De dag waarop Rabin vermoord werd – column Ya’akov Almor

Almor

Het was woensdag precies 25 jaar geleden dat Yitzhak Rabin, premier van Israël, in Tel Aviv op het Plein der Koningen tijdens een grote vredesdemonstratie werd vermoord. Mijn oudste dochter Taïr was toen net vier. Zij, nu een volwassen vrouw van 29, wist lang niet eens dat het plein zo heette. Nu woont ze er pal naast. Kort na de moord werd de naam van het plein veranderd in ‘Rabin Plein’. Zij kan zich wel herinneren dat Abba bij de begrafenis van Rabin zat te huilen voor de televisie.

Van de generatie van mijn ouders weet bijna nog iedereen waar hij of zij was en wat ze deden toen de Amerikaanse president John F. Kennedy vermoord werd. Ik was toen ook vier. Voor mijn generatie zijn er twee traumatische gebeurtenissen die we ons herinneren. Rabin’s moord, en 9/11.

Ik woonde in 1995 net een jaar in Herzliya. We hadden na de geboorte van onze tweede dochter Noam in de wijk Ramat Aviv meer ruimte nodig en konden onverwacht een duplex-appartement kopen in het centrum van Herzliya. Op de vierde November zouden we samen met vrienden naar de vredesdemonstratie in Tel Aviv gaan. Kinderen mee in kinder- en wandelwagens. Maar in de namiddag kregen we een telefoontje van Nederlandse vrienden. “We zijn in Israël en zowaar een paar dagen in een hotel hier in Herzliya, gaan jullie mee uit eten?” En zo waren wij op die avond voor het eerst in China Class, een Thais-Chinees restaurant in Herzliya. Ik heb er daarna nooit meer zonder schuldgevoel kunnen langsrijden, laat staan eten.   

Het was een genoegelijke avond. Goed eten en een goed gesprek. In de hoek van het restaurant hing een tv waarop we de demonstratie konden volgen. Tegen het einde van demonstratie zong de zangeres Miri Aloni, zij-aan-zij met Shimon Peres en Yitzhak Rabin op de bühne, het bekende lied ‘Laat de zon opkomen’, een optimistisch lied dat de vrede toelacht. We grinnikten wat toen Aloni bij Rabin de microfoon onder z’n neus duwde om een couplet te zingen. Hij was er maar wat verlegen bij.

Rabin, Peres en consorten verdwenen vervolgens van het toneel en toen was het tijd voor het dessert. Ik kreeg een soort van dame blanche. Kan ik ook nooit meer bestellen zonder schuldgevoel. De eigenaar zette het het geluid van de televisie af. En wij hervatten het gesprek met onze vrienden.

En toen opeens, rumoer. “Rabin,” riep iemand. “Rabin is neergeschoten!” Binnen vijf minuten liep het restaurant in bijna doodse stilte leeg. “Ga naar huis,” maande de eigenaar, “we rekenen een andere keer wel af.” We namen afscheid van onze vrienden en snelden naar huis.

Een half uur later zagen we Eithan Haber, Rabin’s persvoorlichter en een persoonlijke vriend, omringd door een grote meute mensen, in een paar zinnen een verklaring afleggen. De meeste Israëli’s kunnen zich die verklaring woord voor woord herinneren: “ממשלת ישראל מודיעה בתדהמה, בצער רב וביגון עמוק, על מותו של ראש הממשלה ושר הביטחון, יצחק רבין, אשר נרצח בידי מתנקש, הערב בתל אביב” ofwel: “Met grote ontzetting, droefenis en rouw deelt de regering van Israel mede dat Yitzhak Rabin, Premier en minster van Defensie, vanavond in Tel Aviv door een sluipmoordnaar vermoord is…”

Het was het einde van een tijdperk. Onze huidige premier Benjamin Netanyahu heeft nooit en te nimmer verantwoordelijkheid genomen voor de significante rol die hij in de aanloop naar de moord in de haatcampagnes tegen Rabin en diens regering vervuld heeft. Integendeel. En slechts een paar dagen geleden had hij de gotspe te verklaren dat hij zich nu even bedreigd voelt als Rabin.

Rabin zou dit jaar 98 zijn. Vanmorgen gaf zijn twee jaar jongere zuster Rachel Yaakov-Rabin uit kibboets Manara een radiointerview. Met een krachtige, heldere stem vertelde zij over haar broer. Ze mist haar broer nog steeds ontzettend, zei ze.

Wij ook.

Logo Maror.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.

Categorie: |

Home » Nieuws » De dag waarop Rabin vermoord werd – column Ya’akov Almor