Declaratie-cultuur

Beeld: Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad
Beeld: Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad

‘Drank? Nee, de boekhouder heeft meer kapot gemaakt dan ons lief is. Ik heb het nu niet over het beroep of een persoon, maar over een bepaalde mentaliteit. Nederland geldt als land van krentenwegers en penningmeesters. De benepen boekhoudersmentaliteit maakt ons kleine land nog onbeduidender dan het op wereldschaal al is. Nederland is groot in klein bier. Ook in Limburg grijpt de boekhoudersmentaliteit hard om zich heen. We hebben het meer over declaraties, al dan niet terecht gereden dienstkilometers en de hoogte van salarissen van mensen in publieke functies.

Een gedeclareerd rolletje drop kan een zwarte bladzijde worden in iemands carrière. Om over een bezopen fles wijn van € 127,- maar te zwijgen. Een bestuurder past nederigheid. Maar wie hier te lande een mooie rode wijn prefereert boven een glas karnemelk maakt zich algauw verdacht. De middelmaat bepaalt de norm. We zijn royaal in onze zuinigheid. De bonnetjes van elke aankoop worden bewaard om er later niet alsnog op te worden afgerekend. De boekhoudersmentaliteit is bloeddorstig als het op een verkeerde declaratie of een hoofd boven het maaiveld aankomt. Het is er in bestuurlijk Nederland en Limburg zeker niet leuker op geworden.

We propageren ondernemerschap, maar kweken bange boekhouders, die we na een financieel cursusje, managers noemen. Een ondernemer heeft visie en durf. Hij ziet kansen, vaak in de verte en is een ras optimist. De manager voert uit en controleert de bonnetjes. Het management heeft, zoals ik in de eerste regel opmerkte veel kapot gemaakt. Het rendements-denken is de dood in de pot voor de universiteit (het onderwijs), de doodssteek voor een levendig cultureel landschap en fnuikend voor een economische visie op lange termijn. Het snelle afrekenen kost ons in de toekomst de kop. Getallen zijn belangrijker dan gevoel. De declaratiecultuur werkt verstikkend. Niks utopische vergezichten of een prikkelend luchtkasteel. Laat staan dromen over een betere wereld.

Wat me stoort is dat we alleen nog maar bezig zijn met het afrekenen en niet meer met investeren. Jonge carrières worden in de knop gebroken. Ik praat het kromme niet recht, maar we zijn doorgeschoten in het zoeken van spijkers op laag water.
Een ondernemende bestuurder heeft het moeilijk. We willen grijze muizen en houden onze bestuurders en politici graag dichtbij het maaiveld- waar traditioneel de koppen rollen.

We moeten hiermee stoppen. In Maastricht kunnen we alvast beginnen. Niet de leeftijd van een bestuurder is van belang, maar zijn kennis, kunde en te leveren inzet. Niet de declaratie van een dure fles moet maatgevend zijn, maar de effecten die deze fles op lange termijn kan hebben. Het wordt hoog tijd dat het miezeren stopt en we de zon weer zien aan de horizon.

Maastricht, dat gun je jezelf!’

Benoit Wesly is zakenman, Limburger en voorzitter van de Joodse gemeente in Limburg. Maandelijks schrijft hij voor Dagblad de Limburger een column, waarin hij zijn mening uit over de situatie in zijn streek. Dit artikel verscheen eerder in het Limburgs Dagblad / Dagblad de Limburger.