‘Joods monument toont misplaatste dankbaarheid’

Afbeelding met tekst: Om dubieuze claims te voorkomen is deze afbeelding verwijderd.

In de serie ‘Helden op sokkels’ op NPO Radio 1 bespreekt historicus Wim Berkelaar het Monument van Joodse Erkentelijkheid aan de Weesperstraat in Amsterdam. Slaat het beeld de spijker op de kop of moeten we ernaar kijken met een geschiedkundige bijsluiter, vraagt hij zich af.

In 1950, kort na de Tweede Wereldoorlog waarin meer dan honderdduizend Joden uit Nederland werden vermoord, zamelde de Joodse gemeenschap van Amsterdam geld in voor een monument dat dankbaarheid uitspreekt voor de ontvangen hulp in moeilijke tijden.

Oud-directeur van het CIDI Ronny Naftaniel stelt dat deze dankbetuiging rijkelijk overdreven was. “Het laat zien hoe murw en dociel de Joodse gemeenschap op dat moment was.” Volgens Naftaniel kwam pas vanaf de jaren zeventig van de vorige eeuw het besef dat de Joodse gemeenschap buitengewoon hard was geraakt in de oorlog en dat Nederlanders daar een kwalijke rol in had gespeeld. “Dan denk ik bijvoorbeeld aan de rol van de politie bij het oppakken van Joodse medeburgers,” aldus Naftaniel.

Het is volgens Wim Berkelaar een misvatting om te denken dat alle Amsterdammers onverdeeld blij waren met het monument aan de Weesperstraat. “Burgemeester Arnold Jan d’Ailly verwoordde dat bij de onthulling mooi door te zeggen dat hij trots voelde maar ook schaamte. Ik denk dat er veel Amsterdammers zijn geweest die dat gevoel herkenden.”

De conclusie van Berkelaar is dat het monument een bijsluiter nodig heeft. Dat wil zeggen dat het een uitleg nodig heeft die de historische context waarin dit monument tot stand kwam, duidelijk maakt.

Categorie:

Home » Achtergrond » ‘Joods monument toont misplaatste dankbaarheid’