Joden, Joden, Joden – column David Barnouw

David Barnouw
Overhetwestland

‘Bij de presentatie in de Portugese sjoel (wat zitten die banken toch ongemakkelijk) van het kloeke werk Geschiedenis van de Joden in Nederland werd natuurlijk uitgebreid stilgestaan bij de titel van het boek. Waren het Nederlandse Joden, of Joden die toevallig in Nederland woonden, maar ook in de koloniën, de vroegere in de Oost en de nog aanwezige in de West? En waarom Nederlands; zij kwamen toch uit Spanje en Portugal en ietsje later uit Duitsland, de Oekraïne, Litouwen etcetera? Dat blijft dus een academische discussie, maar er werd niet ingegaan op het eerste woord: geschiedenis. Is het de geschiedenis of een geschiedenis of zomaar een geschiedenis? Het lijkt triviaal, maar het is natuurlijk van groot belang.

Bij het doornemen van deze studie (een echte recensie verschijnt nog), meer dan 580 pagina’s, viel mij direct iets op; het constant noemen van namen, van Joden die het gemaakt hebben, want van arme Joden weten we vaak zelfs de naam niet.* Die namen zijn samengevoegd in een personenregister van meer dan tien pagina’s. Jubel, jubel: kijk toch eens wat voor eminente Joden deze minderheidsgroep heeft voortgebracht op wel haast elk gebied, maar natuurlijk vooral in de wetenschap. “In de wetenschap konden Joden relatief gemakkelijk carrière maken” (pagina 251). Ze mogen Christus wel gekruisigd hebben, maar door hard werken en studeren, wordt daar niet meer over gemopperd.

Dit fier zijn op je eigen mensen, doet denken aan het NIW, die ook nu nog trots jaarlijks alle Joodse kandidaten die hun eindexamen hebben gehaald, vermeldt. In nummer 34 stonden tien geslaagden; een beetje magere oogst? Het overgrote merendeel uit Amsterdam, waar ik Amstelveen bij reken, eentje uit Leiden en eentje helemaal uit Driehuis.

Natuurlijk zijn de Joden in Nederland een minderheidsgroep, maar waarom al die beroemde namen genoemd? Is dat om te laten zien dat Joden hun mannetje stonden en toch flink wat bereikt hebben, ondanks de vaak straatarme Asjkenazische achtergrond? Zij zijn niet minder dan de goj en vaak zelfs meer; kijk maar naar al die Joodse professoren!

Een wetenschappelijk werk moet zelfs niet de schijn wekken een lijst van Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld te zijn, een interessant werk uit 1938. Deze vijf kilo wegende Nederlandse Who is Who telt maar liefst 1.770 bladzijden met meer dan zesduizend biografieën. Je kon je inkopen als “Persoonlijkheid” en alles werd zo neutraal mogelijk voorgesteld. Het verhoogde natuurlijk je status als je in zo’n smoelenboek stond, was de gedachte. Zo staat op pagina 491 Otto Frank, terwijl die pas na het succes van het boek van zijn dochter bekend werd.

Joodse namen noemen; we weten wie dat ook met overgave deden: de nazi’s (en hun voorgangers), die zo wilden aantonen dat Joden percentage-gewijs oververtegenwoordigd waren in beroepen als artsen, advocaten, bankdirecteuren en filmproducenten, om er maar een aantal te noemen. En dat werd dan niet als positief feit gebracht.

*Een uitzondering is het Joods Digitaal Monument, waarin alle vermoorde Joden staan; arm en rijk door elkaar; één als slachtoffer van Hitler.’

Categorie:

Home » Columns en opinie » Joden, Joden, Joden – column David Barnouw