Namenmonument onder druk door Amsterdam

Namenwand
K. Rijken

De komst van het Namenmonument met de ruim 102.000 namen van Joden, Sinti en Roma die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden vermoord, staat mogelijk op losse schroeven. In totaal is er nog drie miljoen euro nodig en daarom doet initiatiefnemer Jacques Grishaver een moreel appél op het Amsterdamse stadsbestuur. Hij wil dat het college van burgemeester en wethouders, en de gemeenteraad, nu over de brug komen. Het bedrag zou betaald kunnen worden uit de pot van tien miljoen euro die onder leiding van wijlen burgemeester Eberhard van der Laan (PvdA) in 2016 beschikbaar werd gesteld aan de Joodse gemeenschap. Dit geld is een Wiedergutmachung voor ten onrechte geïnde erfpachtgelden en -boetes bij Joden die na 5 mei 1945 terugkeerden in de stad. Anderen stellen dat het geld betaald kan worden uit de algemene middelen omdat het erfpachtgeld niet voor het monument bedoeld is.

Grishaver is duidelijk over wat hij wil. “Hoewel er al heel veel gemeenten in Nederland namen van de bewoners die weggehaald zijn adopteren, hebben we van Amsterdam nog geen toezegging gehad. We zijn al heel lang bezig en rekenen eigenlijk ook op een toezegging, maar dat zit er op dit moment nog niet in,” zegt Grishaver tegen de Telegraaf. Hij is tevens voorzitter van het Nederlands Auschwitz Comité. Hij wijst erop dat alleen al in Amsterdam ruim zestigduizend Joodse inwoners zijn gedeporteerd. Inmiddels heeft de Rijksbouwmeester een brief naar de gemeente Amsterdam gestuurd, zegt Grishaver, waarin staat dat er een moreel beroep wordt gedaan op het stadsbestuur. Die brief is onbeantwoord gebleven.

Eind 2016 kondigde Grishaver met ontwerper Daniël Libeskind aan dat het monument er in 2018 zou komen. Nu we in 2018 zijn beland is er nog geen zicht op een snelle realisatie van het gedenkteken. De dagen en uren tikken weg. Andere gemeenten zoals Amstelveen en Beverwijk hebben al wel stenen gedoneerd voor de namen van hun vermoorde Joodse burgers. Elke steen in de muur bevat één naam en kost vijftig euro. Grishaver is blij met alle donaties, maar zegt dat dit nog niet genoeg is. “De stenen hebben we cadeau gekregen, al het staal van de letters komt gratis van een van de grootste staalfabrikanten ter wereld. Van het Vfonds, van veteranen voor vrede en vrijheid, hebben we een miljoen gekregen. Ook om daar educatie mogelijk te maken.” Verder kwamen er bedragen binnen van het Rijk.

Voor D66-raadslid Bart Vink is de maat vol. Hij luidt samen met Grishaver de noodbel en vindt dat de gemeente Amsterdam haar Joodse gemeenschap niet langer in de kou mag laten staan. Eerder deed hij op Jonet een oproep tot meer daden na het sluiten van het Joodse Akkoord.  “Het is de hoogste tijd ervoor te zorgen dat het Namenmonument er komt als één van die concrete acties. De zwarte geschiedenis van Joden, Sinti en Roma wordt daarmee tastbaar en zichtbaar gemaakt in het centrum van Amsterdam. We wachten daar al een tijd op.” Vink vindt dat de drie miljoen euro uit de algemene middelen van de gemeente moeten worden betaald en niet uit de tien miljoen aan erfpachtgeld. “Dat laatste zou voor de Joodse gemeenschap een sigaar uit eigen doos zijn.” Vooralsnog heeft het raadslid geen medestanders gevonden van andere partijen. Mogelijk zitten zij tot over hun oren in de campagnes voor de gemeenteraadsverkiezingen van komende woensdag.

Een woordvoerder van de gemeente laat weten dat de afgelopen maanden in kaart is gebracht wat de kosten voor de beveiliging en het onderhoud zijn. Het gaat om kosten die de gemeente kan betalen na de bouw, want het monument wordt na de opening aan de stad geschonken. Omdat het dan gaat om een gemeentelijk monument, zal de gemeente deze lopende kosten moeten betalen. Mogelijk heeft de onduidelijkheid daarmee te maken. “We zijn er druk mee bezig en zullen ook snel met een besluit over een gift komen,” aldus de zegsman. Het is onduidelijk wanneer Grishaver te horen krijgt of er drie miljoen euro van de gemeente Amsterdam los komt voor de bouw.

Alles lijkt erop dat over de locatie van het gedenkteken niet langer gesteggeld wordt. Eind vorig jaar was een groep boze bewoners naar de gemeente gestapt om een andere plek te eisen. Zij wilden de namenwand niet langs de Weesperstraat, maar onder het Mr. Visserplein hebben. Daar, diep onder de grond, is momenteel de kinderspeelplaats TunFun gevestigd. Die zou kunnen wijken voor het monument. Maar de besluiten zijn reeds genomen en de gemeente houdt vast aan de bestaande locatie, die overigens al geen eerste keus was. Eerder opteerde het Auschwitz Comité voor een grote namenwand in het Wertheimpark, naast het monument ‘Nooit meer Auschwitz’ van wijlen kunstenaar Jan Wolkers. Na veel tegenstand van de omwonenden en weduwe Karina Wolkers werd middels een lange zoektocht gekozen voor de huidige locatie.

Categorie:

Home » Nieuws » Namenmonument onder druk door Amsterdam