Trots – column Emile Schrijver

Afbeelding met tekst: Om dubieuze claims te voorkomen is deze afbeelding verwijderd.

‘Het Nationaal Holocaust Museum in oprichting (NHM), dat op 16 mei 2016 is geopend in de voormalige Hervormde Kweekschool aan de Plantage Middenlaan in Amsterdam, heeft zijn eerste prijs binnen. Het NHM kreeg de “N8 Award” 2016, voor de beste programmering tijdens de Amsterdamse Museumnacht op 5 november 2016. Tijdens de uitreiking in de Brakke Grond, op 19 januari, werd het museum door de jury, bestaande uit 37 Amsterdamse jongeren, geprezen voor het feit dat het lastige thema dat de Holocaust is, zo verrassend en innovatief gepresenteerd werd. Daarmee werd, behalve naar de video-installatie “k.364″ van de Schotse videokunstenaar Douglas Gordon en het aan kinderen in het digitale Joods Monument gewijde “Kom vanavond met verhalen” vooral verwezen naar een project waarvan ik zelf, als beginnende directeur, heel eerlijk gezegd in eerste instantie de kracht onderschat had. Ik heb het over het project “In memoriam” van de in Amerika woonachtige Nederlandse kunstenaar Willem Volkersz. Hij maakte 172 houten koffertjes, met op elk koffertje de naam van een van de 172 Joodse kinderen van de Eerste Montessorischool die in de oorlog zijn vermoord, hun sterfdag en de naam van het kamp waarin zij zijn omgekomen. Die koffers kunnen door de bezoekers in allerlei vormen op en tegen elkaar worden neergezet, hetgeen tijdens de Museumnacht nog extra werd benadrukt door dit over te laten aan piepjonge acteurs. Het is verbazingwekkend hoe krachtig dit kunstwerk is. Ik heb ook zelf ervaren hoe het voelt om met de symbolische lege koffer van een omgekomen kind in handen te staan, en getuige het succes van de Museumnacht ben ik niet de enige.

De Museumnacht is vooral bedoeld om jonge kijkers aan te trekken. We hebben echt wel even nagedacht over de keuze om het Joods Historisch Museum dicht te houden en het NHM open te stellen tijdens de Museumnacht. Het NHM ligt immers ondanks de nabijheid van Artis, de Hollandsche Schouwburg en het Verzetsmuseum minder op de route van de reguliere bezoeker van de Museumnacht dan een ander hoogtepunt, de Esnoga, en het Joods Historisch Museum. Maar we hebben besloten om te kiezen voor inhoud, en niet voor de feeststemming van veel andere locaties, en dat is de juiste keuze gebleken.

Waarom is dit eigenlijk zo belangrijk? Toen ik in oktober 2015 in het Joods Cultureel Kwartier als directeur begon, vond ik een fraai, maar complex plan voor een Nationaal Holocaust Museum op mijn bureau. Een van de sterke punten van dat plan, waarvoor ik me bijzonder hard heb gemaakt, is de keuze om niet in 1945, of desnoods in 1948 bij de stichting van de staat Israël op te houden. Ik ben ervan overtuigd, en wij zijn ervan overtuigd, dat het minstens zo belangrijk is om de gevolgen van de vervolging en vernietiging van de Nederlandse en Europese Joden te laten zien, voor de Joodse en voor de niet-Joodse bevolking. We zijn er evenzeer van overtuigd dat dat de enige manier is waarop een Nationaal Holocaust Museum belangrijk, en laat ik het toverwoord maar gebruiken, relevant kan blijven, nu al meer dan zeventig jaar na de bevrijding.

In het verlengde daarvan geloven we ook in verandering en flexibiliteit. Het is belangrijk dat Nationaal Holocaust Museum laat zien wat er gebeurd is, opdat we niet vergeten en opdat eindelijk de hele geschiedenis van de vervolging en vernietiging van de Joden in Nederland verteld wordt, binnen het Joods Cultureel Kwartier. Maar het is minstens zo belangrijk dat het NHM het lef heeft om te reageren op de actualiteit en dat het hardop durft te zeggen dat het niet alles zeker weet en zoekt naar vormen van verbeelding en musealisering van de geschiedenis. Daarom staan we ook op het punt een jonge redactie uit te nodigen om door middel van het programma “Propositions”-voorstellen te doen voor het NHM, vanuit de overtuiging dat die jonge redactie anders zal denken dan wij en dus ook andere voorstellingen zal hebben van de noodzakelijke programmering. We willen ook in het definitieve NHM vrije ruimte laten om te doen wat op een zeker moment “relevant” is, wat het publieke debat bereikt en het publiek raakt en wat wij denken dat een Nationaal Holocaust Museum ook moet zijn: een instelling waarin via educatie, tentoonstelling, programmering, duidelijk wordt waarom we ook aan de volgende generaties moeten vertellen over de Holocaust en over de ‘relevantie’ daarvan voor de volgende generaties.

En precies daarom zijn we zo blij en trots dat een jonge jury deze doelstelling nu al heeft herkend en erkend.’

Categorie:

Home » Columns en opinie » Trots – column Emile Schrijver