Monument vermoorde Amstelveense Joden onthuld

gemeente A'veen

In Amstelveen is ruim 75 jaar na de bevrijding een monument voor de lokale slachtoffers van de Sjoa onthuld. Aan de Prins Bernhardlaan kwamen enkele tientallen genodigden bijeen om het gedenkteken voor vermoorde Joodse Amstelveners in te wijden. Door de coronacrisis kon de eerdere onthulling niet doorgaan. Deze uitgestelde ceremonie vond wel plaats, maar dan wel op gepaste corona-afstand. Het kunstwerk is gemaakt door de Amstelveense kunstenaar Piet Cohen (84). Het bestaat uit twee delen: een uit cortenstaal opgetrokken wand met de namen en leeftijden van 166 vermoorde Joden. Op de wand leunt een roestvrijstalen replica van een briefje dat onderweg van Westerbork naar concentratiekamp Auschwitz uit de trein werd gegooid.

‘Blunder rechtgezet’
Dankzij het initiatief van de Stichting Amstelveen Oranje en de inzet van David Serphos en Hugo van der Kooij, en financiële ondersteuning van de gemeente Amstelveen was het donderdagavond eindelijk zover dat ‘een onbegrijpelijke historische blunder’ recht is gezet. De organisatie verwoordt het als volgt: ‘Het project beoogt recht te doen aan de geschiedenis van de Jodenvervolging, het verzet en de onderduik in Amstelveen (…) tijdens de bezettingsjaren 1940-1945. Het verhaal van de Amstelveners die vanwege hun Jood-zijn de dood vonden, bleef in de naoorlogse geschiedschrijving onderbelicht’. Daarmee wordt bedoeld dat het merkwaardig was dat er wel een monument was opgericht voor mensen die bij ‘oorlogshandelingen’ om het leven waren gekomen, maar aan de 166 vermoorde Joodse vrouwen, mannen en kinderen, die zijn vermoord omdat ze Joods waren, was geen aandacht geschonken.

Nu, ruim vijfenzeventig jaar na de Holocaust, was aan de Prins Bernhardlaan de onthulling van het monument voor de tijdens de Tweede Wereldoorlog 166 vermoorde Amstelveense Joden. Gewone burgers die tijdens de bezetting door de nazi’s uit hun huizen zijn gedreven om in de concentratiekampen te worden vergast. Wethouder Herbert Raat, die onder andere Monumentenzorg in zijn portefeuille heeft, verwoordde dit enige tijd geleden als volgt: ‘Een herdenkingsmonument past in het programma Historisch Besef waarmee we meer aandacht willen geven aan onze geschiedenis, ook aan de zwarte bladzijden. Wat de Joodse gemeenschap is overkomen in de Tweede Wereldoorlog is een van de grootste littekens van Amstelveen’.

Geen woord over de vermoorde Joden
Het feit dat aanvankelijk op sommige oorlogsmonumenten alleen de namen werden vermeld van degenen die door oorlogshandelingen zijn gedood speelt niet alleen in Amstelveen; in meer steden en dorpen in ons land werd later – vaak in de jaren zestig – aandacht besteed aan vermoorde Joodse dorps- of stadsgenoten. In Amstelveen staan op het oorlogsmonument, dat in 1950 is onthuld, de zesentwintig namen van ‘gesneuvelde, moedige Amstelveners’ vermeld. Geen woord echter over de vermoorde Joodse inwoners van deze stad. Het is niet uitgesloten dat historici te zijner tijd proberen uit te zoeken over het hoe en waarom in meerdere steden aanvankelijk geen aandacht is besteed aan onze vermoorde Joodse medeburgers. We mogen nooit vergeten dat vanuit Amstelveen de (indirecte) weg leidde naar de hel, die namen droeg als: Auschwitz, Sobibor, Birkenau, Bergen-Belsen, Theresienstadt, Buchenwald en Mauthausen.

Een zwart gat wordt gevuld
Serphos refereerde dit heikele falen tijdens zijn toespraak als volgt – samengevat: “Ook aan het einde van de jaren tachtig bleven de Joodse slachtoffers in Amstelveen vergeten. Het gemeentebestuur verstrekte een onderzoekopdracht om “Het zwarte gat in de geschiedschrijving van Amstelveen te vullen.” Dit leidde tot het ruim zeshonderd pagina’s tellend boek Jaren van verduistering in Amstelveen. Serphos: “Wie daarin zoekt naar een redelijke beschrijving van de lotgevallen van de Amstelveense Joden tijdens de bezettingstijd kan lang zoeken. De lezer wordt er niet wijzer van.”

Het monument van kunstenaar Piet Cohen (foto: D. Serphos)

Pas in 2015 stelde toenmalig burgemeester Mirjam van ’t Veld (CDA) aan de Stichting Amstelveen Oranje de terechte vraag over vermoorde Joodse buren in haar gemeente. Deze gewetenskwestie leidde uiteindelijk tot het project ‘Nooit meer Teruggekomen’. Nu is het monument onder die naam officieel onthuld. Serphos: “75 jaar na dato wordt met dit monument een deel van de door oud-burgemeester Van Diepen genoemde zwarte gat in de geschiedschrijving van Amstelveen alsnog gevuld En wordt de nagedachtenis van 166 stadsgenoten recht gedaan.”

Niet wegkijken
De burgemeester van Amstelveen, Tjapko Poppens (VVD) refereerde in zijn toespraak aan de woorden van koning Willem-Alexander. “Met dit monument houden we de herinneringen aan hen levend en hebben wij een plek om hen te gedenken. Met dit monument blijven wij ons bewust van waar antisemitisme, buitensluiting, vervolging en deportatie toe kunnen leiden. Zoals de koning op 4 mei dit jaar onder andere ook zei: De oorlog zit 75 jaar na de bevrijding nog steeds in ons. Het minste wat we kunnen doen is niet weg kijken, niet goedpraten, niet uitwissen of apart zetten.”

Een surrealistisch gevoel
Tijdens de plechtigheid werden beurtelings door Frank Kuijper, Julie Weijers, en Jara Zurr de namen van de 166 gedeporteerde Joden voorgelezen, evenals hun leeftijd ten tijde van de deportaties: Baby’s, kleuters, jong volwassenen, volwassenen en senioren. Leerlingen van de Amstelveense Muziekschool zorgden voor muzikale intermezzo’s zoals het inmiddels klassieke thema uit de speelfilm Schindler’s List.

Vanwege de corona zaten de tientallen aanwezigen op stoeltjes met anderhalve meter tussenruimte. De organisatoren van de plechtigheid drukten de aanwezigen op het hart om ‘hun verantwoording te nemen’. Het beeld van de over het terrein verspreide aanwezigen, de bewolkte hemel, met hier en daar een lichtveeg, werd allengs donkerder en dit samen met indrukwekkende toespraken en muziek, riep een vrijwel surrealistische sfeer op.

Kunstwerk van Piet Cohen
De Amstelveense kunstenaar Piet Cohen heeft het monument gecreëerd; boven het paneel met de 166 namen zweeft als het ware een tekst van een briefje dat een gedeporteerde uit de trein op weg naar haar vernietiging heeft gegooid, in de hoop dat het ooit gevonden zou worden. Het is gevonden én zal door velen worden gezien en gelezen. De namen op het gedenkteken zijn letter-voor-letter handmatig ingezet met machinaal uitgesneden koperen letters. Zowel de stalen wand als de belettering gaan oxideren, zodat de wand na enige tijd een egale roodbruine kleur krijgt en de letters groen uitslaan.

De woorden van wethouder Herbert Raat (VVD) zullen door middel van Cohens’ monument bewaarheid worden: “Amstelveen was na de oorlog heel sterk op de toekomst gericht. Nu Amstelveen volwassener geworden is, komt er meer aandacht voor het verleden, over wie we zijn en waar wij vandaan zijn gekomen.” Het aanvankelijk nalaten van herdenken van de vermoorde 166 Joodse stadsgenoten was een trieste omissie van de Amstelveense samenleving. Maar de stad kan vanaf nu trots zijn op een ontroerend monument ter nagedachtenis van de Holocaust, De vermoorde onschuldige burgers zijn nu zichtbaar gemaakt.  

Lees ook:
Onthulling Joods monument Amstelveen afgelast en uitgesteld

De onthullingsceremonie van het Joods monument in Amstelveen gaan niet door vanwege de coronacrisis. Er is niet gekozen voor een digitale onthulling, zoals in Hoorn op maandag wel het geval is. Omdat het kunstwerk al af is, zal het later wel toegankelijk worden voor het publiek. 

Categorie:

Home » Nieuws » Monument vermoorde Amstelveense Joden onthuld