Stolperstein voor professor Ornstein in Utrecht
Onder grote belangstelling is maandag een struikelsteen gelegd voor professor Leonard Salomon Ornstein, die de Tweede Wereldoorlog niet overleefde. In het bijzijn van nabestaanden, hoogwaardigheidsbekleders, opperrabbijn Jacobs en andere gasten werd de natuurkundige herdacht. De Stolperstein kwam er onder andere door inzet van professor Sandra Schruijer en anderen. Ook was er een oproep voor academische vrijheid.
De ceremonie vond plaats in de Bijhouwerstraat 8, waar ooit het Physisch Laboratorium van de Universiteit van Utrecht gevestigd was. Op deze plek werkte professor Ornstein in de laatste jaren van zijn leven. Samen met anderen sloeg de Utrechtse burgemeester Sharon Dijksma (GroenLinks-PvdA) de messing steen in de grond, vlak voor de drempel en het trappetje van de ingang. Anderen keken toe.
Einstein
Professor Ornstein was in zijn tijd een bekend natuurkundige die in de hele wereld contacten had, onder meer bij het Philips Lab in Eindhoven. Ook werkte hij intensief samen met onder andere Albert Einstein en Niels Bohr. Onstein kwam in 1914 na aanstellingen in Leiden en Groningen naar Utrecht, waar hij jarenlang werkte en op een gegeven moment de directeur van het Physisch Laboratorium werd.
Leiderschap
“Tijdens zijn carrière heeft Ornstein zich beziggehouden met veel verschillende onderwerpen, waaronder magnetisme, vloeibare kristallen en metingen aan lichtintensiteit,” vertelde rector magnificus Wilco Hazeleger. Als directeur zette Ornstein zich in voor zijn pupillen en personeel. ‘Hij had belangstelling voor hun nieuwe ideeën en hielp hen om deze te verwezenlijken. Onder zijn bezielend leiderschap verwierf het lab dan ook een grote internationale reputatie.”
Gepast
Naast wetenschapper was Ornstein ook bestuurder. In de jaren 1931 en 1932 was hij rector magnificus van de Universiteit Utrecht, en in 1939 en 1940 was hij bijvoorbeeld voorzitter van de Nederlandse Natuurkundige Vereniging. Hazeleger: “Het is dan ook niet meer dan gepast dat wij een universiteitsgebouw naar hem vernoemd hebben: het Leonard S. Ornsteinlaboratorium op het Princetonplein 1 van het Utrecht Science Park.”

Hartfalen
Van de nazi’s mochten Joodse wetenschappers vanaf november 1940 niet meer op de universiteit werken . Ornstein werd toen door de universiteit ontslagen vanwege zijn afkomst. Ook mocht hij niet langer in zijn laboratorium komen. Dat werd destijds gedaan om de gemoederen wat tot rust te brengen, en als poging om de universiteit open te houden. In 1941 overleed Ornstein, die zwaar leed onder de situatie, aan hartfalen.
Muurschildering
Burgemeester Dijksma memoreerde aan de vele plekken die reeds naar de professor zijn vernoemd. “In Tuindorp hebben we de Ornsteinsingel. Op Utrecht Science Park staat het Leonard S. Ornsteinlaboratorium. En aan de Oosterkade kan je genieten van een enorme muurschildering van de ‘toevalsbewegingen’ waar de professor onderzoek naar deed. Dit zegt veel over wat deze wetenschapper voor de wereld heeft betekend. Daar zijn wij als stad heel trots op.”
Verbannen
“Ik vraag me af of Leonard Ornstein na zijn verbanning, anders kan en wil ik het niet noemen, nog langs dit lab is gewandeld. Zijn lab. Misschien probeerde hij door de beslagen ramen naar binnen te kijken. Zag hij een silhouet. Was het een student? Een oud-collega? Wellicht was het Leonards opvolger,” aldus Dijksma. “En terwijl hij pijn in de buik kreeg van boosheid vanwege zoveel onrecht, kwam misschien een overijverige diender aanlopen om hem weg te sturen. Voor Leonard bleef die deur voorgoed gesloten.”

Impact?
De burgemeester deed aan een gedachte-oefening: wat als Nederland nooit was bezet? In dat geval had Ornstein door kunnen gaan met zijn werk en meer ontdekkingen kunnen doen. “Helaas zullen we nooit weten of de briljante Leonard Ornstein de wereld nog meer wetenschappelijke kennis had kunnen schenken. Of hij nog meer veelbelovende promovendi had afgeleverd, en nog meer impact had kunnen maken.”
Noord-Brabant
Kleinzoon en journalist Leonard Ornstein nam eveneens het woord. Met trots vertelde hij dat er dankzij dappere mensen nog nazaten van zijn opa zijn. “Utrechtse verzetsstrijders hebben de zoontjes van mijn grootvader, onze vader Luuk en zijn broer Thijs in 1942 naar het centraal station van Utrecht gebracht. Op de trein naar Eindhoven. Vandaar uit werden de jongens razendsnel verplaatst naar Geldrop en Mierlo.”
Vught
‘Oom’ Jan Heurkens, gemeentesecretaris van Geldrop, was de grote man achter deze reddingsoperatie, vertelde Ornstein. “Bij hem zat mijn vader ondergedoken. Jan Heurkens is verraden, opgepakt, gemarteld en in kamp Vught voor het vuurpeloton gezet. Op 9 augustus 1944 kwam er een einde aan zijn leven. Hij werd maar 37 jaar. Twee jaar geleden zijn hij en zijn vrouw Bets geëerd met de Yad Vashem-onderscheiding.”
Philips
Luuk en Thijs kwamen kwamen in Eindhoven terecht, omdat grootvader Ornstein hechte contacten had met het Philips Lab, waarvan wijlen Frits Philips de hoogste baas was. Zo hebben de jongens de Sjoa overleefd. Over zijn opa zei Ornstein: “Eind jaren dertig, toen de nazi’s hun opmars maakten, kon Leonard Ornstein met zijn gezin vluchten naar de VS om daar zijn natuurkundige carrière voort te zetten. Hij koos ervoor om hier in Utrecht te blijven, hier bij het Natuurkundig Laboratorium.”
Feministisch weetje
Professor Ornstein wilde als directeur zijn instituut en zijn mensen niet in de steek laten, aldus zijn kleinzoon. “Hij bleef trouw aan zijn promovendi, van wie er overigens velen vrouw waren. Leuk feministisch weetje: hij was de promotor met de meeste vrouwelijke promovendi van Nederland.” Ornstein was niet alleen een toegewijd wetenschapper met een groot hart voor Utrecht, maar was ook Nederlander, lid van de Koninklijke Academie van Wetenschappen en ontving de hoogste koninklijke onderscheiding.
Jodendom
“Onze grootvader was er ook trots op Joods te zijn. Hij was vooral een man die zijn Joodse identiteit nooit verloochende. Al voor de oorlog streed hij tegen het antisemitisme. Beroemd in onze familie is zijn handgemeen met een persoon die een Jood beledigde en die hij eigenhandig uit de tram zette.” Tevens dag professor Ornstein Israël als het land waar voor Joden in veiligheid en vrijheid een toekomst was. “Mijn grootvader was een vooraanstaand zionist. Voorzitter van de Nederlandse Zionisten Bond.”
Topuniversiteit
De latere eerste president van Israël, Chaim Weizman, was een van professor Ornsteins vrienden. Hij hielp de Hebrew University in Jeruzalem opbouwen, een topuniversiteit de thans nog bestaat. “Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, stortte zijn wereld in. Hij werd als directeur van het fysisch laboratorium ontslagen door de bezetter en mocht er niet meer naar binnen,” vertelde kleinzoon Ornstein.
Negeren
“Wat hem het meest pijn deed, was dat vooraanstaande wetenschappers met wie hij tot 10 mei 1940 een goede band had, hem niet meer wilden kennen. Niet meer wilden zien of spreken. Die vernederingen is hij niet meer te boven gekomen. Hij stierf een jaar later. Op vrijdag 23 mei 1941 werd hij op de Joodse begraafplaats van Utrecht begraven. Naar zijn begrafenis kwamen vele studenten. Het werd gezien als een stil protest tegen de bezetter.”
Academische vrijheid
Voor Joden moet er altijd een volwaardige plaats zijn op de universiteit, concludeerde de huidige Ornstein. “Lang leve de academische vrijheid voor iedereen: mannen, vrouwen, Joden en alle minderheden die wijzer willen worden en de Academie als hun huis zien.” Hij dankte de initiatiefnemers voor deze Stolperstein. “Nieuwe generaties studenten zullen vanaf nu ‘struikelen’ over mijn grootvader en daar ben ik dankbaar voor.”

Waardeert u dit artikel?
Doneer hier dan een klein bedrag. Jonet.nl is een journalistiek platform dat zonder giften niet kan bestaan. Wij danken u bij voorbaat.
Wil je meer informatie of een hoger bedrag doneren? Ga naar jonet.nl/doneren






