergrond heb. Ik ben in dat land geboren en kwam begin jaren negentig naar Nederland. Mijn ouders wilden daar weg om onder andere veiligheidsredenen en omdat de zon voor roodharige kinderen veel impact had. Ja, mijn zusje en ik hebben rood haar. We zijn in Nederland neergestreken omdat mijn tante hier al woonde. Voor mij is Nederland dus niet mijn geboortegrond.”

Lees morgen deel twee van dit interview met Tomer Pawlicki, dat onder andere gaat over zijn jeugd en zijn besognes als opiniemaker in Joods Nederland.

Categorie:

Home » Cultuur » Boeken » Umdenken is een proces in ‘Dankzij de oorlog’