‘Verkramping’ – column Tomer Pawlicki

Tomer Pawlicki
FB

‘Wie zijn geloof bekritiseert of betwist wordt vaak afgeschilderd als ondankbaar. “Zelfhatende Jood” en “antisemieten in de kaart spelen” zijn termen die onder de Joden vallen. Althans hier op de site van Jonet, waar een collega columnist een speldenprik uitdeelde en wat kritische noten uitte op het Jodendom, Joden en Israël. Of in mijn optiek op wat tradities en de politiek die beide, in mijn ogen, zeker betwistbaar zijn.
Door sommigen werd er moord en brand geschreeuwd. Laat ze schreeuwen denk ik dan.

Die eeuwige kramp die je maar ziet terug komen bij kritische noten over het geloof en tradities. Daaraan zie je wat er is overgebleven van de Joodse rede in Nederland, de Joodse verlichting waar Joden zo prat op gaan. Niets meer namelijk.
Dan denk ik ook, fuck die Joden. Niet te verwarren met fuck dé Joden.
Fuck die Joden, die denken dat je Joden een slechte naam geeft wanneer je vragen durft te stellen over verouderde tradities. Of over de nederzettingspolitiek in Israël. Fuck die Joden die onverdraagzaam zijn en zeggen dat je Mohammed hiermee happy maakt. Serieus? Zei iemand dat serieus? Ja zeker, door kritiek te leveren maak je Mohammed blij. Wie is er dan onverdraagzaam? Je wilt respect, wees dan zelf respectvol.

Ik ben vast anti-Israël nu ik dit allemaal schrijf. Of anti-Joods. Anti-gelovig, noem maar op.
Ik zal vast “antisemieten in de kaart spelen”. Maar kom op, antisemieten zullen altijd wel een reden vinden om antisemitisch te blijven. Openlijk met elkaar discussiëren op Jonet zal antisemitisme niet aanwakkeren. De Joodse wereld zou er zelfs beter van worden. Openlijk kritisch zijn op elkaar zou buitenstaanders misschien eindelijk wat meer inzicht geven in Joden. Die net zoals iedereen gewoon mensen zijn met hun angsten en dromen. Mensen die gewoon het beste willen voor hun kinderen.

Ja ja, ik weet het. Als ik vaker dit soort geluiden laat horen zal de Joodse gemeenschap zich van me afkeren. Maar wie bepaalt of ik Joods ben of niet? Of ik er wel of niet bij hoor? Zijn het wél de mensen? Moet ik me voegen naar de gemeenschap met de heersende mening, om als Jood te worden gezien binnen de gemeenschap? Als zij de dienst uitmaken, kunnen ze toch het hoofd buigen over huidige vragen? Of is God dan weer de baas en zijn ze onwrikbaar voor hun vastgeroeste standpunten.

Op columns mag je natuurlijk reageren. Het is ook goed dat het wordt gedaan. In het geval van mijn collega maakt het zichtbaar wat voor angst er nog steeds onder de mensen heerst. Het resultaat is dat ze zelf onverdraagzaam worden. Mensen uitsluiten om hun mening, die ze als Jood niet openlijk mogen uitdragen. Want dat doen onze vijanden al.
Dat is de enige conclusie die er te trekken valt uit zoveel reacties. De angst heerst. En angst is een slechte raadgever. Zo ontbloten de ware vijanden zich. Mensen die hun eigen vijanden blijken te zijn. Zich nog meer afsluiten en de haters ruimte geven om te denken wat ze maar willen denken.

Gooi de discussie open. Hang de vuile was buiten. Door transparant te zijn voorkom je juist dat buitenstaanders je labellen. Toon wat er leeft binnen de gemeenschap, onder de mensen. Dat is het krachtigste wapen tegen vooroordelen en onverdraagzaamheid. Hoelang lopen Joodse gemeenschappen daar al tegenaan? Of Islamitische?
Er is al lang behoefte om vrij te zijn van vooroordelen.
We hebben allemaal behoefte aan lucht om te ademen. Laat die kramp los.’

Categorie:

Home » Columns en opinie » Archief Oud-columnisten » ‘Verkramping’ – column Tomer Pawlicki