Getto van Shanghai 75 jaar bevrijd, terugblik op een bijzonder verleden

Panoramio

Het zogenoemde Getto van Shanghai is deze week precies 75 jaar geleden bevrijd. Jarenlang leefden hier Joodse vluchtelingen uit Duitsland en Oostenrijk. Het ging om ongeveer 20.000 Joden die de Sjoa allen overleefden. Na de bevrijding trokken deze Joden weg uit China naar onder meer Israël, Canada en de Verenigde Staten. Maar de band met Shanghai bleef, onder meer qua werk en cultuur. Ook was er al een Joodse gemeenschap in de stad, gesticht na de Russische revolutie van 1917. Die is blijven bestaan.

Klein Wenen
Op 3 september 1945 werd het Getto van Shanghai bevrijd. Tot dan toe werd het stadsdeel Hongkou, waar de Joden zich hadden gevestigd, ook wel ‘Klein Wenen’ genoemd. De trek naar de Chinese havenstad begon dus al aan het begin van de 20ste eeuw en kreeg een vogelvlucht na 1938. De Chinese consul, Ho Feng Shan in Wenen gaf van 1938 tot en met 1940 Duitse uitreisvisa, tegen het beleid van zijn ambassadeur in. Hetzelfde deed de Japanse consul Chiune Sugihara in Litouwen. Met de steun van de Joodse gemeenschappen die al in Shanghai waren en het Joods Internationaal Comité, slaagden de Joodse vluchtelingen erin om in de stad een ​​bestaan ​​op te bouwen. De meesten hadden China niet als eindbestemming, maar wilden doorgaan naar de VS, Australië of andere plekken.

Indertijd was Shanghai koloniaal en Japans gebied. Dat laatste land had de stad veroverd tijdens de oorlog tegen China, eind jaren dertig. In eerste instantie liepen de Japanners de Joden in de stad ongemoeid, maar dat veranderde tijdens de Tweede Wereldoorlog toen Japan aan de kant stond van nazi-Duitsland. Na de aanval op Pearl Harbor, eind 1941, toen de VS zich in de oorlog ging mengen, werd het leven voor de Joden in Shanghai slechter en zelfs erbarmelijk.

Complottheorie helpt
In deze jaren leefde er in Japan een merkwaardige perceptie over de Joden. De Japanners namen complottheorieën zoals De protocollen van de wijzen van Zion over, maar wilden de zogenaamde ‘economisch machtige Joden’ wel voor hun karretje spannen. Als ze werkelijk economisch zo machtig waren, dan zouden ze volgens de Japanners de bezette gebieden tot bloei kunnen brengen, waardoor Japan baat bij hun aanwezigheid zou kunnen hebben. Anderzijds had de Joodse gemeenschap in Shanghai te maken met antisemitische pesterijen en aanvallen van Witte (niet-joodse) Russen die ook in de stad woonden.

In 1941 bezocht Obersturmbannfuhrer Josef Meisinger van de Gestapo bezet Shanghai. Hij stelde de Japanse autoriteiten een aantal plannen voor om ook Shanghai ‘Judenrein’ te maken. Zo wilde hij een concentratiekamp oprichten en stelde hij als alternatief voor alle Joden te laten verhongeren op schepen. Japan gaf niet toe aan de druk maar begon zich wel harder op te stellen tegen Joden. De Japanners liet Joodse eigendommen in beslag nemen en vaardigde steeds meer reisbeperkingen uit. Op 15 november 1942 besloten zij tot de vorming van een getto, waar alle Joden van Shanghai onder dwang naartoe moesten.

Hand boven het hoofd
Onder druk van bondgenoot nazi-Duitsland, richtte Japan in 1943 een speciaal kantoor voor Joodse vluchtelingen op en moesten de Joodse vluchtelingen die overal in Shanghai in het Hongkou-gebied woonden bij elkaar wonen. In Hongkou woonden de Joodse vluchtelingen naast de Chinese bevolking, maar daar kwam een einde aan. Voortaan konden de Joden zich niet langer vrij bewegen in Shanghai. Terwijl de Tweede Wereldoorlog voortduurde, eisten de nazi’s dat hun Japanse bondgenoten de Joden uitleverden of uitroeiden. Maar dat gebeurde niet.

De Japanners hielden de Joden uiteindelijk de hand boven het hoofd vanwege het verleden. Tijdens de Russisch-Japanse oorlog van 1905 en 1906 was er namelijk veel steun van Joodse bankiers geweest. Mede daardoor kon Japan deze oorlog winnen. Dit was in het collectieve geheugen van de Japanse politieke elite gegrift en zodoende vond die dat er juist een zekere dankbaarheid aan de Joden getoond moest worden. Tegelijkertijd wilden ze voorkomen dat de VS op zijn beurt verder zou gaan met hen onderdrukken van Japanners in dat land.

Verduitsing
Met de jaren kon Hongkou zich dus ook wel Klein Wenen noemen. Veel Joodse vluchtelingen cultiveerden daar namelijk Duitse en Oostenrijkse tradities en gewoonten. Ze openden hun eigen winkels en publiceerden Duitstalige kranten die probeerden de Chinese cultuur uit te leggen aan de immigranten. Apfelstrudel en Sachertorte werden geserveerd in koffiehuizen, en zelfs Weense operettes werden opgevoerd in Shanghai. Er waren ook kosjere winkels en slagers. Ook Duitse naamborden waren in het getto te vinden.

Uitwaaieren
Een maand na de Japanse capitulatie werd het getto op 3 september 1945 bevrijd. Maar dat maakte geen einde aan de ballingschap van de 20.000 Joodse vluchtelingen die in Shanghai woonden. Velen wisten niet of hun dierbaren de oorlog hadden overleefd of waar ze naartoe zouden gaan. In de loop van de tijd begonnen mensen te migreren, naar Amerika, Canada, Israël, Australië en Zuid-Amerika. Dat duurde tot circa 1951, toen waren de allerlaatsten verdwenen. De Chinese communisten wonnen de Chinese burgeroorlog, namen de stad over en hadden in 1949 de Volksrepubliek China gesticht. De Joden die al voor 1938 in Shainghai waren, bleven veelal achter. Jaren later, in 2012, werd in Hongkou een monument opgericht voor het Getto van Shanghai.

Lees ook:
Vrijhaven Shanghai – recensie

‘Dertig jaar geleden kwam de film Empire of the Sun uit, onder regie van Steven Spielberg. Iedereen zal zich de scene herinneren, waarin de Japanners Shanghai binnentrekken en het leven van James Graham totaal veranderen. Het is een historische speelfilm, gemaakt vanuit het perspectief van een jonge jongen…’

Huis in het voormalige getto van Shanghai (wiki)
Categorie: | |

Home » Nieuws » Joodse wereld » Getto van Shanghai 75 jaar bevrijd, terugblik op een bijzonder verleden