Nagenoeg volledige gids over Joods erfgoed – recensie

Gids van Joods erfgoed in Nederland
Bol.com

Een belangwekkend naslagwerk, samengesteld door Jan Stoutenbeek en Paul Vigiveno, aldus recensent Awraham Meijers.

‘Het is een prachtig en dapper initiatief van de journalisten Stoutenbeek en Vigiveno om een voornamelijk historisch project op poten te zetten waarin onder meer “de verdwenen kille” wordt beschreven, en aldus bewaard blijft voor volgende generaties. Dapper omdat de schrijvers op voorhand wisten dat het samenstellen van een dergelijke Gids monnikenwerk betekent. Want het vergt op z’n minst enkele jaren intensief onderzoek, waarbij ook tegenslagen ingecalculeerd moeten worden. Er moet eindeloos veel materiaal – teksten en afbeeldingen – worden verzameld, bestudeerd, aangevuld en samengevat. Er zullen talloze interviews worden afgenomen, (foto-)archieven uitgeplozen. Op een gegeven moment wordt een streep worden gezet onder het “veldwerk”, terwijl Stoutenbeek en Vigiveno er zich van bewust waren dat meer onderzoek viel te verrichten. Daarom melden de auteurs wijselijk dat ze (terecht!) niet volledig konden zijn.

joods met een kleine j.
Wat al snel opvalt in de Gids is dat jood, joden, jodin, joodse, etc. in tegenstelling tot wat in woordenboeken staat vermeld, niet met een hoofdletter wordt geschreven. Volgens de uitgever wordt hier het Joods Historisch Museum gevolgd, dat ook zo te werk gaat, omdat het onderscheid tussen Joods als volk en joods als religie soms moeilijk te maken is. Het komt namelijk vaak voor dat beide een rol spelen, waardoor het verwarrend kan zijn voor de lezer, aldus de uitgever. Waar in deze recensie uit de Gids wordt geciteerd, is joods, jood, joden en joodse met een kleine letter geschreven. Dat geldt overigens ook voor asjkenazim en sefardim.

Levende tradities
In het voorwoord van Emile Schrijver, directeur van het Joods Historisch Museum – dat zijn medewerking aan de Gids verleende – benadrukt hij dat vanwege de eliminatie van de Joodse gemeenschappen tijdens de Tweede Wereldoorlog veel “levende tradities” verloren zijn gegaan en hem daarom de term “erfgoed” verontrust, aangezien er een element van voorbijgegane tijden in zit. Een terechte kanttekening die hij met een positieve feitelijkheid afrondt, want: “Er zijn in Nederland legio voorbeelden van joodse organisaties, religieuze gemeenten en anderszins, die hun rol in het joodse leven combineren met oprechte zorg voor hun erfgoed”.
De Gids is dus geen rondleiding over een culturele, traditionele en religieuze dodenakker aangezien, zoals Schrijver aangeeft dat, “weliswaar ontzettend veel tradities verloren zijn gegaan, maar er ook nog heel veel is wat leeft”. Aan dat laatste wordt gelukkig veel aandacht besteed.

Waarom Nederland?
Voordat de auteurs dieper ingaan op de “Geschiedenis van de joden in Nederland”, krijgt de lezer een beknopt overzicht vanaf de Joodse opstand tegen het Romeinse bewind (vanaf 66 tot 74) en de verwoesting van de tempel in Jeruzalem in het jaar 70, de hier uit voortvloeiende diaspora, de ineenstorting van het Romeinse Rijk, tot en met de Joden en hun gemeenschappen in Nederland. Er wordt op compacte en heldere manier ingegaan op hun ontstaansgeschiedenis in Nederland en hun kehilles – kehille, kille of kehilla is een (georganiseerde) Joodse gemeente.
De positie van de eerste Sefardim, afkomstig van het Iberisch Schiereiland – vanaf 1492 werd hun het leven in Spanje en Portugal onmogelijk gemaakt. In latere tijden kwamen de Asjkenazim, hoofdzakelijk uit het oosten van Europa afkomstig. Een cruciale aanleiding voor hun vlucht naar deze contreien vond plaats in 1648 toen de moordlustige antisemitische Kozakkenleider Chmelnitski met hulp van Poolse bendes onvoorstelbare misdaden tegen de Joodse bevolking beging. Hier in het relatief tolerantie deel van Europa begonnen de vluchtelingen een nieuw leven.
Het was in Amsterdam waar zich vanaf de zestiende eeuw Joden vestigden. Maar ook in het (Noord-)oosten en Zuiden van ons land, in de grensgebieden met Duitsland, ontstonden kehilles die zich tot de Tweede Wereldoorlog handhaafden, tot bloei kwamen. Er waren synagogen, begraafplaatsen, er werden Joodse schooltjes opgericht, en er waren culturele manifestaties.
Veel is verdwenen, maar wat resteert aan erfgoed en wat inmiddels is herbouwd, wordt in de Gids prachtig beschreven, per streek, per stad en dorp.

Van marskramer tot industrieel
In de boeiende inleiding benadrukken de auteurs dat, om een zo breed mogelijk beeld te schetsen van het Joodse leven in Nederland door de eeuwen heen, niet alleen specifiek Joodse zaken als synagogen en begraafplaatsen zijn onderzocht, maar ook feiten die slechts een Joods aspect hadden: “Vaak ging het om een minimaal accentverschil, vergeleken met de algemene ontwikkeling binnen de Nederlandse samenleving”, aldus de auteurs. Een mooi voorbeeld vormt de ontplooiing van kleine marskramers en manufacturenhandelaren tot gerenommeerde warenhuizen van ons land.

Spanjaard
De auteurs wijzen er op dat de streek of stad waar Joden woonden en werkten van groot belang was voor hun specifieke professionele ontwikkeling. Zo speelde in Twente het Joodse (beroeps)leven zich grotendeels af rond de snel ontwikkelende textielindustrie. In de Gids staat bij het dorp Borne (Overijssel) een item over textielfabrieken van Spanjaard. Oprichter Jacob Spanjaard vestigde zich begin negentiende eeuw als lompenhandelaar in Borne, waarna hij met zijn zoons en hun kinderen een textielfabriek oprichtte, die zou uitgroeien tot een van de grootse van ons land. Begin vorige eeuw was meer dan de helft van de Bornse fabrieksarbeiders werkzaam bij Spanjaard.
Merknamen als Cinderella (lakens en ander beddengoed) Teddy luiers en Kenmore overhemden waren een begrip in ons land.
In Enschede behoorden de textielfabrieken van Menko tot de grootste werkgevers van die stad.

Organon
In Oost-Brabant was het onder andere de vleesverwerkende industrie die (ook) van invloed was op Joodse ondernemers. De Gids informeert de lezer over Oss, basis van het inmiddels wereldberoemde farmaceutisch bedrijf Organon. In 1887 begonnen Nathan Zwanenberg en zijn neef Arnold in dit dorp een ‘machinale varkensslachterij’ die zich voornamelijk specialiseerde in export van bacon naar Engeland. De slachterij groeide uit tot een onderneming met een margarinefabriek, een raffinaderij voor dierlijke oliën, er werd consumptie-ijs, zeep en conserven geproduceerd. Later zou organisch slachtafval worden verwerkt tot insuline en andere farmaceutische producten zoals medicijnen.
In 1923 ontstond Organon, dat het moederbedrijf zou overvleugelen nadat de fabricage van margarine, oliën, vetten en zeep door Unilever was overgenomen. Organon is wereldberoemd vanwege het ontwikkelen en op de markt brengen van de anticonceptiepil – ‘de pil’.
De ‘Gids van joods erfgoed in Nederland’ focust zich vooral op het dagelijks leven van Joden in steden, de mediene (provincie) en kehilles, toen en nu. Voor lezers van de Gids zal het een verrassende ontdekkingsreis zijn. Wellicht in de eigen woonplaats, maar zeerzeker ook in de tientallen andere steden en dorpen; bijna alle voormalige en nog bestaande Joodse gemeentes worden minutieus beschreven.

Maarssen
Kijk bijvoorbeeld bij Maarssen en je komt aan de weet dat dit de enige plaats is waar zo’n driehonderd jaar geleden de (Sefardisch) Joodse bevolking een korte tijd de meerderheid van de bevolking was. Zij specialiseerden zich in de tabakscultuur en suikerhandel. In 1759 werd een synagoge ingewijd. Veel heel veel relevante informatie.

Bourtange
Ander willekeurig voorbeeld: Bourtange (Groningen) Geografische informatie; dit voormalig vestingstadje ligt op een zandrug in het veengebied dat grenst aan Duitsland. Afkomstig uit dat land vestigden zich hier in de 18de eeuw de eerste Joden. In 1813 was er sprake van een Israëlitische Gemeente met een huissjoel. Ooit telde de kille 100 zielen. Na de oorlog werd het oude sjoeltje gerestaureerd, sinds 1987 is het een Joods Synagogaal Museum.

Over Maarssen, Bourtange en tientallen andere dorpen en steden staat zoveel relevante informatie, dat de lezer daar zelf op bezoek zal gaan om met de Gids in de hand veel, heel veel, interessants te ontdekken.

Tekst en beeld
Van de grote steden krijgt Amsterdam vanzelfsprekend de meeste aandacht – 150 pagina’s. Want Mokum is de stad waar sinds eeuwen Joden hebben gewoond, waaronder velen die een niet onbelangrijke bijdrage hebben geleverd, en nog steeds leveren, op het gebied van onder andere kunst, wetenschap, politiek, handel, sociale ontwikkelingen, die ook landelijk van grote invloed waren en nog steeds zijn. Uitgebreid wordt het Joodse leven van Mokum in liefst 187 (!) items beschreven. Hier zal zelfs voor de geboren en getogen Amsterdammer een belangwekkende wereld opengaan.

Natuurlijk geldt dit evenzeer voor de beschrijving van bijvoorbeeld Groningen, Amersfoort, Deventer, Den Haag, Assen en Rotterdam. Ook over die steden wordt veel informatie aangereikt. In de Gids staat veel uniek beeldmateriaal. 

Jammer en zonde
Zoals gezegd melden de auteurs dat de Gids niet volledig is, dat zal hen niet kwalijk worden genomen. Jammer is dat bijvoorbeeld onder meer Bronkhorst – de kleinste stad van Nederland – en Doesburg niet worden genoemd.
Wat ook jammer is, is het feit dat Stoutenbeek en Vigiveno té vaak het woord Joods – en afleidingen hiervan – gebruiken. Op pagina 17 bijvoorbeeld komt dit 19 keer voor. Met een wat handiger zinsconstructie zou dit gehalveerd kunnen worden. Zonde is ook dat er geen bronvermeldingen zijn, de lezer zou zich wat verder in de materie kunnen verdiepen.

Onder de snelbinder
Maar ondanks die schoonheidsfoutjes is de ‘Gids van joods erfgoed in Nederland’ een prachtwerk, een document dat beslist in de auto of onder de snelbinder van de fiets moet wanneer men op reis gaat in Nederland, zelfs als die tocht niet verder gaat dan de naburige stad of dorp. Men zal aangenaam verrast zijn over wat er allemaal nog te (her)ontdekken valt op het gebied van Joods erfgoed!’

Auteur: Awraham Meijers

Gids van joods erfgoed in Nederland
Door Jan Stoutenbeek & Paul Vigiveno
Uitgegeven door Uitgeverij Bas Lubberhuizen, in samenwerking met het Joods Historisch Museum
ISBN 978905937 450 8
495 pagina’s. Winkelprijs 40 euro.

Gids van Joods erfgoed in Nederland
Gids van joods erfgoed in Nederland
Categorie:

Home » Cultuur » Boeken » Nagenoeg volledige gids over Joods erfgoed – recensie