De Joodse stem: CDA Amsterdam

Beeld: CDA
Beeld: CDA

In het kader van de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart heeft Jonet in Amsterdam en Amstelveen vier stellingen rond Joodse thema’s aan de grootste politieke partijen voorgelegd. Vandaag is het CDA in Amsterdam aan de beurt in deze reeks met de naam ‘De Joodse stem’. De christen-democraten willen één miljoen euro reseveren voor de beveiliging van Joodse instellingen, willen opkomen voor de Briet Mila als er een verbod wordt voorgesteld en staan al langer in voor een stedenband met Tel Aviv. Lijsttrekker Marijke Shasavari ligt haar standpunten toe.

1. Veiligheid
Op het gebied van beveiliging van Joodse instellingen is in de laatste periode veel te doen geweest. Zo vindt de Joodse gemeenschap dat Joodse instellingen financiële compensatie moeten krijgen voor de hoge beveiligingskosten die zij maken. Per jaar is de gemeenschap circa een miljoen euro aan kosten kwijt. Ondanks dat het Rijk niet wil bijdragen aan de kosten (minister Opstelten van J&V vindt dat er geen sprake is van een structurele dreiging) betalen de gemeente Amsterdam en stadsdeel Zuid wel mee aan de beveiliging. Vandaar de vraag aan u: moet de gemeente doorgaan met het bekostigen van de Joodse veiligheid? Zo ja, waarom?

Shasavari: “Dat er in Amsterdam anno 2014 sprake is van een geweldsdreiging richting de Joodse gemeenschap is een grof schandaal. Maar het is wel een realiteit. Ook als de dreiging een tijd lang minder zichtbaar lijkt is het nodig om de beveiliging op peil te houden, want zo werkt beveiliging nu eenmaal. Het waarborgen van de veiligheid is de absolute kerntaak van de overheid. Het CDA vindt dan ook dat de overheid verplicht is om de volledige kosten voor deze beveiliging te vergoeden. Daarom hebben wij in de financiële onderbouwing van ons verkiezingsprogramma voor Amsterdam hiervoor een miljoen euro gereserveerd. Het CDA vindt ook dat het borgen van deze veiligheid vanzelfsprekend is en dus zou moeten zijn.”

2. Holocaust-educatie
In de afgelopen jaren is het curriculum over de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust op meer middelbare scholen onder druk komen te staan. Er zijn docenten die het onderwerp ‘Jodenvervolging’ niet behandelen omdat ze angst hebben voor negatieve reacties van leerlingen. Vooral het conflict tussen Israel en de Palestijnen zorgt ervoor dat meer leerlingen niet meer open staan voor dit thema en negatief reageren. Zowel op zwarte als witte scholen komen deze situaties voor. Toch is het zo dat de Sjoa en Jodenvervolging essentiële onderdelen zijn van de Nederlandse geschiedenis en leerlingen inzicht kunnen geven in de gevaren van discriminatie en uitsluiting. De vraag: Zou het goed zijn als de gemeente Holocausteducatie aanmoedigt en het scholen verplicht stelt om hun klassen naar het Joods Cultureel Kwartier in Amsterdam te sturen?

Shasavari: “Het is onacceptabel dat docenten de Jodenvervolging en de Holocaust niet behandelen in hun lessen. Scholen en docenten mogen niet buigen voor intimidatie en negatieve reacties; als je zo begint is het snel gedaan met de beschaving. Indien nodig, moet de overheid scholen daar dan ook zeker op aanspreken, en tegelijkertijd steun bieden. Burgerschap is een van de kerndoelen van het onderwijs, en wat het CDA betreft hoort een bezoek aan de instellingen van het Joods Cultureel Kwartier daar in Amsterdam inderdaad bij.”

3. Briet Mila
Na de discussie over een mogelijk verbod op de sjechita (de Joodse rituale slacht) woedt nu her en der een debat over een verbod op de briet mila (de Joodse jongensbesnijdenis). Tegenstanders zeggen dat dit ‘een ongewilde verminking’ is van kinderen, zonder stil te staan bij de religieuze waarde die dit heeft voor de Joden. In verschillende Europese landen wordt op nationaal en lokaal gebied gedebatteerd over een mogelijk verbod. Vraag: in uw gemeente wonen relatief gezien veel Joodse Nederlanders. Moet de gemeente stelling nemen tegen een mogelijk Nederlands verbod op de (Joodse) besnijdenis?

Shasavari: “Absoluut. Het is triest en hemeltergend dat een dergelijk verbod überhaupt wordt overwogen. De sjechita en de briet mila behoren al duizenden jaren tot het hart van het Joodse gemeenschap. Het is een fundamentele vrijheid; Een overheid die deze vrijheden afschaft begeeft zich op een heel verkeerd pad. Toen de Tweede Kamer had besloten om de sjechita te verbieden, heeft het CDA de Amsterdamse gemeenteraad ook opgeroepen om dat ondubbelzinnig te verwerpen en op te komen voor de vrijheid. Mocht het ooit zover komen dat er op de briet mila een verbod wordt voorgesteld, zal het CDA Amsterdam alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat de gemeente daar eveneens ondubbelzinnig stelling tegen neemt. Laat Mokum Mokum blijven!”

4. Israel-boycots
Sinds enige tijd komt het vaker voor dat Nederlandse bedrijven en instellingen niet meer actief willen zijn in Israel vanwege het Israelische nederzettingenbeleid in de Palestijnse gebieden. De concerns PGGM en Vitens hebben zich al teruggetrokken, en ook het ministerie van Buitenlandse Zaken ontmoedigt bedrijven om zaken te doen met Israelische concerns die zich onder andere begeven in de Palestijnse gebieden. Vraag: het zou kunnen dat bedrijven uit uw gemeente voor hetzelfde dilemma komen te staan als bijvoorbeeld PGGM. Mogen zij zaken doen in Israël of niet? Moet de gemeente zo’n boycot ontmoedigen of juist ondersteunen?

Shasavari: “Wat het CDA in Amsterdam betreft moet de gemeente zo’n boycot sterk afwijzen en ontmoedigen. Zelfs wie kritisch is over het nederzettingenbeleid, zal moeten erkennen dat  Nederlandse bedrijven over de hele wereld zaken doen in en met tal van landen waar dingen gebeuren die veel meer vragen oproepen. Een boycot lost niets op en draagt nergens aan bij, nog los van het feit dat het ook de Palestijnen die daar hun brood verdienen treft. Het CDA Amsterdam ziet juist veel mogelijkheden voor nauwere samenwerking met Israël, en daarom hebben wij in de gemeenteraad het voorstel gedaan voor een stedenband tussen Amsterdam en Tel Aviv.”  

Categorie:

Home » Nieuws » De Joodse stem: CDA Amsterdam