Joden, detectives van nature? (4)

“Je moet de waarheid accepteren uit welke bron deze ook komt”
Shemonah perakim: de acht hoofdstukken van Maimonides over ethiek.

De vraag is waarom er zoveel ‘Joodse’ detectivehalen zijn?

Een verklaring kan zijn dat detectiveverhalen iets specifiek Joods hebben. In de Tora, het Oude Testament, komen vele verhalen voor waar zaken ‘uitgezocht’ moeten worden. Zo is het G’d zelf die in Bereshit/Deuteronomium Eva, de eerste vrouw op aarde, bevraagt over het plukken van een appel uit een boom die nadrukkelijk ‘off limit’  is en die  Kaïn, de moordenaar van zijn broer, ondervraagt over het lot van Abel.

Kain en Abel

Misdaadverhalen gaan altijd over goed en kwaad, over misdaad en straf, over rechtvaardigheid en vergeving.

Daarbij komt dat onderzoek en interpretatie van gegevens een essentieel onderdeel is van de eeuwenlange Joodse cultuur.  Zo vormt de Misjna, de mondelinge leer, niet alleen de overlevering van de wetten, maar ook een interpretatie van de Tora en vormt de Gemara weer een interpretatie van de Misjna. In de Kabbala, een mystieke vorm binnen het Jodendom, wordt er van uit gegaan dat iedere letter, ieder woord, getal en accent van de Tenach (de verzameling van Tora, de Profeten en de Geschriften) een verborgen betekenis bevat. Bij Kabbala-studie worden methoden gebruikt om achter de interpretatie van deze verborgen betekenissen te komen. In de Gematria worden woorden in getallen omgezet en getallen in woorden met de bedoeling om verborgen verbanden te ontdekken.

‘Lernen’ (leren) is binnen het Jodendom een continue proces. Het onderzoeken en interpreteren van de Tora en de Talmoed gebeurt intensief in jesjiwoth (Joodse talmoedleerscholen), maar ook tijdens sjioeriem (lessen) die binnen de Joodse gemeenschappen wekelijks worden gegeven.

Bij het ‘lernen’ wordt steeds naar aanwijzingen gezocht om een beter begrip te verkrijgen op het G’ddelijke en de wetten.

Zit het zoeken naar aanwijzingen, het interpreteren en het leggen van verbanden, oftewel detectivewerk, Joden in de genen?

Een andere verklaring is dat Joden altijd buitenstaanders waren. Altijd als Jood in een niet-Joodse samenleving, maar ook doordat zij gedwongen werden om te vluchten van het ene naar het andere land. “Buitenstaanders” hebben vaak een scherpere blik. Veel Joodse detectives zijn – om in Nederlandse termen te schrijven – (tweede generatie) allochtoon.

Maar er is een eenvoudigere verklaring voor de hoeveelheid Joodse detectives: het relatief grote aantal Joodse schrijvers. Hoe verleidelijk is het om te schrijven over het milieu dat je goed kent, waarin je gepokt en gemazeld bent. Waarschijnlijk net zo verleidelijk om erover te lezen!

Criminal Kabbalah

Volgend deel: 21 januari 2016
Deel 5. Rina Lazarus en Peter Decker, een detective duo.

Categorie:

Home » Cultuur » Boeken » Joden, detectives van nature? (4)