Jacobs’ Chanoeka-toer, dag 7: Almere

Opperrabbijn Jacobs in een winderig Almere (Beeld: K. Rijken).
Opperrabbijn Jacobs in een winderig Almere (Beeld: K. Rijken).

‘Terwijl ik nog niet eens klaar ben met de Chanoeka-toer 2014, ben ik reeds voor vier lichtjes, vier avonden, geboekt voor 2015!Vandaag Almere-Stadhuis, Almere-sjoel en Hilversum Radio 1 Twee Dingen. En daar tussendoor ook nog Jonet die mij wilde filmen! Ik zag het gebeuren dat de wind de lichtjes zou bestrijden en dus doven. Maar ook de ladder vond ik instabiel, vanwege de storm. En dus heb ik de kowed, de eer, om de Menora te mogen aansteken met vreugde en dankbaarheid overgedragen aan de voorzitter van het NIK, federatie van Joodse Gemeenten, die speciaal uit Amsterdam naar Almere was gekomen om moreel te steunen. Geweldig!. Gelukkig is niemand, behalve de Menora zelve, omgewaaid.

Het was koud, erg winderig, maar droog! Vanwege het weer waren er, naar ik vermoed, minder belangstellenden vanuit de niet-Joodse burgerij verschenen als andere jaren. Joodse Almerenaren zijn kennelijk meer koude bestendig, want die waren er wel!  Rabbijn Moshe Stiefel sprak over windkracht 6 en ons doel is om uiteindelijk via de 6, de windkracht, bij de 8 aan te komen. Hij spreekt goed. Inhoud en verpakking. Als u niet begrijpt wat ik hiermee bedoel, dan had u mijn verslag van gisteren moeten lezen. Na afloop: op naar de nieuwe sjoel. De gehuurde sjoel-ruimte ziet er functioneel en verzorgd uit. Maar het allerbelangrijkste: het bruist van leven! Almere is een ingewikkeld verhaal. Een Joodse Gemeente zonder geschiedenis, zonder begraafplaats waar eeuwenlang de doden ter aarde werden besteld, geen eigen minhagim -religieuze plaatsgebonden gewoonten-, geen eigen kapitaal en ook geen fondsen die buiten de Joodse gemeente vallen maar wel gebruikt kunnen worden voor bijvoorbeeld sociale doeleinden. Maar wel gezegend met een rabbijnengezin dat zich dag en nacht inzet en een groep enthousiastelingen dat weliswaar niet professioneel is, maar wel gedreven……Ik herinner me van mijzelf en van heel recentelijk een gezin dat wij, mijn vrouw en ik, uit een diepe misère hebben mogen redden. Een dankjewel hebben we niet ontvangen, hoeft ook niet, maar ware wel fijn geweest, na alle energie en tijd die we in hun hadden gestopt. En dan gebeurt er iets en de grootste vijand, de persoon tegen wie je het hardst moet strijden, is datzelfde gezin. Hun geheugen blijkt heel kort. Maar als rabbijn heb je een zwijgplicht, en het zou totaal onethisch zijn om in de strijd je geleverde hulp te vermelden. Maar het doet wel een beetje pijn…….

In Hilversum spreken we over Twee Dingen: het opkomend antisemitisme en het bereiken van mijn pensioengerechtigde leeftijd. Wanneer het onderwerp van het zichtbaar worden van het antisemitisme aan de orde komt, zit ik eigenlijk in een dilemma. Ik wil geen paniek zaaien, maar ook wil ik mijn kop niet in het zand steken. Ik weet dat ik niet bang ben, maar aan het begin van de Chanoeka toer realiseerde ik me wel dat mijn publiekelijk optreden mij tot een potentiële schietschijf maakt. Mijn alertheid was groter dan vorige jaren, al ware het alleen al vanwege het verzoek van politie en van BLeW (Bij Leven en Welzijn, de Joodse organisatie die het fysieke welzijn van de Joodse Gemeenschap in de gaten houdt) om hen aan te geven welke dag ik waar zal zijn.

Toch leuk dat ik vrijwel direct na de radio uitzending vele e-mails en telefoontjes ontvang en positieve reacties. Mensen vinden het fijn om  hun opperrabbijn op de radio te mogen horen. Interessant was ook de reactie van de regisseur. Hij vond het interview met name goed omdat ik gedreven spreek, met emotie en bewogenheid. Dat kan ik ook plaatsen, want tijdens zo’n gesprek zit ik er helemaal in en ga ik er volledig voor. Toen ik pas benoemd was als rabbijn kwam er iemand naar mij toe met de klacht dat ik te geëmotioneerd spreek, het moest allemaal wat afstandelijker, zakelijker, kouder. Maar dat moet nu juist niet. Een rabbijn behoort betrokken te zijn, vol passie en overgave, waarbij uiteraard het verstand de leiding moet blijven houden. Verstand gebaseerd op Thorakennis en op geloof in de Allerhoogste.

Ik ga slapen. Morgen de laatste kilometers van de Chanoeka tour 2014. Morgen Bourtange en Zutphen. Weet u, geachte lezer, waar Bourtange ligt? Je rijdt urenlang naar het Noorden van ons land. Op een gegeven moment denk je dat de wereld eindigt, dan nog zo’n drie kwartier en dan ben je in de Vesting Bourtange. Daar zal ik worden opgewacht door zo’n tachtig enthousiaste mensen, velen uit Duitsland. Ieder die Joods is en ergens in de buurt van Bourtange woont komt. Voor velen van hen is mijn komst de enige Joodse activiteit die ze hebben. Geweldig toch dat ik die enige activiteit mag leiden! O ja, mijn vriend Louk de Liever uit Amersfoort, een overlevende van diverse kampen, is mijn jaarlijkse onbezoldigde chauffeur naar het hele hoge noorden.’

Rabbijn Binyomin Jacobs is opperrabbijn. Tijdens zijn Chanoeka-toer steekt hij op plaatsen in heel het land kaarsen aan. Na hetzelfde vorig jaar met succes te hebben gedaan, maakt Jacobs ook dit jaar een dagboekverslag voor Jonet van zijn belevenissen.

Categorie:

Home » Nieuws » Religie » Jacobs’ Chanoeka-toer, dag 7: Almere